Opinie: Weer een jaartje menselijk kapitaal verspild
Elk jaar rond half augustus wachten ruim 11.000 leerlingen van de zesde klassen gespannen op de uitslag van de toets die ze een maand eerder maakten. En elk jaar is er weer het gelamenteer over de resultaten. In Coronie slaagde dit jaar 24,74 procent van de leerlingen, Nickerie telde 71,43 procent geslaagden. Dat kan geen toeval zijn. Op de openbare school Hockey 1 aan de Ramgoelamweg slaagden 12 van de 47 leerlingen. Bij de Pandit R. Sheoratanschool aan de Indira Gandhiweg boekten alle 38 leerlingen succes. De school leverde ook nog eens zeven ‘Go Glo’ers’ af; knapkoppen die 60 punten of meer behaalden. Ook dat kan geen toeval zijn.
Voordat we dieper ingaan op de resultaten van de Pandit R. Sheoratanschool, stel ik voor dat we in gedachten samen teruggaan naar de dag van de uitslag. Ziet u ze zitten in de klas, in afwachting van de uitslag? Een klas van veertig kinderen in Coronie of aan de Ramgoelamweg. We doen de praktijk geen geweld aan, dus we stellen ons een grote klas voor. Een kwart van de leerlingen is geslaagd. Ik rond het gemakshalve even af. Na de uitslag lopen er tien kinderen min of meer opgelucht, of zelfs blij naar huis. En dertig kinderen lopen teleurgesteld, verdrietig of wellicht al onverschillig het schoolplein af. Ziet u ze lopen? Volgend schooljaar komen die afgewezen leerlingen misschien terug – met welke motivatie? Of ze houden het voor gezien, dat kan natuurlijk ook.
Stelt u zich nu voor dat u broodjes gaat bakken. Van de veertig broodjes die u uit de oven haalt, kunt u er dertig niet eten, hup de prullenbak in, mislukt. Zou u niet heel snel nagaan waar het fout is gegaan; meel, gist, zout, water, oven? Stelt u zich voor, u koopt bij een timmerman vier stoelen. Als u de stoelen thuis rond de tafel schikt om met uw gezin te gaan eten, zakken er spontaan drie stoelen door de poten. Zou u niet heel snel teruggaan naar die timmerman en een klacht indienen vanwege wanprestatie? Maar, zult u misschien tegenwerpen, een kind is toch geen broodje, een kind kun je toch niet vergelijken met een stoel? Nee, daar hebt u volkomen gelijk in, maar verspilling is wel verspilling. En in dit geval is het niet alleen verspilling van geld, tijd en energie, maar vooral verspilling en vernedering van ons menselijk kapitaal.
Minister Peneux is boos over de resultaten, in het bijzonder over die in Coronie. Hij gaat dan ook persoonlijk naar het kokosdistrict voor een spoedonderhoud met leerkrachten, directeuren en ouders. Hij wil onderzoeken wat de knelpunten zijn. Want, zo zegt hij, dit schooljaar heeft hij zeven leerkrachten opgedonderd vanwege seksueel geweld en vervolgens zijn de meest gekwalificeerde leerkrachten naar het district gestuurd. En nu dit! Minister Peneux kan wel weer huilen. De hoogwaardigheidsbekleder balanceert telkens weer tussen twee emoties: hij is óf boos, óf verdrietig. Arme minister, hij weet misschien niet dat kinderen pas kunnen leren als ze zich veilig voelen. Hij weet zeker ook niet dat de eindresultaten van een opleiding die zes jaar duurt, niet in het laatste jaar plotseling ingrijpend kunnen veranderen. En misschien weet de minister ook niet dat de resultaten in Coronie door de jaren heen, al vanaf de eerste klas, altijd bedroevend waren. Overigens niet alleen in Coronie.
Toeval of geen toeval? De Pandit R. Sheoratanschool weet wel dat er vanaf de eerste klas gewerkt moet worden aan de motivatie van ouders en kinderen. Goede resultaten zijn voor een groot deel te danken aan inzet van de leerkrachten. Goede resultaten vereisen ook een optimale samenwerking tussen ouder, kind en leerkracht. Het hoofd van de school en de leerkrachten bezuinigen niet op gesprekken. Ouders en leerlingen zijn altijd van harte welkom op de school. Laatkomers worden direct toegelaten tot de klas. Een gesprek volgt later. De leerling die verzuimt, kan rekenen op een persoonlijk bezoek van het schoolhoofd. Hij of zij wordt diezelfde dag nog van huis gehaald! De leerlingen worden gestimuleerd: ‘jij kunt het wél’, in plaats van ‘jij kunt het niet’. Zo behouden leerlingen zelfvertrouwen, of hervinden het.
Overigens: de gegevens waarvan we in dit artikel gebruikmaakten, danken we aan het ochtendblad de Ware Tijd. Niet aan de website van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, want op die website staan de resultaten van de toets niet. We zouden graag schrijven ‘nog niet’, maar ook naar de resultaten van het vorige schooljaar en de jaren daarvoor zoeken we tevergeefs. Wel lezen we op de website: ‘Onderwijs minister Peneux bemoedigd bursalen hun best te doen’. Het hele werkwoord is ‘bemoedigen’. De stam is ‘bemoedig’ van ‘ik bemoedig’. De minister is derde persoon enkelvoud, in dit geval schrijven we stam + t, dat wordt dus ‘bemoedigt’. Alstublieft. Medewerkers van het ministerie kunnen zelf soms ook nog wel een lesje gebruiken.