Vergeten jongeren
De kiezers mogen ervan uitgaan dat ze eind mei 2010 weer naar de stembus mogen om een regering te kiezen. Valt er wel wat te kiezen of belooft het vastgeroeste oude weer veel van het nieuwe? In deze rubriek, die tot de verkiezingen zal doorlopen, houdt Parbode de gang van zaken in de politiek kritisch tegen het licht via analyses, opiniebijdragen en interviews.
Jongeren krijgen binnen de meeste politieke partijen nauwelijks een kans om een rol van betekenis te spelen. En dat is vreemd, want ze vormen wel een zeer aanzienlijk deel van het electoraat. De oude en soms zelfs bejaarde garde weigert plaats te maken voor fris bloed. En dat steekt veel jongeren. “Ze zijn ervaren, dat wel. Als ze zich nou eens zouden inzetten om de enorme problemen waar jongeren mee kampen aan te pakken, zou er niets aan de hand zijn”, meent de 26-jarige Ricardo.
Hij zegt ieder geloof in de huidige politieke leiders verloren te hebben. “Maar ik ga volgend jaar wel stemmen. Want het is zwak om vanaf de zijlijn kritiek te leveren, maar vervolgens zelf je burgerlijke plicht niet te vervullen. In 2005 heb ik op ABOP gestemd, terwijl ik zelf geen boslandcreool ben. Ik weet natuurlijk dat Brunswijk geen schone vingers heeft, maar ik hoopte echt dat de marronpartijen ertoe zouden bijdragen dat er een nieuwe politieke zou gaan waaien. Maar ik ben zwaar door ze teleurgesteld, niet alleen omdat ze hun stem binnen de coalitie te weinig laten gelden, maar vooral omdat ze aan dezelfde vieze heers- en verdeelspelletjes van de gevestigde partijen meedoen.”
Kleur
Volgend jaar denkt Ricardo zijn stem uit te brengen op de NDP. “Ik denk van alle huidige partijen de minst slechte. Wat voor mij ook heel belangrijk is, is dat zij niet afgaan op de kleur van je huid. Het is de enige echte Surinaamse partij, al die andere partijen vertegenwoordigen alleen een etnische groep. Maar eerlijk gezegd verwacht ik ook als de NDP-combinatie aan de macht komt niet dat jongeren er beter van zullen worden. De politiek is ons vergeten. Zoals ze ook de ouderen en sociaal zwakkeren vergeten. Ze roepen natuurlijk allemaal dat dit niet zo is, maar zeg nou zelf wat doen ze voor ons? Neem nu het onderwijs: ieder jaar roept de minister dat de problemen binnen het onderwijs heel snel opgelost zullen zijn. Maar wat zie je aan het begin van elk schooljaar: te weinig lokalen, problemen bij de inschrijving en te weinig docenten. Hoe durf je dan te beweren dat je de problemen oplost?”
Positief
De 21-jarige Lucinda is minder pessimistisch dan Ricardo. “Er kan inderdaad heel veel beter ja, maar ik vind dat je altijd uit moet gaan van het positieve, niet van het negatieve. Dus kijk naar de dingen die wel worden gerealiseerd, zoals de asfaltering van de wegen, en niet naar de zaken die niet worden gerealiseerd. Natuurlijk heb ik ook kritiek op deze regering, maar vergeet niet dat Suriname uit een enorm diep economisch en politiek dal komt. Het kost tijd om dan zaken voor elkaar te krijgen en ik ben van mening dat je de huidige regering de tijd moet geven om het werk af te maken. Als je een andere regering krijg met andere partijen, dan moet je weer helemaal opnieuw beginnen.”
Lucinda mag in mei 2010 voor het eerst stemmen. Haar keuze heeft ze al bepaald: “De VHP! Mijn vader is daar al veertig jaar lid van. Ik vind dat ze het goed doen, ze zijn ervaren en hebben het goed met ons land voor. Voorzitter Ram Sardjoe heeft gezag en straalt dat ook uit, en dat heb je nodig om een partij te kunnen leiden.”
Dat juist de VHP bekend staat als een van de partijen waar jongeren nauwelijks een kans krijgen, weerspreekt Lucinda. “Dat valt wel mee hoor. In het parlement zitten heel wat dertigers en veertigers. En we hebben ook een paar jonge ministers, zoals Santokhi en Kandhai. Je kunt niet iemand van 23 in de Nationale Assemblee zetten, je zult eerst heel veel politieke ervaring moeten op doen. Kijk wat er met minister Alice Amafo van A-Combinatie is gebeurd. Die werd vrijwel direct na haar studie minister toen ze 29 was. Niet vanwege haar capaciteiten, echt niet, maar alleen maar omdat ze goed is met Brunswijk. Door haar onervarenheid deed ze domme dingen en moest ze na een jaar opstappen.”
Volgens Lucinda maken jongeren zelf te weinig gebruik van de mogelijkheden om in de politiek te gaan. “De meeste leeftijdgenoten interesseert het niet. Ze hangen liever op straat of zitten achter de computer. Ze moeten zich actiever opstellen en iedere kans aangrijpen om zichzelf te profileren. Het Jeugdparlement is een goed voorbeeld van een podium waar je je kunt profileren. Het is dat ik zo druk ben met mijn studie, maar anders had ik mij bij de laatste verkiezingen zeker op de kandidatenlijst laten zetten.”
Ook Ricardo beaamt dat de bal vooral aan de kant van de jongeren ligt. Maar die bal moeten ze wat hem betreft een andere richting opschieten dan Lucinda voor ogen heeft. “Wij jongeren zouden het eigenlijk zelf moeten doen. We moeten ons massaal afkeren van de huidige oude partijen en zelf een politieke organisatie opzetten. Ik ben ervan overtuigd dat we dan een grote slag gaan slaan, want het merendeel van de jongeren zal op zo’n partij stemmen. Maar ja, zoiets kost heel veel geld en de vraag is wie die kar gaat trekken. Niet die lui uit het Jeugdparlement, daar verwacht ik niets meer van.”
Charisma
“Iemand als Melvin Bouva, de oud-voorzitter van het Jeugdparlement, zie ik echter wel zitten. Hij weet waarover hij praat, heeft een goed stel hersens en charisma. Als hij opstaat en een partij opricht zou ik zo meedoen. Ik ken hem, weet dat hij die ambities heeft maar ik verwacht eerlijk gezegd dat hij zich straks laat inpalmen door de NPS of zo. Kost hem niks en dan krijgt hij een mooi plekje in het parlement. En daar verdrinken zijn ambities in de grauwheid van al die bejaarde politici, daar schieten jongeren nog niets mee op. Nee, een eigen partij moeten we hebben. Pas dan kunnen jongeren veranderingen verwachten.”