2014: erop of eronder
Volk verwacht in 2014 eindelijk wegwerpluiers
Nog zestien maanden scheiden Surinaamse kiezers van de stembusgang. Dus beginnen politici langzaam maar zeker de messen te slijpen. De coalitiepartijen zouden zich beter met andere dingen bezig kunnen houden: zij zullen in 2014 vooral moeten presteren om de vele beloften die ze in 2010 hebben gedaan, na te komen. Voor hen is het erop of eronder.
Bij zijn aantreden in augustus 2010 en vooral op 1 oktober van dat jaar tijdens het uitspreken van de regeringsverklaring 2010- 2015, met de fraaie titel Kruispunt. Samen naar betere tijden, schotelde de nieuwbakken president Desi Bouterse zijn volk het walhalla voor. Met de Mega Combinatie in het machtscentrum zou alles zou beter gaan, de wereld zou niet meer om Suriname heen kunnen. En bovenal zou iedere Surinamer er beter van worden. Daar is tot nu toe weinig van te merken. De euforiestemming is verdwenen. De regering is in de afgelopen 3,5 jaar vooral in het nieuws gekomen wegens ‘veranderde beleidsinzichten’, het ontslag van elf ministers, financiële problemen, naar corruptie riekende schandalen en schandaaltjes, een dubieuze amnestiewet en de machteloosheid om te presteren. Van alle mooie plannen is daardoor maar weinig terecht gekomen. En het klonk in 2010 zo hoopvol: het streven was, zo zei Bouterse letterlijk ‘om een economisch opbouwplan te formuleren en succesvol uit te voeren, dat erop is gericht om van Suriname een welvarend land, bewoond door een gelukkig volk, te maken’. Een nobel doel, maar hoe hij dat denkt te bereiken, is nog steeds niet duidelijk.
Woningnood
Een van de belangrijkste speerpunten uit de regeringsverklaring, was de bouw van achttienduizend woningen voor mei 2015. Daar zal tegen die tijd maar een fractie van gerealiseerd zijn. Bouterse zei onlangs dat hij blij zou zijn als een aantal van zesduizend zal zijn opgeleverd, in het huidige tempo zal men daar nog geen tien procent van halen. En dus is de woningnood over een jaar nog net zo nijpend als bij zijn aantreden. Ook moesten er ‘acht flats van 250 wooneenheden elk met uitgebreide, moderne voorzieningen’ verrijzen. Daar is ook nog steeds niets van terechtgekomen. De president zag de bui in 2010 waarschijnlijk al hangen en benadrukte dat die woningbouw alleen kan worden gerealiseerd bij ‘een transparant en rechtvaardig grondbeleid’. Dat ontbreekt echter nog steeds op het hoofdpijnministerie van Ruimtelijke ordening, Grond en Bosbeheer (RGB). Daar worden kennelijk om die reden bewindslieden vervangen alsof het wegwerpluiers zijn. Maar ja, er is op het departement dan ook altijd heel veel stront aan de knikker. Bouterse en zijn regering zijn er ook niet in geslaagd orde op zaken te stellen, wat deels de oorzaak zou zijn voor de stagnerende woningbouw. Want, zo verklaarde de president, er zijn niet genoeg geschikte bouwlocaties beschikbaar. Terwijl partijbonzen en sympathisanten van de coalitie concessies en lege percelen aan het water krijgen om privé-recreatieplaatsen te ontwikkelen, moet de gewone burger maar wachten tot hij of zij een ons weegt. En lanti kennelijk ook, getuige het gebrek aan bouwgrond. Dat was onder vorige regeringen niet anders, maar die beloofde nooit zo nadrukkelijk om de woningnood serieus aan te pakken.
Verder lezen? Koop dan de januari-editie van Parbode. Tot eind januari 2014 in de winkel, daarna alleen te verkrijgen via de redactie.