Omkooppolitiek loont (registered)
De kiezers mogen ervan uitgaan dat ze eind mei 2010 weer naar de stembus mogen om een nieuwe regering te kiezen. Valt er wat te kiezen of belooft het vastgeroeste oude opnieuw veel van het nieuwe? In deze rubriek, die tot de verkiezingen zal doorlopen, houdt Parbode de gang van zaken in de politiek kritisch tegen het licht via analyses, opiniebijdragen en interviews. Een democratie valt of staat bij een meerpartijenstelsel. Daarover hoeven we ons in Suriname niet te beklagen: partijen genoeg, misschien wel te veel. Ons land telt bijna veertig partijen, van slapend (zo niet comateus) tot zeer actief. Zelfstandig of verenigd proberen ze hun standpunten uit te dragen. Politieke partijen bestaan bij de gratie van de democratie maar lappen tegelijkertijd de democratie binnen de partij zelf aan hun laars. Leden met frisse ideeën en jonge intellectuelen die een koersverandering willen, worden genegeerd en bestempeld als dwarsliggende elementen die de eenheid binnen de partij willen ondermijnen. De zich voortslepende strijd binnen de Vooruitstrevende Hervormingspartij (VHP) van vice-president Ram Sardjoe is daar een pijnlijk voorbeeld van. Opposanten schreeuwen om partijdemocratie en statuten en willen inbreng hebben bij het opstellen van het partijprogramma. Zoals dat ook in andere partijen als de Nationale Democratische Partij (NDP) en Pertjajah Luhur het geval is.
Kiezers
Bovendien lijkt men binnen de partijen vergeten te zijn dat men zich dankzij de kiezers in het machtscentrum mag bewegen, en dus ook de belangen van die kiezers moet behartigen. In de praktijk gebeurt het tegendeel. Eigen belangen en vooral eigen gewin tellen zwaarder. Dat is in de afgelopen maanden akelig duidelijk geworden. Neem nu de kwestie China-Taiwan. Taiwan wil minimaal één miljard dollar investeren in ons land. Om met dat geld onder meer de Afobakaweg te asfalteren, waarschijnlijk beter dan de Chinezen nu voor ons doen. Plus nog andere fantastische zaken opzetten. Maar de regering wil dat niet. Het duurde even voordat de kiezers begrepen waarom. Een echte motivatie was er immers niet, men beperkte zich vanuit regeringskringen tot de dooddoener dat men heeft gekozen voor een ‘One-China-politiek’.
De aap kwam pas enkele weken geleden uit de mouw. Een aap met dollartekens in de ogen welteverstaan. ‘Wij Suriname’ hebben collectief tegen zaken doen met Taiwan gestemd omdat onze coalitiepartijen zich hebben laten omkopen met geld en cadeautjes uit de Chinese chantagepot. Simpel gezegd: onze Surinaamse regeerders hebben zonder na te denken en in ruil voor mooie reisjes en geschenken een overeenkomst getekend met Chinese vrienden en beloofd dat ze tot 2010 geen zaken zullen doen met het door China vervloekte en afvallige Taiwan.
Zelfs een intellectuele zedenprediker als parlementariër Winston Jessurun (DA91) heeft toegegeven dat hij gekozen heeft voor materiële Chinese voordelen boven goed doordachte ideologie. Met hem dacht Suriname tenminste nog één iemand met een paar principes in de huidige regeercoalitie te hebben, de werkelijkheid blijkt dus anders.
Al langer is bekend dat ook Japan niet te beroerd is om royaal over de brug te komen om steun te verkrijgen voor de wrede walvisvaart. Een groot deel van de wereld is daar tegen en in Zuid-Amerika zelfs ieder land. Alleen Suriname niet. En niet omdat we hier zo dol zijn op walvisvlees of vanwege de mogelijke wetenschappelijke belangen van de massale moord, maar om de doodeenvoudige reden dat onze ambtenaren leuke reisjes krijgen aangeboden en Japan de bouw van visserijcentra heeft betaald.
Ongeloofwaardig
India is ook zo’n gulle gever, verstrekt graag onvoordelige kredieten, maar ziet dan ook even graag dat bedrijven uit dat land hier de vleugels mogen komen uitslaan en met rotzooi zoals goedkope kleding de Surinaamse markt mogen overspoelen. Ondertussen reizen delegaties uit de Nationale Assemblee opvallend vaak naar India voor ‘gewichtige besprekingen’. Met leuke daggeldvergoedingen op de koop toe.
Dit soort zaken maakt de Surinaamse politiek volstrekt ongeloofwaardig. Aan elk politiek besluit zit op voorhand een luchtje, zelfs als dat luchtje er in werkelijkheid niet is. Wie zegt dat grote Surinaamse bedrijven niet ongegeneerd onze volksvertegenwoordigers ‘kopen’ om het vreselijk noodzakelijke minimumloon zo lang mogelijk tegen te houden? Dat zou, als toenmalig minister Clifford Marica van Arbeid,Technologische ontwikkeling en Milieu (ATM) destijds zijn belofte was nagekomen, voor de verkiezingen van 2005 al zijn vastgesteld. Vier jaar later wachten werknemers, die vaak voor nog geen 400 srd een maand moeten werken, hier nog steeds op. Zij die nog altijd in ruil voor een slavenloon werken, spreken steeds luider hun twijfels uit over de daadwerkelijke intenties van ministerie en bedrijfsleven.
Visie
En waarom heeft Ram Sardjoe eigenhandig één van de twee dagelijkse, veel goedkopere, busritten van het Nationaal Vervoersbedrijf naar Nickerie geschrapt? Zit daar beleid achter? Heeft de tweede man een visie? Of steunen de particuliere, overwegend Hindostaanse, bushouders in financiële of materiële zin (gratis ritjes naar verkiezingsbijeenkomsten?) de VHP? Laten we er maar vanuit gaan dat het niet zo is, maar op basis van het gedrag van politici in andere kwesties kun je als kiezer bij voorbaat niets uitsluiten.
Maar het kan ook om veel basalere zaken gaan dat een politicus een bepaalde richting op gaat. Iedereen in de wandelgangen kent het verhaal van de politicus van een van de regeringspartijen, die begin 2005 naar de NDP dreigde over te lopen. Reden? Niet het verschil in politiek inzicht, maar het feit dat de persoon in kwestie uit het door de partij gehuurde woonhuis moest vertrekken. De NDP bood met liefde vervangende woonruimte, in ruil voor politieke steun. Uiteindelijk besloot de eigen partij toch maar een andere woning voor de potentiële dissident te betalen. Menig politicus (niet allemaal, er zitten integere tussen) laat zich met liefde voor een willekeurig karretje spannen als hij of zij daar beter van kan worden. Wil de tegenpartij je na de volgende verkiezingen minister maken terwijl je huidige partij alleen de ondankbare taak als parlementariër voor je ziet zitten? Dan stap je toch gewoon over? Partijprincipes en beoogd beleid doen er niet toe. Die beide factoren zijn in ons politieke wereldje van ondergeschikt belang. Het gevolg van het gebrek aan visie en met name de dollars-voor-beleid-instelling van politieke partijen is dat de kiezers totaal niet meer weten waar ze aan toe zijn. En dus maar moeten gissen waarom de regering een bepaald standpunt aanhangt en besluiten neemt. De enige zekerheid die we hebben is dat als je in Suriname macht wilt hebben, je het bankrekeningnummer van regeringspartijen nodig hebt.