RAPPA
Suribakbanen? Of weer Surinamers?
Je kan zeggen wat je wil, maar die Tjandrieka-persheriff blijft het voortouw nemen met klap en wederklap, trap en wedertrap, sneer en wedersneer. Net als een hogedruk-brandslang die uit de handen van de spuitgasten schiet en al kronkelend als een aangeschoten boa over de grond kronkelt, een ieder binnen z’n bereik van z’n sokken spuitend. Zo werd eerst ex-comma van Nickerie, zijne Rumvliet weggespoten, ondanks fervente steun van Baas, toen nog aaneensluitend verzuimend DNA-lid.
Toen spoot Tjandrieka (niet zo drukken op die laatste lettergreep, anders wordt het wat degenen die hem liever niet zien als PKVHP, hem toewensen) het L’islig vrouwske met haar listige doctoranus, sorry, doctorandus (alias de aardappeltongende Koning die verblijfsvergunningen in P’tata ‘regelt’) tegen de vlakte. Het vrouwske stond als topambtenaar toe dat eerst alle aanvragen voor verlenging van de verblijfsvergunningen zonder motivatie werden afgewezen, en dat alleen de Chinezen op schriftelijke voordracht (lees: aandringen) van opa Ronald ‘bespoedigd’ moesten worden. Via sem AlfaBetisChe lijfzender weerlegde opa dat zwakjes: oom Sieghie had hem verkeerd gelezen; alle aanvragen, ook die van de Pekingnezen, moeten volgens de wet afgehandeld worden (typisch ouwe politiek: laat je politieke vrienden (of ex-vrouw) desnoods vallen als het gaat om je eigen politieke lijfsbehoud).
‘Daarom waren er zoveel duizenden niet verlengden; wanbeleid van mijn voorganger, klap, plats, pef, paj-paj, patsj’, spoot the wild spuiting mogelijke PK (=PresidentsKandidaat). ‘Ik heb zoveel voor hem achtergelaten, zoveel politieauto’s (hoeveel bleef toen weer aan de Andy-strijkstok hangen ?), hij bouwt gewoon voort op mijn geweldig beleid’, gildste de ex-min rustig. ‘Politieke mislukkeling’, spoot Sheriff terug. De Fronttop (het machtigste politieke orgaan in den lande) moest zelfs rust brengen in dit gekrakeel.
En dan zouden die ex-wapendragers die in Nickerie bij Pak-die-Hap het trio Maikel plus Dingens (hoe heet’ie nou?) plus Somo benauwde momenten bezorgden, een ander poepje hebben geproefd als onze super-cop daar was geweest. De agenten hebben te lang getreuzeld: het commando: klap, schop, trap en rij over-em-heen moest middelijk, hetzij onmiddellijk zijn uitgevoerd, stelletje treuzelaars, platsj, klotsj. ‘En u bent geen selectieve pers, u moet die brief van mij zelf zoeken, klap, platsjt, klopf’. Zijne Arrogantie is te hoog om die brief zelf aan de eenzijdige pers te geven, want Hij houdt zich niet bezig met Gildsende stommiteiten, Hij bouwt nieuwe politiebureaus en is maar al te blij dat de oude gerenoveerd worden met gelden van Rijnlandse politiekorpsen.
En dan het grote nieuws: na twaalf maanden komen Somo en sem Griffy er pas achter (lees: krijgen zij de Fronttopopdracht) dat pa Bouta al meer dan 5 maanden aaneengesloten niet in DNA is verschenen. ‘Gooi hem nu eruit zonder voorafgaande waarschuwing’. Waarom juist nu? Omdat er over een jaar verkiezingen zijn, en nu het moment is hem voor dat 8-9 decemberding te gaan veroordelen en in het gevang te gooien. Dat gaat makkelijk zonder zijn onschendbaarheid als DNA-lid. ‘Daarmee onthoofden we de grootste politieke partij en is onze weg vrij voor nog een termijn’, zegt de Fronttop. (Lees F niet als St, zo noemt de Berm ze). Zag Baas Basis dit niet aankomen? Of hielp hij het een handje om nu de poti martelaar uit te hangen om zo zijn aanhang wakker te schudden en naar het Megablok te zuigen, zoals de moeizame hereniging met Bosje? Of doet de Fronttop dit opzettelijk om een wakkere opponent te creëren, zodat zij hun wankele gelederen weer kunnen sluiten? In ieder geval staat Deezie Delanow dankzij het Front weer in het brandpunt van de belangstelling.
Maar intussen moet het Bejaardenblok vol zondaren en veroordeelden ook rekening houden Carl Bree, de mang-miet-mang is nu: a mang miet DOE. Maar zal een moraalridder als Carl (hij die (nog) onbevlekt is) de politieke arena halen, met zo een verdeeld middenblokkig ge-doe, ge-ups enz.? En mocht er een hecht middenblok komen, en ze halen vier of zo zetels, en de zo begeerde wippositie, dan ie sa sjie fa moraal kan kenki ini ‘sjweef teki’. Machtlust is sterker dan zowat elk moraal. En zullen onze kiezers eindelijk doorkrijgen dat etnisch stemmen op geboefte jezelf en je nageslacht bevlekt en je samenleving ten gronde richt? Of leven we werkelijk, zoals Limboow van de Luchtzender zei: ‘… niet in Suriname, maar in Suribakba, we zijn Suribakbanen. Nee, we willen niet in een bakbawenkri wonen, laten we weer Surinamers zijn en geen Suribakbanen’.
Groot gelijk heeft hij.