Overleving van een hoogbejaarde
Theater Thalia bestaat 170 jaar. Een hele prestatie als jebedenkt dat het ene theater na de andere bioscoop in de voorbije decennia tenonder is gegaan. Tijd voor een terugblik en reflectie.
Theaterminnendpubliek kreeg met ‘Playing Broadway’ een andersoortige show, die nog natinteltin het geheugen. De stoelen werden tijdens de uitverkochte voorstellingen deelsbezet door bezoekers die er een tweede keer van wilden genieten. Het was najaren dat Thalia met een eigen hoogwaardige productie naar buiten komt. Menontkomt echter niet aan de indruk dat het slapende toneelgenootschap de laatstejaren alleen ‘moneymaking’ bezig is met het verhuren van de ruimte. Wat speeltzich achter de coulissen af?
In dekoloniale tijd kon men alleen naar het theater voor amusement. Met de koms
t vanradio en tv verdwenen de hier en daar verspreid liggende theaters inParamaribo. Als enige overgeblevene heeft Thalia de ontwikkelingen en de tanddes tijds glorieus doorstaan. Vrijwel alles dateert nog uit de begintijd,alleen de foyer is bijgebouwd. Niet alleen de historische waarde, ook deaanwezigheid van een theatergebouw op zich maakt Thalia van groot belang voorhet land. Een sfeervolle omgeving waar de eigen bevolking zich kan vermaken enwaar aan buitenlandse gasten een stuk van de eigen cultuur gepresenteerd kanworden, in plaats van onder tenten met plastic tuinstoelen.
Subsidie
Toch hoeftThalia niet op steun of subsidie van de overheid te rekenen. Met het belang vanpodiumkunst en cultuur en de hoogwaardigheid van het land wordt zelfs eenloopje genomen. Carmelita Teixeira, voorzitter 2001-2005: “Het 160-jarigjubileum werd groots gevierd, minister van Onderwijs Tjan Gobardhan deed toeneen toezegging van 1 miljoen Surinaamse guldens, maar dat hebben we nooit gekregen!”Voor het lustrum in 2002 werd wederom een toezegging gedaan. Deze keer doordirecteur Cultuur, John Pawiroredjo. “U bent op tijd voor de b
egroting, ditbedrag halen we uit de schenking van China zei hij toen zelf enthousiast, maartot de dag van vandaag wachten we er nog op”, zegt Teixeira. Teleurgesteld isze niet, wel realistisch om te weten dat er vanuit die hoek niets hoeft teworden verwacht. Ook de vraag om mankracht uit het uitpuilendeambtenarenbestand werd niet beantwoord. Het vizier werd toen gericht op hetbedrijfsleven die onder andere het noodzakelijke aircoproject realiseerde.
Er is eentijd geweest dat balletdansers de gehuurde zaal zelf moesten bezemen, eigenwc-papier moesten meenemen en de rommel in de kleedkamers van de vorige showmoesten opruimen. Voor de eigen belichting zorgen was eerder een verplichtingdan een optie. Het gebouw werd voor jaren verhuurd aan derden, er werd nietsmeer aan producties gedaan. Geluiden buiten beweren dat het door de vergrijzingvan het toneelschap komt.
Ger Hagens,veertig jaar lid en voorzitter van 1992 tot 1998: “Van de producties alleen kunje het onderhoud en personeel niet betalen. We maken geen winsten en de laatsteproductie ‘Roodkapje’, in 2002, flopte en leverde zelfs een enorme schuld op.Toen hebben we besloten om er even mee te stoppen en ons meer te concentrerenop het gebouw.”
Niets
“Wil je hetanders doen, dat wil zeggen professionaliseren, dan moeten we Thalia scheidenvan het toneelgenootschap en dat kan wettelijk niet; de statuten laten dat niettoe. Dit is al met juristen besproken, we zouden dan alles moeten opheffen.Thalia krijgt dan een managementbestuur dat dan ook prijzen van professionelehoogte aan de toneelgroepen zal vragen. En je weet: acteur zijn in Surinamebetekent dat je er niet van kunt leven. In het buitenland ben je iets, maarhier ben je niets! Mensen, en vooral de jongeren, vergi
ssen zich en denken datze al acteur zijn wanneer ze bij een productie applaus krijgen. De volgendekeer willen ze dan geld!”
Hagensnoemt het voorbeeld van toneelgroepen die het wel ‘professioneel’ doen enmensen betalen. “Maar na elke voorstelling heb je dan ook een fight achter de schermen, omdat de een vindt dat ie vanwege zijn rol evenveelmoet krijgen als de ander, terwijl de andere groep die pro deo werkt, en dieook net als wij van de verenigingsgedachte uitgaat, problemen heeft om spelersop de bühne te krijgen!”
Regisseurs
En dankampt het dramawereldje ook nog eens met een tekort aan goede regisseurs. Voorde artistieke coördinatie van ‘Playing Broadway’ mocht Alida Neslo invallen.“Ik vond het wel erg dat ik door de ziekte van een ander die functie heb mogenvervullen. Maar ik zou het niet willen missen.” Neslo, nog niet zo lang terugin haar geboorteland, zit al dertig jaar in theater. Werken in Suriname, metamateurs, was toch even anders. “Maar ik heb ook van hen mogen leren, sommigenovertroffen mijn verwachtingen, anderen stopten een heleboel energie in deverkeerde dingen. Als regisseur grijp je dan in. Zakelijk, niemand is mijnvriend, ik k
ijk naar het doel en niet naar de persoon. Je kunt talent hebben,maar karakter is voor mij misschien wel belangrijker.”
Na determijn van Hagens werden betaalde krachten van buitenaf aangenomen voor hetdagelijks bestuur. Het ging echter de verkeerde kant op. Vanwege zijn kennis enlange verbintenis met het theater werd Hagens in 2001 weer als directeurbinnengehaald. “Na zoveel jaren kan je moeilijk zeggen ‘ik weiger’! Niet alleenik, maar iedereen van het genootschap werkt pro deo en vrijwillig mee. We zijneen vereniging met een eigen speelhuis en het doel van ons is ook: de podiumkunsten,in samenwerking met anderen in het bijzonder, te promoten”, benadrukt deThalia-veteraan.
In aprildit jaar werd Hagens de laatste die gedecoreerd werd met een gouden speld vanhet Thalia masker. Vooraf waren dat Rein van Ommeren, Hugo Pos, Wilfred Teixeiraen Carmelita Teixeira.
Trend inhet buitenland is dat het onderhoud van een theater volledig door een bedrijfwordt overgenomen. Tegenprestatie hiervoor is dat de oorspronkelijke naam vanhet theater wordt verwijderd en de naam van het bedrijf voor het woord‘theater’ wordt gevoegd. Teixeira: “Dat voorbeeld hebben we in delen toegepast,zoals Assuria-foyer, DSB-terras en BNP Billiton-zaal, maar het gebouw is onzegrootste zorg, vandaar het verhuren aan derden in plaats van werken aan eigenproducties. Waar vind je een houten gebouw in goede staat dat 140 jaar oud is?We slapen niet!” Echter, 170 jaar Thalia mocht niet ongemerkt voorbijgaan. Enhoewel producties veel werk en spanningen onder de leden met zich meebrengen,bedachten Teixeira en Hagens toen nieuwe producties waaraan, anders dan mengewend is, de leden voor een de
el konden meedoen of anders meehelpen. Het doelwas ook: de gemeenschap te activeren de weg naar Thalia te vinden zoals datvroeger was en de jeugd toneelminded te maken. Met ‘Playing Broadway’, deeerste van een reeks, werd in ieder geval dat doel bereikt. Het idee van eenmusical kwam van Teixeira: “In het buitenland trekt een musical altijd vollezalen en daarmee heb ik meteen dat jong en oud ook kennismaakt met deze vormvan podiumkunst.”
Exportproduct
Na ditjubileum, hoe verder? Als het aan Teixeira ligt, ziet ze graag dat de ledenwo
rden ontlast van de zorg om de financiën. “Dan kunnen zij zich meer richtenop datgene waarvoor ze lid zijn. Ik denk aan een fonds voor podiumkunstenwaarin bedrijven een jaarlijkse bijdrage doen. Er komt een raad die de middelentoewijst, de criteria stelt, zoda
t het publiek bepaalde standaarden magverwachten, want niet alleen de continuïteit maar ook de kwaliteit isbelangrijk. Is het leerrijk, kan je ermee naar buiten? Dat soort vragen kan menzich ook stellen, want podiumkunst is net als alle andere vormen van kunst eenexportprod
uct. Men zou bij de
scholen moeten beginnen en de kinderen leren hòete kijken naar toneel. Dan zal het niveau en de belangstelling voor toneelvanzelf toenemen.”