Rappa
Schrijver en columnist RAPPA legt iedere maand
de Surinaamse samenleving op de pijnbank
Frutte of Fouterse?
Tussen alle traditionele mails (vroeger waren dat stapels kerstkaarten) met happy new year erop, geïllustreerd met een of andere lyrisch zoetsappige afbeelding, was er eentje van een oude en intussen ook ouwe schoolvriend van me. Beginjaren tachtig had hij zich steeds feller gekeerd tegen de militaire machthebbers. Tijdens de coup van Rambocus, een vriend van ons beiden, juichte hij één dag hardop, totdat die bevelhebbersstem via een Telesurkanaal weer door de ether klonk.
En tegen december 1982 deed hij met mede-studenten mee aan de bezetting van het gebouw van het Medisch Wetenschappelijk Instituut (MWI). Terwijl collegabezetters alles rookten en dronken wat ze konden vinden, snuffelde hij in allerlei paperassen, onder andere in autopsierapporten. Hij heeft daar toen een aantal weggehaald die bij hem erg dubieus overkwamen: van soldaten, vermeende coupplegers en contra-militaire figuren die onder verdachte omstandigheden waren overleden. In het autopsierapport stonden er dan dingen als overleden aan een zonnesteek, hartstilstand (ja, natuurlijk, anders leefde die nog), aan een giftige stof, waarschijnlijk een insecticide, Dendrine, en dat soort camouflage-omschrijvingen. Toen de bezetting van het MWI werd beëindigd, nam hij deze autopsierapporten mee en toen hij niet lang daarna het land uitvluchtte als gevolg van de Decembermoorden, nam hij die paperassen ook mee. In zijn kerst-/nieuwjaarsmail klaagde hij steen en been over de situatie in Nederland: de elite en de arbeiders hadden een politiek regeerpact gesloten en regelden hun respectieve achterban daarbij ten koste van de middenklasse, die door onderlinge verdeeldheid en arrogantie, zo stelde hij dat, niet genoeg zetels had gehaald en die nu in dat regeerakkoord als een droge perzik verder uitgeknepen zou worden. En hij, als middenklasser, zag het daar daarom niet meer zitten. Hij wilde terug, liever vorig jaar dan volgend jaar. Ik geloofde dat eerst niet: hij die terwille van ‘hem en hen en dat gedoe’ in 1982 was weggevlucht, wilde dertig jaar later terugkeren, terwijl ‘hem en hen en dat gedoe’ nu legaal aan de macht waren? Dan moesten de vooruitzichten daar in Nederland werkelijk niet zo rooskleurig zijn. Ik mailde hem deze overdenkingen en hij replyde door te stellen dat bij hem sinds Pim Fortuyn de maat vol begon te raken met dat opkomend fascisme dat zich vooral steeds duidelijker tegen allochtonen keerde. Maar al die lastenverzwaringen waren voor hem de druppel die de emmer deed overlopen. Hij wilde terug naar Sranan. Ik moest hem helpen aan een stuk grond te komen; hij had daar wat euro’s voor over. Ik zei hem dat hij met dat geld liever een verkiesbare plaats op de kandidatenlijst van een grote partij kon kopen en na zijn verkiezing zijn assembleelidmaatschap kon gebruiken om vóór zijn beurt, snel-snel, aan een lekker stuk domeinland te komen. Plus hij was dan verzekerd van een lekker inkomen voor wat schreeuwof slaapwerk in ’s lands vergaderzaal. Zijn reactie was dat ik cynisch reageerde en in feite niet wilde meewerken aan zijn remigratie. Ik wilde geen concurrentie zeker, terwijl Suriname goed draaide; de goudproductie was op en top, Staatsolie bouwde een raffinaderij, de houtproductie was stijgende, en ga zo voort. En de huidige machthebbers? Daar maakte hij zich niet druk om, die zouden zichzelf tegen 2015 te pletter hebben gemarcheerd. Dan zou zijn ouwe politieke club glansrijk terugkomen. Ik mailde terug: gelijk had hij: de Canadese goudmultinational draaide zo goed dat hun fabriek om de haverklap cyanide lekte. En de raffinaderij vorderde, maar als ze in de tussentijd geen winbare oliereserves vonden, zou de raffinaderij op importolie moeten draaien. En het hout ging maar weg naar het Oosten, net als onze bauxiet naar het Noorden en dankzij het ontbreken van moderne milieuwetgeving blijven wij weer eens met de gaten in ons bos en de bodem achter. En die politieke club van hem? Als die niet meedeed met Baas, zouden ze naar het nulpunt wegzakken. Deze reacties deden bij hem de deur dicht. Ik was een bekrompen a-nationalist, had geen geloof in eigen kunnen en accepteerde zeker wat die moordenaarsbende mij en de bevolking voorhield. Toen volgde een bladzijdenlange heftige kots over die auto-amnestiewet, drugsgerelateerde dingen enzo. Ik dacht toen: blijf jij maar liever bij je Mark Frutte, Diederik Famsom en Geert Filders en laat ons maar met Desi Fouterse, Chandrikapersad Fantokhi, Ronnie Frunswijk en Paul Fomohardjo.