Rappa
Schrijver en columnist RAPPA legt iedere maand de Surinaamse samenleving op de pijnbank
Weer eens 25 februari
Velen ‘uit Tachtig’ zullen zich dat zwingend liedje nog herinneren; ik geloof dat het bij één jaar revolutie gepresenteerd werd. Ik kan me de eerste regels en de melodie nog wel voor de geest halen: ‘Pa-ra-ma-ri-bo was in paniek, op vijij-fentwintig februaaa-rie. Ik hoorde kanonnen en uzi-uzi, deng-deng-deng-parem-peremp…’ en dan verdwijnen de woorden, net zoals het revolutionair elan al gauw verdween en plaats maakte voor corruptie, vriendjespolitiek, mishandeling, tegencoups, huurlingen, martelingen, schietpartijen binnen en buiten militaire objecten, alsook steeds feller wordende anti-kapitalistische, anti-westerse en anti-kolonialistische retoriek.
25 februari 1980 kwam echt niet uit de hemel vallen; laat simplistisch denkenden dat niemand wijsmaken. Het was het regelrechte gevolg van corruptie, wanbeleid, zware mishandeling van studenten en moord op stakers tijdens de periode van politievolmacht, politiek verraad, Arrongantie, criminaliteit, allemaal al vóór de onafhankelijkheid, en daarna ook nog miskenning van nieuwe ideeën en het geklooi met jonge onderofficieren die allerlei moderne modes (zoals een vakbond) uit het Nederlands leger hadden meegenomen toen ze, gelokt door een Nederlandse salarissuppletie, in Surinaamse krijgsdienst traden.
Toen een stootgroep van 16 onderofficieren in de vroege ochtend van die 25e februari de op het Hoofdbureau van Politie gevangen gehouden leiding van hun Bond Militair Kader (BoMiKa) wilde bevrijden – er zou later die dag door de burgerrechter vonnis tegen hen gewezen worden – viel de ex-kolonie als een overrijpe manja met een plof in hun handen. De kolonie was, zoals in het verleden, weer eens overgenomen of gegijzeld door een boot met kanonnen op de rivier, met het grote verschil dat er deze keer geen blanke, maar bruine en zwarte jongens aan boord waren.
En laat niemand ons tegenwoordig iets anders wijsmaken, het overgrote deel van de bevolking in Paramaribo was opgelucht, blij en zelfs wild enthousiast met die militaire machtsovername. Eindelijk was er weer orde en tucht (beelden van criminelen die in het kampement op hun buik liggend ‘gesjweept’ werden, gingen de wereld rond) en waren we die corrupte politieke burgerkliek kwijt. Nu zou er daadwerkelijk ontwikkeling komen en Nederland gunde de nieuwe regering het voordeel van de twijfel met zeker honderd miljoen Ennef steun. Geen wonder dat één jaar revolutie, ondanks aardig wat barsten en scheurtjes aan de revolutionaire top, groots gevierd kon worden. Volgens velen is er nooit daarvoor en ook nooit meer daarna in een luttel jaar zoveel gepresteerd. Gewoon omdat er geld zat was en er niet in etnische hokjes, maar volgens nationalistische lijnen werd gewerkt. En vooral dat laatste zat de in etnische hokjes denkende gevestigde orde van vóór Tachtig goed dwars.
25 februari zal daarom een markante datum in onze historie blijven, bij voor- en bij tegenstanders. Het is de nationale feestdag die het begin van een bewustwordingsperiode inluidde, met als absoluut dieptepunt de executies van 8 en 9 december 1982. Maar ook die kwamen niet zomaar uit de lucht vallen en onder andere uit de WikiLeaks blijkt dat er wel degelijk invasieplannen voor Suriname waren, ondanks steeds de hardnekkige ontkenning vanuit Den Haag.
En net zoals leden van een Duits vorstenhuis (Ben ick van Duitschen Bloed) het Nederlands koningshuis met militair geweld stichtten, het modderlandje aan de Noordzee al ‘stedendwingend’ en dijken doorprikkend, losrukten van de Spaanse overheerser en een aantal losse provinciën smeedden tot één natie die daarna zowat een eeuw lang wereldmacht verwierf, zo belandden wij vanaf die 25 februaridag in 1980 in een soortgelijk koloniaal onthechtingsproces. Staat ons ook een Gouden Eeuw te wachten? Niet met een Willem de Zwijger, maar met een Bouta de Krijger? Best mogelijk; onze bodem zit vol goud met flink wat tropisch hardhout erop. En sjmokkelen, sjaggeren en sjoemelen kunnen velen van ons ook heel goed; waarschijnlijk geleerd van onze koloniale meesters. Die gingen toch onder het commando van – is het niet – ene ‘Piet Klein, zijn naam is Hein, maar zijn dade benne rein’ namelijk zelfs met een complete Spaanse zilvervloot aan de haal. Maar dan zullen er hier eerst nog een aantal storende corrupte varkentjes gewassen moeten worden, anders zal 25 februari, onze enige feestdag die tot tweemaal toe werd ingesteld, ook de enige worden die ook tot tweemaal toe zal worden afgeschaft. Dat zal Ronald ‘Joaaaah’ von Para zum Venetië met alle genoegen doen.