Wereld in crisis
Er lijkt maar geen einde te komen aan de economische neergang in de wereld. Terwijl door overheden honderden miljarden in reddingsplannen worden gepompt om het hoofd van bedrijven en burgers boven het water te houden, gaat het alleen maar bergafwaarts. Een analyse van hoe het zo ver heeft kunnen komen. Economie is een raar ding, zeker voor een leek. Neem nu de sombere gezichten bij Shell, enkele weken geleden tijdens de presentatie van de jaarcijfers. In 2008 werd een duizelingwekkende recordwinst van 31,4 miljard euro geboekt. Het was echter geen reden voor vrolijkheid, door de vrije val van de olieprijzen die weer op het normale niveau zijn uitgekomen, zal die winst dit jaar aanmerkelijk lager uitvallen.
Gaat het goed, dan hoor je niemand klagen, gaat het iets minder maar nog steeds goed, dan slaat de paniek toe. Ook al staat een bedrijf er prima voor, als de verwachtingen niet helemaal uitkomen dan heeft dat direct gevolgen voor de beurswaarde. Volgens de Nederlandse econoom Wietse Janssen worden aandelenmarkten vooral beheerst door angst, verwachtingen, voorspellingen en hoop. “Aandelen zijn onmisbaar, ze verschaffen ondernemingen kapitaal om verder te groeien. Natuurlijk wordt de waarde van een bedrijf, want daar praat je eigenlijk over, ook bepaald door de prestaties die worden geleverd, maar dat is slechts een deel van het verhaal.
“Invloeden van buitenaf, waar men geen invloed op heeft, tellen zwaar. Als een pijpleiding van Shell in Nigeria wordt opgeblazen, daalt een aandeel van de maatschappij gelijk met een procent of meer. En is het bedrijf opeens honderden miljoenen minder waard. Treft een aardbeving Japan, dan heeft dat negatieve gevolgen voor de aandelen van bedrijven die daar zaken doen. Niet omdat die aardbeving hun activiteiten schaadt, maar uit pure angst op de beurzen dat het wellicht gevolgen kàn hebben.
“Veel beleggers verkopen hun aandelen omdat ze denken dat de bedrijven minder winst zullen maken in de komende periode en hun beurswaarde dus zal dalen. Wanneer er meer verkopers zijn dan kopers, dalen de prijzen. Als de beurzen zakken, is dat een teken dat het vertrouwen in de economie vermindert. Een lichte daling heeft meestal niet meteen zichtbare gevolgen. Maar echte paniek heeft vaak verstrekkende gevolgen. Dat wordt duidelijk tijdens de huidige crisis.”
Huizenmarkt
De angst ontstond toen ruim een jaar geleden in de Verenigde Staten de problemen op de huizenmarkt begonnen. Decennialang kon het niet op in dit welvaartswalhalla van de wereld. Maar een groot deel van de bevolking leefde, en leeft nog steeds, boven zijn stand. Veelal met geleend geld wordt de welvaartsstandaard bekostigd. Die mogelijkheden worden in Amerika ook geschapen, want zelfs bij de aankoop van een pak waspoeder kun je, meestal zonder voorwaarden vooraf, een gratis creditcard krijgen.
Ook banken deden graag mee aan het creëren van de luxe-zeepbel. Hypotheken werden achteloos verstrekt, ook al was duidelijk dat de kredietwaardigheid van de huizenkoper dubieus was. Omdat er wel op grote schaal woningen werden gebouwd, maar veel mensen niet in staat waren deze te kopen, ontstond er een overcapaciteit. Om dit probleem op te lossen, ontwikkelden de banken zo’n tien jaar geleden een nieuw soort lening, ook toegankelijk voor arme gezinnen. Deze leningen werden niet meer voorgeschoten met geld van de bank zelf, maar met geld van zogenaamde hefboomfondsen, ook bekend als hedgefunds. Dat zijn fondsen die op de financiële markten speculeren en bereid zijn tot grotere risico’s. De vastgoedmarkt trekt dus speculatieve vennootschappen (hefboomfondsen) aan om zijn groei te verhogen. Op dat moment lijkt iedereen er beter van te worden.
Waarborg
Maar er is meer. De huizen en ook de aandelen in het bezit van de Amerikaanse gezinnen (de helft van de Amerikaanse gezinnen bezit aandelen) dienen als waarborg voor consumptieleningen, bijvoorbeeld voor de aankoop van een auto. Zo werd hun consumptie kunstmatig hoog gehouden. Maar elk krediet moet ooit terugbetaald worden. De lonen in de Verenigde Staten stagneren echter al jaren. Zolang de waarde van zijn aandelen en van zijn huis steeg, kon de werknemer zijn leningen zonder probleem terugbetalen.
Maar ruim een jaar geleden liep deze machine volledig vast. De waarde van de aandelen ging in vrije val. Gevolg: de werknemer kon enkel nog op zijn loon terugvallen om terug te betalen. Wat vaak onmogelijk is. Hij werd gedwongen zijn huis ver onder de oorspronkelijke waarde te verkopen en slaagde er niet in zijn leningen af te betalen. Inmiddels hebben zo’n drie miljoen Amerikanen hun huis noodgedwongen moeten verkopen, zonder dat ze hun volledige schuld aan de bank konden aflossen.
De schuldeisers kwamen hierdoor dus ook in de problemen. Die problemen stapelden zich op doordat door alle onzekerheid op de beurzen, de aandelenpakketten van die financiële bedrijven opeens flink minder waard werden. Amerikaanse bankreuzen als Merril Lynch en Citibank moesten zelfs van de ondergang gered worden door fondsen die in handen zijn van buitenlandse mogendheden. En nu de banken geen zekerheid meer hebben over de financiële gezondheid van hun concurrenten, lenen ze ook niet meer aan elkaar. De beschikbare kredieten worden dus zeldzamer. Dit is de aanleiding tot de huidige financiële crisis.
Kettingreactie
Aangezien de wereldeconomie gelinkt is aan de Amerikaanse economie (door de internationale handel, door het belegde kapitaal en door de belangrijke positie van de dollar in de wereld) zijn alle grote economische machten, zoals de Europese Unie, Japan, China en dichter bij huis Brazilië, in sterke mate afhankelijk van de export naar de Verenigde Staten. Kopen Amerikanen minder auto’s, dan voelen de Nederlandse producent van schroeven en moertjes, de aluminiumgigant Alcoa en de Franse rubberfabriek dat direct in hun orderportefeuille. Die moeten werknemers ontslaan en die hebben op hun beurt daardoor weer minder te besteden en kopen, bijvoorbeeld, minder vlees dan ze gewend waren. Gebeurt dat massaal, dan lijdt ook de vleesproducent daaronder. De kettingreactie is dan niet meer te stuiten.
Herstel
Hoe het nu verder moet, weet eigenlijk niemand. Staatshoofden en deskundigen breken zich het hoofd hoe ze het tij kunnen keren. Honderden miljarden euro’s worden vrijgemaakt voor reddingsplannen. Econoom Janssen denkt dat dit alleen niet de oplossing is. “Het belangrijkste is dat het vertrouwen wordt hersteld. Mensen moeten weer eens positieve geluiden horen. Op die manier krijgen ze hoop en zal men ook weer bereid zijn om extra te consumeren. Geld moet rollen om de economie draaiende te houden. Dat geld is er wel, maar het wordt vastgehouden uit vrees voor nog slechtere tijden. Dat is de dood voor het hele economische stelsel.
“Banken moeten zich weer gaan beperken tot bankieren. In het verleden hebben ze te veel risico’s genomen door te beleggen in allerlei vage fondsen. Dat is helemaal hun taak niet. Het is een vorm van casinokapitalisme, waarbij door bestuurders van financiële instellingen gegokt wordt met geld dat niet van hun is. De verliezers zijn de gewone mensen. Laat ze het geldverkeer in goede banen leiden, geld uitlenen en mensen de gelegenheid geven om te sparen. Zoals dat vroeger ook het geval was. Als ze daar mee beginnen, dan ontstaat er weer wat vertrouwen in de financiële wereld. En wordt wellicht een eerste stap gezet richting herstel.”