Antiquariaat, juni 2011
Marie en Pauline of Nederigheid en Hoogmoed
Pieter Jacob Andriessen (1815-1877) was onderwijzer en schrijver van kinderboeken. In zijn kinderboeken probeerde hij de jeugd iets bij te brengen over historische onderwerpen en verre oorden. Marie is bijna drie als zij met haar moeder vanuit Europa richting Cuba vaart, waar haar vader een handelsfirma leidt. Het schip lijdt schipbreuk, Marie is de enige overlevende die op de kust van Suriname aanspoelt. De slaaf Cesar die voor zijn meester de plantage Zeerust had bezocht, vond Marie bewusteloos op het strand. Hij neemt haar mee naar huis, naar de plantage Vredenoord. Maar eerst steelt hij het gouden met diamanten bezette médaillon dat om de hals van Marie hing. Want, zo stelt de schrijver: ‘De negers zijn goedhartig, maar diefachtig in den hoogsten graad.’
De eigenaar van de plantage en zijn vrouw, hebben een dochter Pauline die ongeveer net zo oud is als Marie. Ook hebben ze twee zonen, Johan en Henry. Cesar en de slaven van de plantage wordt verboden met iemand over Marie te praten. Zij wordt opgevoed als een eigen kind van het echtpaar Vrede. Marie ontwikkelt zich tot een zorgzame lieve jonge meid, terwijl Paulien hooghartig is en neerkijkt op de slaven. Zo wil Pauline het jonge slavenmeisje Arabella tuchtigen met de zweep. Marie slaagt er echter in het vertrouwen van Arabella te winnen. Vlak voor Cesar sterft hoort Marie hoe zij in Suriname terecht is gekomen en ontvangt ze het médaillon met de foto’s van haar echte ouders. Als Marie achttien jaar oud is vertrekt ze met ‘haar’ moeder, broers, zus en Arabella naar Amsterdam. Door een toeval ontmoet ze daar haar ‘echte’ vader die schatrijk is.
Marie en Pauline laat wel de verschrikkingen van de slavernij zien, maar tegelijkertijd worden de slaven als dom en onbetrouwbaar geportretteerd. Ze praten op de koop toe ook nog krom en gebrekkig Nederlands. Over afschaffing van de slavernij wordt, in tegenstelling tot De Hut van Oom Tom, met geen woord gerept. Sterker nog; de slaven dienen hun meesters te gehoorzamen. En dat terwijl het niet moeilijk is om in Marie de goedhartige Eva uit De Hut van Oom Tom te herkennen. De slavenmeid Arabella is onmiskenbaar gebaseerd op de stereotiepe Topsy uit hetzelfde boek. Andriessen eindigt zijn boek met de boodschap dat God de hooghartigen zal weerstaan en genade schenkt aan degene die nederig van hart is. Wie in dit boek zoekt naar interessante achtergrondinformatie over Suriname komt bedrogen uit. Suriname dient alleen als een decor voor zijn stichtelijke boodschap. Wie zich interesseert voor het mechanisme hoe via kinderboeken een neerbuigend en stereotiep beeld van zwarte mensen aan het publiek in Europa werd gepresenteerd, kan met dit boek zijn hart ophalen.
Marie en Pauline of Nederigheid en Hoogmoed. Door P.J. Andriessen. Amsterdam: J.D. Sybrandi, 1856