Memre
Bijzondere Surinamers zijn een jaar na hun heengaan alleszins een terugblik waard.
Opdat ze niet vergeten worden…
Clark Bertram Accord
Paramaribo – Amsterdam
6/3/1959 – 11/5/2011
Het spelletje ‘gekke dingen’, werd ooit spontaan door Clark als kind ontwikkeld. Het ging erom dat iedereen zo gek mogelijk deed en daarbij de meest zotte verhalen moest verzinnen. Hij was dan meestal de eerste. Daaruit werd al gauw duidelijk dat hij dol was op verhaaltjes vertellen. Clark werd in een typisch Afro-Surinaams gezin geboren als zoon van Jeanette Brudet en Luciën Accord. Hij was het vierde kind, naast Marcel, Mavis, Liesbeth, Irma, Iwan, Jhonny en Ricardo. Bigi brada Marcel vertelt: “Tot Clarks vierde jaar woonden we in Wageningen, daarna aan de Van Idsingastraat. Suku trobi met kinderen uit de buurt, maar vooral met de directe buren, was een van zijn hobby’s. Hoewel hij ook gezellig kon meespelen met andere kinderen, moest Marcel het vaak voor hem opnemen wanneer
hij op school weer eens door een andere scholier was aangevallen.
“Hij hield van BB met R en chinesetayersoep”, herinnert Mavis zich. Met name BB met R maakte hij op zijn eigen wijze klaar. Na de middelbare school ging hij op vakantie bij zijn zussen in Nederland. Hij besloot er te blijven en studeerde voor verpleegkundige en daarna voor visagist, een vak waarin hij internationaal zijn naam vestigde. Hij woonde enkele jaren in Wenen, maar keerde naar Amsterdam terug. In 1999 debuteerde hij als schrijver met De koningin van Paramaribo. Dit boek beleeft inmiddels zijn dertigste druk met meer dan 120.000 verkochte exemplaren en werd ook in Duitsland, Spanje, Latijns Amerika en Finland uitgebracht. Op verzoek van Theater Cosmic bewerkte hij het boek tot een theatermonoloog. John Leerdam deed daarvan de regie en Helen Kamperveen speelde Maxi Linder. Enkele jaren daarna werd het tot muziektheatervoorstelling bewerkt. Er volgde een tweede roman Tussen Apoera en Oreala, een liefdesgeschiedenis in het oerwoud van Suriname. Bingo!, zijn derde roman over een gokverslaafde Surinaamse vrouw, kwam uit in 2007. In Het Parool, Trouw, Elsevier, Man, Elle en Marie Claire verschenen verschillende van zijn columns en artikelen.
Marcel is net als zijn broers en zussen bewogen over zijn heengaan: “Hij stierf aan maag/darmkanker. Persoonlijk denk ik aan een hartstilstand vanwege een te hoge dosis morfine.” Clark was in de laatste fase van zijn leven bang om te gaan slapen. “Hij dacht dat hij dan makelijker dood zou gaan”, vertelt Marcel. “Hij had nog zoveel willen doen”, benadrukt zus Mavis.
Op 7 mei 2011 werd hij door de Surinaamse ambassadeur in Nederland, namens de President van Suriname, onderscheiden met de Ere-Orde van de Gele Ster. Hij deed daarna de markante uitspraak: “Dan mi kan dede now”. Broer en zus zijn eensgezind: “Tot nu toe kan het niet goed tot ons doordringen dat hij er niet meer is. Hij was een sterke man. Wijs, ondernemend, levendig, vrolijk en ambitieus.”