Somo leert het nooit
Sommige mensen leren het nooit. Ze maken een misstap enhebben de naam lak te hebben aan iedere vorm van moraal, en ze zijn absoluutniet geneigd hun leven te beteren. Assemblee- en Pertjajah Luhur-voorzitterPaul Somohardjo doet zijn uiterste best om ook tot die categorie mensen temogen worden gerekend. Hij blijft het nieuws halen. Het niet zo gekke is, dathet zelden iets positiefs is wat over de zelfgeproclameerde Koning der Javanente melden valt.
De inmiddels 63-jarige PaulSlamet Somohardjo, die een prijs zou moeten krijgen voor de krampachtigeinstandhouding van de etnische politiekvoering, bedacht recentelijk opeens datook Indianen mensen zijn en richtte binnen zijn partij zelfs een Inheems Presidiumop (een zogenaamd Pindianen-presidium). Alle Indianen worden uitbundig door hemomhelsd. In het bijzonder Nardo Aloema, de gewipte voorzitter van deOrganisatie Inheemse Surinamers (OIS), die niet wil weten dat hij gewipt is.
Somohardjoen de OIS? Dan moet er
meer achter zitten. En dat zit er ook:
geld! Hoe kanhet ook anders. De Indiaanse volken van de negen Amazo-nelanden, verenigd in deCoica, hebben samen een potje gevonden van tussen de achthonderdduizend en driemiljoen keiharde Amerikaanse dollars voor de uitvoering van projecten. Somoheeft nu eenmaal de naam op geld te duiken zoals vliegen op de stroop afkomen.Want geld heeft altijd een belangrijke rol in zijn leven gespeeld.
Dat merktebegin jaren tachtig de inmiddels overleden Edgar Wijngaarde, ex-minister enmedeoprichter van Hotel Torarica. Die ontvluchtte Suriname in 1982 nadat zijnzoon Frank bij de decembermoorden was geëxecuteerd. Wijngaarde richtte injanuari 1983 met onder andere Henk Chin A Sen de Raad voor de Bevrijding vanSuriname op. Ook Somohardjo maakte daar deel van. Maar Wijngaarde legde enkelemaanden later al de voorzittershamer neer omdat sommige leden, onder wieSomohardjo, een salaris eisten voor hun werkzaamheden.
Hetoorlogje ontketenen binnen de toch al niet zo homogene Indiaanse gemeenschap,is niet het enige wapenfeit van Somo, er is veel meer aan de hand. Over zijnuitglijders en misstappen kun je een boek schrijven. Er komt ook een biografievan hem, want hij vindt zichzelf belangrijk genoeg om via Soewarto Moestadja,de ene keer aartsvijand, de andere keer weer boezemvriend, zijn belevenissenaan het papier toe te vertrouwen. Dat wordt dus eerder een lofzang dan eenkritisch, historisch verslag.
Al op vrijjonge leeftijd, nog voor de onafhankelijkheid in 1975, kwam hij in de Statenterecht. Maar medio 1975 verliet hij de NPK-combinatie. Zijn motivatie wasduidelijk. Somohardjo was tegen de onafhankelijkheid uit vrees dat de Creolende kleinere Javaanse bevolkingsgroep onder de voet zouden lopen. Ü
In 1977 washij medeoprichter van de Pendawa Lima, een op puur Javaans-etnische grondengestoelde partij. Op 11 maart 1982 werd hij gearresteerd op
verdenking vanbetrokkenheid bij de
mislukte tegencoup van Surendre Rambocus. Een kleine achtmaanden
later werd hij in vrijheid gesteld, maar kreeg wel huisarrest.Toen hij op 7 december toestemming kreeg om in Commewijne de begrafenis vanzijn oma bij te wonen, greep Somohardjo zijn kans en vluchtte via Frans-Guyananaar Nederland.
‘Heren!’
InNederland kwam hij regelmatig in het nieuws als fervent tegenstander van hetmilitaire regime van Bouterse en lid van de Raad voor de Bevrijding vanSuriname. Legendarisch is zijn optreden in de live uitgezonden talkshow vanKarel van de Graaf, waarbij hij en Evert Wolff, chauffeur van Rob Wormer,Bouterse sympathisant en nog een andere gast elkaar aanvlogen. De inNederlands televisieland onvergetelijke paniekkreet ‘Heren, heren!’ van Van deGraaf kon niet verhinderen dat achter de coulissen zelfs nog twee schotenwerden gelost.
In februari1993 remigreerde Somohardjo naar Suriname. Zijn handels- en winkelbedrijf inNederland hield hij aan, echter niet met succes. In 1995 werd hij faillietverklaard. Nog altijd zouden 22 schuldeisers op geld wachten. Sindsdien volgdeer een aaneenschakeling van beschuldigingen, misstanden en verdenkingen.
Politiekging het hem wel voor de wind. Maar zijn al te forse eisen (onder meer hetpresidentschap) binnen het Nieuw Front na de verkiezingen van 1996 speelden degrootste oppositiepartij NDP van Dési Bouterse en Jules Wijdenbosch in dekaart. Zijn Pendawa Lima, met vier zetels, en het complete Nieuw Front vielen,mede door een scheuring in de VHP, buiten de regeringsboot. Ook de Pendawa Limaviel uiteen en Somohardjo richtte een nieuwe partij op, waarvan hij nog altijdvoorman is: Pertjajah Luhur. En passant was hij ook nog medeorganisator van eenloterij, waarvan de trekking nummer heeft plaatsgevonden. Lotenkopers kondennaar hun centen fluiten.
Steekpenningen
Na deverkiezingen van 2000 werd Somohardjo namens Pertjajah Luhur minister vanSociale Zaken en Volkshuisvesting. In die functie belandde hij van het ene inhet andere probleem. Zo zou hij in 2001 een bedrag van zo’n 11.000 euro aansteekpenningen hebben ontvangen van de Nederlandse Woninggroep Suriname.Uiteraard ontkende hij en keiharde bewijzen werden niet op tafel gelegd.
Desecretaris van de stichting Bouw en Exploitatie Woningen, August Seinpaal, wistin 2002 te melden dat Somohardjo 200.000 dollar had geëist na het tekenen vaneen intentieovereenkomst voor de bouw van minimaal duizend woningen. Nadat hetbedrijf in kwestie, het Zuid-Koreaanse Philip Kim, dat weigerde te betalen werdde overeenkomst door het ministerie verbroken. Bij de rechtszaak waarin eenschadeclaim werd geëist werd het bedrijf in het ongelijk gesteld en ontsprongSomohardjo opnieuw de dans.
Ook overzijn nationaliteit is het een en ander te doen geweest. In 2002 werd bekend dathij nog steeds stond ingeschreven als Nederlander in het bevolkingsregister vanRotterdam, wat voor figuren met een hoge post in strijd is met de Surinaamsewet. Zijn verklaring dat hij echt alles had gedaan om zijn Nederlandse paspoortin te leveren, maar dat die domme Hollanders dat administratief niet af zoudenhebben gehandeld, werd door zijn politieke vrienden opnieuw geslikt.
De wijzewaarop hij uiteindelijk als minister ten onder ging, is algemeen bekend. Dejonge vrouwelijke deelneemsters aan de verkiezing van Miss Jawa 2002 beklaagdenzich bij de justitiële autoriteiten dat de bewindsman ongevraagd de kleedkamerbinnenkwam. Ook zou hij een ruim veertig jaar jongere participant in de borstenhebben geknepen. Hij kwam er met slechts twee maanden voorwaardelijk vanafvanwege schending van de eerbaarheid. Na zijn ontslag zorgde hij er wel voor erfinancieel niet bij in te springen, door zich te laten benoemen tot dikbetaaldeadviseur van zijn minister-opvolger Samual Pawironadi.
Bakzeil
Ook nadathij na de verkiezingen van 2005 door pure chantage het voorzitterschap van deNationale Assemblee binnensleepte (het liefst had hij het vice-presidentschapbinnengehaald, maar dát is hem niet gelukt), is Somohardjo in opspraak blijvenkomen. Maar dat hij niet altijd zijn zin krijgt, is een feit. Zo haalde hijbakzeil bij de voorgenomen benoeming van een partijvriendje op het ministerievan Onderwijs en Volksontwikkeling. Hij legde eerst nog wel een bom onder decoalitie door Pertjajah Luhur-politici uit protest in staking te laten gaan, maarna een uitbrander van Venetiaan koos hij eieren voor zijn geld.
Overigensdwong hij tijdens de coa-litiebesprekingen af dat er een nieuw ministerie bijzou komen, speciaal voor het grondbeleid. Dat dit door de partij vooral wordtgebruikt voor het spelen van ongebreidelde landjepik, werd duidelijk door hetzich voortslepende drama met de stichting Dikin. Daarbij wierp Somohardjozichzelf een stuk grond aan de Gompertstraat in de schoot door middel van eendoor zijn schoondochter voorgezeten, maar toen nog niet eens erkende stichting.En als voorlopig sluitstuk van zijn bedenkelijke handelen de kwestie rond deIndianen. Het wachten is op zijn volgende verrassing.