Memre
Bijzondere Surinamers zijn een jaar na hun heengaan allerzins een terugblik waard.
Opdat ze niet vergeten worden…
John Veira
Paramaribo
11/6/ 1951 – 21/4/2010
Suriname werd op 21 april 2010 opgeschrikt door de moord op John Veira, hoofd van de Luchtvaartdienst. Hij werd bij zijn huis neergeschoten door twee mannen. John woonde in Commewijne en was erg betrokken bij zijn gezin. Zijn echtgenote kreeg enkele jaren terug een beroerte en hij nam op voorbeeldige wijze de zorg voor haar op zich. Hij had een enorme hekel aan fysiek geweld tegen vrouwen. “Grote lafaards”, zei hij in voorkomende gevallen resoluut. Volgens Jeewan, zijn zoon, was vader John niet muzikaal. Hij kon niet zingen, maar luisterde veel naar muziek. Zo begon hij de dag regelmatig met I wanna love you, and treat you right van Bob Marley. Jeewan: “Mijn vader wilde eerst geheim agent worden. Hij werd echter luchtverkeersleider.” Hedy Heymans, voorzitter van de Nationale Geestelijke Raad (NGR) van de Bahá’í, noemt hem “wan djadja Srananman”. Heel enthousiast vertelt ze: “Hij heeft vele jaren trouw zijn krachten gegeven aan de zaak van Bahá’í ’u’llah als lid van de NGR en was wereldwijd bij vele Baha’i’s bekend.”
De heilige geschriften van het Bahá’í-geloof waren zijn richtsnoer. Hij was medeoprichter van de Bahá’í school (Boven-Surinamerivier), een lagere school met ruim 400 leerlingen. John werd op Hedy’s verjaardag vermoord. Het was die dag ook Ridvan, een belangrijke herdenkingsdag van de Bahai’s. Met hoorbare emoties zegt ze: “Hij kwam ieder jaar mijn verjaardag vieren. Juist vorig jaar liet ik een viering achterwege. Hij was anders misschien nog in leven.” Lesley Scheuer van de Luchtvaartdienst, omschrijft hem als zijn guru. “John was wetsgetrouw. Hij kende vrijwel alle luchtvaartwetten uit het hoofd en kon exact naar relevante artikelen verwijzen. Een autoriteit op luchtvaartgebied”, benadrukt Scheuer. John was daarnaast breed georiënteerd. Alles moest duidelijk onderbouwd worden. Verschillende personen onderschrijven dan ook zijn onderzoeksinstelling. “Ik heb er een studie van gemaakt”, was bijna zijn lijfspreuk. Indien hij iets niet wist, volgde: “Ik ga het na en dan hoor je van me.” Hij had altijd kleine velletjes met notities bij zich. Carmen Sordjo, een andere collega, beschrijft hem als strak, maar liefdevol. “Een zeer geestelijk mens”, zegt ze overtuigd. Hij had een positieve instelling en stimuleerde steeds tot zelfwerkzaamheid. Hedy Heymans vindt dat het vliegveld Zorg en Hoop naar hem vernoemd zou moeten worden. Ze weet ook precies wat John bij een mogelijke confrontatie met zijn moordenaar zou zeggen: ‘deze daad is verkeerd, maar ik vergeef je’.