Hollandse hypocrisie
Los van een kille handdruk en een zakelijk gesprek van president Desi Bouterse en ambassadeur Aart Jacobi, is er op politiek niveau nauwelijks sprake meer van een normale relatie tussen Suriname en Nederland. De contacten die er zijn, spelen zich af op ambtelijk niveau. In tegenstelling tot voor het Bouterse-tijdperk, toen ministers over en weer vlogen om elkaar te ontmoeten. Met Bouterse willen ze geen zaken doen, Nederlandse ondernemers die wel actief zijn in ons land worden met de nek aangekeken. Hollandse hypocrisie ten top.
Een Nederlandse ondernemer die onlangs in Suriname was en voor het oog van de televisiecamera durfde te zeggen dat hij geen boodschap heeft aan Bouterse omdat hij hier vooral was om te kijken welke zaken hij zou kunnen doen, haalde zich daarmee de woede van collega-ondernemers op de hals. Nederlandse bedrijven die al jaar en dag actief zijn in Suriname, zijn sinds enkele maanden zeer terughoudend in hun contacten met journalisten. Liefst geven ze geen ruchtbaarheid aan wat ze hier doen, uit vrees kritiek te krijgen vanuit hun thuisland.
De vraag is waarom men in Nederland zo extreem zwaar tilt aan Bouterse als president. Ondertussen omarmt men wel China, waar jaarlijks honderden mensen die kritiek hebben op het communistische regime, opeens ‘verdwijnen’. De laatste winnaar van de Nobelprijs voor de Vrede kon niet eens naar Oslo afreizen omdat hij, na een zeer dubieus en onrechtvaardig proces, een gevangenisstraf van elf jaar uitzit. En toch vliegen Hollandse politici daar vol enthousiasme naar toe. En geen Nederlandse ondernemer loopt te zeuren als een collega-ondernemer daar geld probeert te verdienen.
Ook leden van het koninklijk huis komen regelmatig in China. Dat men daar een loopje neemt met de rechten van de mens, deert de Oranjes kennelijk niet. Terwijl ze ons land wel mijden als de pest zolang Bouterse hier enige rol van betekenis speelt. Ook mensen met blauw bloed zijn dus niet consequent. Het strafblad en de rol van de huidige president bij de decembermoorden van 1982 zijn natuurlijk vreselijke zaken, maar in landen waar Nederland wel warme banden mee onderhoudt, spelen zich vandaag de dag nog ergere dingen af.
Afghanistan en Irak zijn twee andere landen waarvan je je kunt afvragen waarom Nederland zich ermee bemoeit en jaarlijks vele tientallen, zo niet honderden, miljoenen euro’s uitgeeft. Nu niet bepaald voorbeelden van democratieën met een goed bestuur, ze behoren tot de meest corrupte ter wereld en ook hier lijken mensenrechten niet te tellen. Overigens zijn beide landen op ondemocratische wijze door de Verenigde Staten bezet, waarbij tienduizenden burgers zijn omgekomen. Diezelfde Amerikanen die in Guantanamo Bay al bijna tien jaar honderden ‘terroristen’ onder erbarmelijke omstandigheden zonder vorm van proces vasthouden. Toch is Amerika één van de belangrijkste handelspartners van Nederland.
Nog dichter bij Hollands huis: de Fransen schoppen in een roes van vreemdelingenhaat Roma-zigeuners het land uit, terwijl ze als EU-burgers net zoveel rechten hebben als een Nederlander of Fransman. Ooit een Nederlandse politicus horen zeggen dat we uit protest de relatie met de Fransen moeten bekoelen? Of die Shell bekritiseert omdat de oliegigant zaken doet in Nigeria; nu niet bepaald de beste democratie op het Afrikaanse continent. Over dat Shell stevig bijdraagt aan de corruptie in dat land door miljoenen smeergeld rond te strooien, wordt al helemaal niet gerept.
Derhalve is het vreemd dat men wel principiële bezwaren heeft tegen een normale verstandhouding met Suriname onder Bouterse. Consequent is het in ieder geval niet. Hypocriet wel. Kennelijk vanuit het koloniaal gevoel dat men hier nog altijd een vinger in de pap kan houden. Dat heeft na 1975 geen enkel effect gehad en ook bij de verkiezingen van 25 mei vorig jaar hebben Surinamers niet naar de overheersers van vroeger willen luisteren. Dat doet pijn in Den Haag en daar moeten we nu voor boeten. Nederland is duidelijk nog niet toe aan een volwassen relatie met Suriname.