Memre
Bijzondere Surinamers zijn een jaar na hun heengaan alleszins een terugblik waard. Opdat ze niet vergeten worden…
Stephen Westmaas
Paramaribo – Coronie
23/12/1971 – 23/4/2011
Wesje, zoals Stephen Westmaas bekend stond, kwam samen met zijn neef Turbo (Marlon Stuart), een zeer getalenteerde danser, door een auto-ongeluk om het leven. Samen waren zij met Charisma King, de vrouw van Wesje, hun zoon Jaheim en neef Jimmy onderweg naar Nickerie.
Op familiebijeenkomsten wist hij iedereen al aan het lachen te brengen. Als jongeman danste hij in een electric boogiegroep. Met Bonyo Boys bracht hij drie cd’s uit, waarvan Swar Man een hit werd. Earl Thijm van deze groep vergeet de dinsdagavond vóór het auto-ongeluk nooit meer. “Door allerlei omstandigheden zagen we elkaar niet meer zo vaak, maar op die avond kwam hij op bezoek en gaf me een sigaar en een biertje. We hebben tot twee uur ’s ochtend gepraat. Ik beloofde hem dat ik er bij de volgende show bij zou zijn.” Wesje werkte bij Telesur op de afdeling internetdiensten, waar zijn vriend en latere financiële man Mike Antonius de scepter zwaaide. Het telecombedrijf heeft een groot aandeel gehad in de ontwikkeling van Wesje als artiest. Hij presenteerde via ATV Comedy Hour, drie achtereenvolgende jaren de Parbo Nights en daarnaast Got Talent, een vakantieshow voor scholieren. Met Charisma kreeg hij een zoon, Jaheim (3) en op 15 november 2011 werd Stephania geboren. “Ik ben dankbaar dat ik het jaar heb overleefd. Vooral voor mijn kinderen is dat belangrijk. Ze hebben me nodig. Ik heb Stephen bij de bevalling heel erg gemist. Het waren emotionele momenten. Hij zou onze dochter niet meer zien.” In de kinderen herkent Charisma veel van haar man: “Dat maakt me blij. Hij is er niet meer, maar hij leeft in hen voort.” Inmiddels heeft Charisma haar studie afgerond en een baan. Voor Josta Stewart, zijn moeder, is het nog steeds een beetje onwerkelijk. Maar heel vastberaden zegt ze: “Ik heb me nooit afgevraagd waarom dit moest gebeuren. Als de Heer het niet gewild had, was dit niet gebeurd, want onze God kan alles!” Het geloof in God was in het leven van Wesje van grote waarde. In één van zijn shows verwerkte hij iets dat hij om twee uur in de ochtend op straat had meegemaakt. Hij zong toen achteloos een populair liedje en zag plotseling een griezilige gedaante op hem afkomen. Hij begon het zondagsschoolliedje Mijn God is zo groot, zo sterk en zo machtig, te zingen. In zijn show vertelde hij dat hij daarna luid begon te bidden op een manier waarop predikanten jaloers zouden zijn. Uiteindelijk vloog dat vreemde verschijnsel voorbij.
De begrafenis kreeg nationale aandacht. Er werd langs de route gezongen en men strooide bloemen over de lijkwagen. Wesjes moeder vat het kort en krachtig samen: “Het leek alsof een koning ten grave werd gedragen.”