Kunstschatten, december 2011
Kunsthistoricus Bart Krieger bespreekt elke maand een kunstwerk
Stropdassen
Kunstwerken zijn op verschillende manieren te ‘lezen’. Met het oog, het hart en het hoofd. Het oog levert een objectieve beschrijving op, het hart een emotionele subjectieve en het hoofd kan het geheel in context plaatsen en hier betekenis aan geven. Deze maand Stropdassen uit de collectie Rite of Passage van Edke (kunstenaarsnaam van Miguel Keerveld), 2011.
Wat zien we?
Drie katoenen stropdassen in bonte kleuren.
Wat voelen we?
Een dubbel gevoel: vreemd en vertrouwd tegelijk. De dassen zijn gemaakt van de bekende pangi-stoffen die in Paramaribo, maar nog meer in het binnenland, gedragen worden door Marrons. En nu verwerkt in stropdassen!?
Wat denken we?
Deze dassen zijn een spin-off van de installatie die Edke maakte voor de expositie NEGERWIT-identiteit
& imago in de cellen van de voormalige gevangenis op het terrein van het Openluchtmuseum Fort Nieuw Amsterdam. In de zomer van 2010 was daar te zien hoe Edke met zijn werk een brug sloeg tussen Surinaamse en Westerse kunst en cultuur.
De dassen, gestropt aan stokken, doen denken aan de uit plantaardig materiaal opgetrokken toegangspoorten van Marrondorpen. Een mooi contrast, omdat de deuren van het dorp altijd open staan in tegenstelling tot de celdeuren van de gevangenis.
Betekenis?
Edke begeeft zich met deze collectie voor het eerst in het domein van de kunstdiscipline MODE. Dat doet een beeldend kunstenaar natuurlijk niet zonder reden (lees: boodschap). Onder andere de Nigeriaans-Britse beeldend kunstenaar Yinka Shonibare is hem hierin voorgegaan. Shonibare heeft vanaf de jaren negentig met zijn hoofdloze modellen in achttiende eeuwse kledij de wereld veroverd. De kleding was uitgevoerd in traditioneel Afrikaanse stoffen en de modellen stonden doorgaans in benarde erotische posities. Hiermee levert Shonibare kritiek op het eenzijdig positieve perspectief van de Europese gouden zeventiende en achttiende eeuw, waarin miljoenen Afrikanen zijn geknecht, verkracht en vermoord. Met andere woorden, niet alleen de kleding van de heersende klasse was ‘goed genaaid’. Edke’s dassen krioelen ook van symboliek. Het krijgen van een pangi markeert voor een jongen zijn rite of passage, de overgang naar het man zijn. In sommige Afrikaanse landen doen ze dat bijvoorbeeld door het aanbrengen van littekens (zie afbeelding).
Net als littekens hebben de patronen van de stoffen een eigen betekenis, die in combinatie met applicaties en borduursels iets kunnen zeggen over de levensfase en gemoedstoestand van de drager. Hiermee is de pangi een betekenisvol statussymbool. Hetzelfde kan gezegd worden van de Westerse stropdas. Ook dit kledingstuk heeft met status, milieu en levensfase van de man te maken. Door beide tradities te ‘huwen’, creëert Edke een nieuw product dat toegevoegd kan worden aan het postkoloniaal gedeelde erfgoed van Europa en de West.
EdKe, 1982
EdKe is pseudoniem voor de Surinaamse beeldend kunstenaar Miguel Eduard Keerveld. Hij begint zijn artistieke loopbaan als autodidact in 2004 met als drijfveer: ‘Schilderen is een reflectie op mijzelf. Momenten die mij raken en mijn persoonlijke expressie zijn mijn grootste inspiratiebronnen’. De werken van EdKe zijn opgenomen in de collectie van Gallery Royal House of Art, Paramaribo. Zijn werken worden gekocht door kunstliefhebbers in de regio, Amerika en Europa. Naast solo-exposities is het werk van EdKe geselecteerd voor groepstentoonstellingen in Suriname en de regio. In 2009 kiest EdKe definitief voor zijn artistieke loopbaan: vrijheid boven zekerheid, met een nieuw statement: ‘Mijn werken zijn een uitnodiging om door mijn ogen naar de wereld te kijken…’