Meer dan muziek alleen
De buurtmanager van Pontbuiten wil het verbieden, veel Surinamers willen zich er niet mee identificeren en de meisjes worden achter hun rug om voor banga (hoer) uitgemaakt. En toch heeft Kabula een grote aantrekkingskracht: het is zelfs ongekend populair.
De jonge vrouw staat in het midden van de zaal, vlakbij het podium. Ze ziet er prachtig uit, met haar glanzende haren en met zorg gekozen sexy kleding, die niets te raden over laat. Terwijl het ritme van de muziek opzwepender wordt, begint zij sensueel met haar heupen te draaien en te schudden. Ze plaats een hand op de grond en gooit haar billen omhoog. De mannen om haar heen pakken haar om de beurt bij de heupen vast en maken al dansend stootbewegingen.
De vriendin van de jonge vrouw heeft ondanks haar forse omvang een strakke witte legging aan en een wit strak topje. Ook bij haar zijn alle rondingen duidelijk te zien. Ze drukt haar billen tegen het geslacht van de man die achter haar staat. Voor buitenstaanders een schokkend gezicht, want de jonge vrouwen lijken het leuk te vinden. Waarom stellen deze dames zich schijnbaar zo gewillig op? Moeten we hun gedrag tijdens de zogenaamde Kabulafeesten afkeuren of overdrijven we en zijn ze gewoon lekker aan het feestvieren?
Gracia Groenefel |
Maikel Deira |
Negatieve associatie
De buurtmanager van Pontbuiten, Henry Kia, wil de Kabulafeesten in zijn buurt laten verbieden. “Ze zijn openbaar, iedereen gaat ernaar toe. Maar dit soort feesten hoort eigenlijk in een besloten club plaats te vinden.” Hij legt uit waarom: “De dames kleden zich zo schaars mogelijk, met korte rokjes. Ze klimmen op de speakerboxen, gooien hun benen in de lucht en laten hun schaamdelen zien.” Kia zegt het met afschuw in zijn stem. Hij is niet de enige die er zo over denkt. In de Ware Tijd van 1 april doet buurtbewoner Humphrey een opmerkelijke uitspraak: ‘Die kinderen doen net als wulpse dieren’. Buurtbewoners vinden dat de meisjes zich laten vernederen en worden uitgebuit. Ze noemen de meisjes banga’s (hoer) en de jongens pooiers en macho’s.
Onderzoek
Die negatieve associatie ondervond de jonge sociologe Gracia Groenefelt ook, toen zij aan haar onderzoek ‘Love me tonight, forget me tomorrow’ begon. Zij werd nieuwsgierig en wilde vooral de belevingswereld van de mannen en vrouwen die aan Kabula doen, vanuit hun gezichtspunt analyseren. Ze besloot daarom haar afstudeeronderzoek hieraan te wijden.
Groenefelt ontdekte al snel dat Kabula alleen om sensueel dansen en boeke (schuren) draait. “Kabula is meer dan muziek alleen. Het is een manier van leven, net als Hiphop. Daarom noem ik het ook de Kabula music culture. Het is meer dan alleen dansen. Het is een manier waarop mensen elkaar ontmoeten, waar zaken worden geregeld, en een manier om te surviven. De Kabulavrouwen vormen samen verschillende vriendengroepen. Binnen de groepen zijn er leidsters en er wordt geld verdiend met bijvoorbeeld een danswedstrijd.”
De mannen heeft Groenefelt onderverdeeld in ‘Kiekbrekers’ en Kabulamannen. Kabulamannen horen bij de vaste bezoekers van feesten en kennen de Kabulavrouwen goed. Kiekbrekers zijn bezoekers die voor de kiek naar zo’n feest komen kijken. Zij vinden de vrouwen sexy en aantrekkelijk, maar keuren tegelijkertijd hun gedrag af.
Wat is Kabula?
Waar Kabula vandaan komt, is moeilijk te achterhalen. Groenefelt heeft uit informele gesprekken begrepen dat de feesten in Nederland geïntroduceerd zijn door de band Avian Boyz. Surinaamse bands zoals Aptijt introduceerden het mogelijkerwijs in ons land. Het nummer Boegroe eng gi mi van Aptijt (2006/2007) lijkt het eerste populaire Kabula-nummer in Suriname te zijn.
Volgens Groenefelt is Kabula ongekend populair, gezien het aantal feesten dat wordt georganiseerd. Niet alleen de zogenaamde paydans (betaald dansen met een seksueel tintje), maar ook in besloten kring worden deze feesten georganiseerd. De herkomst van het woord Kabula is niet met zekerheid vast te stellen. Een bandlid van Aptijt meldde tijdens een interview met Parbode dat Kabula uit het Antilliaans komt, en ‘kabaal’ betekent. Iedereen is het er wel over eens dat het iets met feesten en uitbundigheid te maken heeft.
De bands
Kabula wordt gedanst op kaseko-muziek, maar dan een ‘ruwere’ stijl. Wanneer de overgang naar die stijl zich voordeed, is niet helemaal duidelijk. Vermoedelijk heeft de Kabulastijl zich aan het eind van de twintigste, begin 21e eeuw ontwikkeld. Maikel Deira, zanger van Aptijt is zich daarvan niet bewust. “Wij spelen kaseko en op een gegeven moment is men het Kabula gaan noemen. Ik weet het niet hoor, wanneer iets Kabula is.” Hij is er wel blij mee want: “Kabula is een succes. En wij zijn een commerciële band.” Ook showpresentatoren en radiodj’s hebben bijgedragen aan de toegenomen populariteit.
Tegenstanders van Kabulafeesten zijn de mening toegedaan dat de bands hun verantwoordelijkheid moeten nemen. Muziekgroepen ontkennen echter dat ze iets te maken hebben met de wijze waarop de dames en heren zich tijdens de optredens gedragen. Deira: “Wij maken muziek. Ik ben niet verantwoordelijk voor hoe mijn publiek daarop reageert.” Ook vindt Deira niet dat Kabula ordinair is: “De meiden zijn gewoon plezier aan het maken. Ze moeten zelf weten hoe ver ze gaan met hun kleding en gedrag. Ik vind het prima zo, ik geniet ervan!”
Deira stelt het onterecht te vinden dat er zo veel negatieve aandacht is voor Kabula. “Ga maar eens bij een willekeurig evenement of huisfeestje kijken. Stagiaires en toeristen misdragen zich net zo goed. Niet misdragen, ik zou het eigenlijk genieten moeten noemen!” Waar Deira zich wel zorgen over maakt, is het overmatig drankgebruik van zijn publiek. “Die meisjes zijn dan ongecontroleerd aan het drinken. Echt hoor, daar wil ik ze voor waarschuwen.”
Groenefelt beaamt dat bands een groot aandeel hebben in de Kabulafeesten. Veel Kabulameisjes ‘horen’ bij bepaalde bands. “Het zijn eigenlijk net groupies. Ze gaan ook mee met ze.” De bands weten dus dat ze – als ze de dames te vriend houden – verzekerd zijn van een grote opkomst bij hun optredens. En dat spelen ze weer door aan de organisatoren van feesten. “Voor hen zijn die dames dus van commercieel belang. Het zorgt ervoor dat je populair bent en dat je meer betaald krijgt. Want hoe groter je achterban, hoe meer de organisatoren je betalen.”
Deira noemt de dames geen groupies, maar zegt wel veel fans te hebben, zowel jongeren als ouderen, mannen en vrouwen. Hij heeft een verklaring voor de grote populariteit van Kabula in het algemeen en Aptijt in het bijzonder: “Wij zorgen voor plezier in een tijd van zoveel ellende. Bij ons kan je lekker ontspannen.” Wel noemt hij veel van zijn vrouwelijke fans ‘gelukzoekende vrouwen’.
In de muziekteksten van de bands wordt de Kabula levensstijl bezongen en bejubeld. De bezoekers van Kabulafeesten worden ge-big-upt, de bands zingen dat ze zich niks van de omgeving moeten aantrekken, maar vooral moeten genieten. In Groenefelts onderzoek zei één van de Kabulamuzikanten: ‘Als ze het opzwepende ritme horen, lijkt het wel of die meisjes winti krijgen!’ Deira beaamt dit: “Ja man, ze reageren vooral op ons ritme. Op de tekst letten ze niet eens.”
Betaalde seks
Veel gehoorde kritiek op Kabula in de buurt Pontbuiten is dat de vrouwen zich zo gewillig opstellen. Ze laten zich op de dansvloer betasten en dansen op zo’n manier, dat de boodschap duidelijk is: ze willen seks. Op de feesten gaat het verder dan het bijna onschuldige boeke. Buurtmanager Kia: “Kabula ligt niet ver van openlijke prostitutie. Het is eigenlijk een voortraject voor commerciële seks.”
Groenefelt heeft dat tijdens haar onderzoek anders ervaren: “Binnen de Kabulacultuur is het een ongeschreven regel dat de man na de seks geld achterlaat voor de vrouw. Zelfs al vraagt zij het niet. De man die niks geeft, is een vriendje”, legt Groenefelt uit. Dit komt volgens haar, doordat de Kabulacultuur een enorme machocultuur kent. “Een man hoort een vrouw te verzorgen. En bovendien, het geven van geld of het doen van een wederdienst, doet zijn status goed.”
De jonge Kabulavrouwen vinden zichzelf ondanks de verdiensten die ze krijgen na het hebben van seks, geen banga. Het geld dat met Kabula gemoeid gaat, is slechts een bijkomstigheid. “Die meiden willen gezien worden. Ze willen erkend worden. Hun lichaam is daarin een onderhandelingsmiddel.” Daarnaast zeggen de dames zelf dat ze ‘gewoon een beetje willen feesten, plezier willen maken’.
Misbruik
Groenefelt ontkent niet dat de meiden en jongens vaak uit volksbuurten komen. Dat is één van de redenen dat buurtmanager Kia Kabula zo kwalijk vindt: “Men maakt misbruik van de armoedige situatie van de meisjes. Er doen verhalen de ronde dat er honderd euro wordt betaald voor het kortste rokje. Of dat een BlackBerry gewonnen kan worden voor het meisje dat zich op het podium laat ‘nemen’. Ik denk dat we de jeugd hiertegen moeten beschermen.” Kia is vooral geschokt omdat hij weet dat minderjarige meisjes de feesten bezoeken. “Ik heb er meisjes van veertien jaar gezien, precies zo gekleed als de oudere dames.” Hij heeft de Kabuladames gevraagd zich niet meer zo te gedragen. ‘No Kia, no spang, het gaat rustig aan’, gaven zij hem als antwoord. Maar de feesten die erop volgden, waren volgens hem nog heftiger. Ook wordt er stevig gedronken en er zijn drugs in het spel. Groenefelt ontkent dat het altijd om arme meisjes gaat. “Het is voor sommigen inderdaad een overlevingsstrategie. Maar doordat ze meedoen aan de feesten, verdienen ze geld en gaan er maatschappelijk op vooruit. Sommige sponsoren de bands zelfs. De meisjes zien het naar Kabulafeesten gaan als hun plicht, zo leggen ze contacten. Ze willen erbij horen. Daarom vertonen ze zich in groepsverband. Ze willen gezien worden. Een mogelijkheid om geld te verdienen grijpen zij aan, maar dat is niet het allerbelangrijkste, wijst mijn onderzoek uit.”
Cultuur of niet?
De Kabulamuziek heeft naast invloeden van dancehall en Hiphop ook raakvlakken met andere Afro-Surinaamse dansstijlen en lijkt daardoor op een doorontwikkeling van deze cultuur. Maar Kia is het daar niet mee eens: “Sommige mensen zeggen dat het onze cultuur is. Maar dat is niet zo! Zoals ze bij NAKS (Na Afrikan Kulturu fu Sranan) dansen, met koto’s en al, dat is onze cultuur”, zegt hij boos. Het onderzoek van Groenefelt heeft echter anders uitgewezen. Kabula maakt volgens de bevindingen wel degelijk deel uit van de Surinaamse cultuur en heeft zich door de jaren heen ontwikkeld tot wat het nu is. Ze zegt: “Kabula behoort tot de levensstijl van de meisjes en jongens die er aan meedoen. Maar het is ook breder. Het maakt deel uit van onze samenleving.” Daarmee bedoelt ze ook mensen die het afkeuren. Ook zij zijn stiekem geïnteresseerd naar de stoere mannen en sexy meiden en bezoeken de feesten. “En iedereen weet, met een paar Kabulameiden op de dansvloer, is het feest nooit saai”, aldus Groenefelt.
Maar, hoe stoer de Kabulavrouwen ook overkomen als ze het hebben over wat er allemaal gebeurt op de feesten, ze wensen diep in hun hart een ander, rustiger bestaan. Dat komt uit het onderzoek van Groenefelt ook naar voren. En hun eigen dochters moeten vooral andere keuzes maken. Ze waken er dan ook voor dat de eigen kinderen naar school gaan en niet in aanraking komen met Kabula. Ook de Kabulamannen zien Kabulavrouwen niet als potentiële partner.
Volgens hen zou een volwaardige relatie niet goed gaan, omdat ze beiden ‘van de straat zijn’ en elkaars streken kennen.
Hoe verder?
Kia ziet een samenwerking met de muziekformaties, waarbij ze letten op hun rol als voorbeeldfiguren, als mogelijke oplossing om Kabulafeesten in toom te houden. Want hoewel hij de feesten in Pontbuiten wil verbieden, is hij niet tegen vertier voor de jeugd. Alleen moet het volgens hem op een andere manier, waarbij met name gewaakt wordt voor de jeugdige leeftijd van de bezoekers van Kabulafeesten.Deira wil graag als rolmodel een bijdrage leveren, maar vindt dat de echte verantwoordelijkheid bij de overheid ligt. “Als je met z’n vijftienen in een huisje woont, zou je toch ook de straat op gaan, vertier gaan zoeken? Als de muziekformaties zouden stoppen met muziek maken, zou het land een chaos worden. Er gaat zoveel mis, er is zoveel ellende en misère. Wij brengen evenwicht. Bij onze optredens kun je je zorgen aan de kant zetten, en kracht putten uit de muziek!”
Reacties op Kabula Ronald (65) Manuele (24) Maxwell (35) |