Bokking met manja
Oorsprong
Anders dan soms wordt gedacht, is bokking geen aparte vissoort; het is een gerookte versie van de haring, die door de bewerking goed geconserveerd is. Eeuwenlang was het in Noord- en West- Europa volksvoedsel nummer 1, vooral omdat het zo goedkoop was en in het koelkastloze tijdperk lang bewaard kon worden. Toen aan het einde van de negentiende eeuw de vleesprijzen drastisch daalden, werd de bokking aanmerkelijk minder populair en werd het vrijwel alleen nog gebruikt door de armen. Onterecht, want met bokking kun je eindeloos variëren in de keuken. In Suriname doen we dat gelukkig nog steeds. Met dank aan de Hollandse kolonisten, die het vanwege de houdbaarheid meenamen op de lange zeereis naar hun nieuwe bestemming en hier introduceerden. Bokking is vandaag de dag nog steeds een van de goedkoopste visvarianten, maar desondanks zeker geen minderwaardig ingrediënt in de keuken.
Benodigdheden
(voor 4 personen)
2 grote of 3 kleine bokkingen
4 boomrijpe manja’s
1 ui
2 teentjes knoflook
2 rode pepers
3 eetlepels tomatenpuree
Olie
Bereidingswijze
De bokking in kleine stukken snijden en gedurende minimaal een uur in koud water leggen om te ontzouten. De manja’s wassen en schillen en het vruchtvlees in lange repen snijden. Ui, knoflook en de rode pepers (zaadjes verwijderen) in zeer fijne stukjes snijden. Bent u een liefhebber van echt pittig eten, dan kunt u 1 of 2 pepers extra gebruiken. Ui, knoflook en peper even bakken in een beetje hete olie, vervolgens de gesneden bokking en tomatenpuree toevoegen en het geheel goed mengen. Gedurende 5 minuten op zacht vuur laten sudderen. Nu de stukken manja toevoegen en roeren en nog 10 minuten met het deksel op de pan gaar laten stoven. Serveren met rijst en eventueel cassave en/of bakabana.