Boekrecensie: Openhartige gesprekken met Cynthia Mc Leod
Cynthia Mc Leod-Ferrier is zonder twijfel de bekendste auteur van Suriname. Ze werd in 1936 geboren als dochter van Eugenie Lionarons en Johan Ferrier, de laatste gouverneur en eerste president van Suriname. Mc Leod volgde de middelbare school in Suriname en studeerde verder in Nederland voor lerares
Kinderverzorging en -opvoeding. Ze trouwde met Donald Mc Leod, die zij in Nederland had leren kennen. In 1962 vertrokken ze naar Suriname, waar Cynthia Nederlands ging studeren. Van 1969 tot 1978 was zij lerares Nederlands in Paramaribo. Haar echtgenoot werd in 1978 benoemd tot ambassadeur van Suriname in Venezuela. Daarna volgden posten in België en de Verenigde Staten. In het buitenland begon zij serieus te schrijven en vooral tijdens haar verblijf in België was zij in de gelegenheid archiefonderzoek te doen in onder meer Den Haag, Amsterdam, Rotterdam, Emmerich en Keulen. In 1986 keerden de Mc Leods terug naar Suriname en in 1987 verscheen haar debuut Hoe duur was de suiker? bij uitgeverij Vaco in Paramaribo. Deze zeer succesvolle historische roman over de suikercultuur in de achttiende eeuw werd later opnieuw uitgegeven door de Nederlandse uitgeverij Conserve. Daarna verschenen andere historische romans
van haar hand. Dit deel van Cynthia Mc Leods leven beslaat precies de helft van het honderddertig pagina’s Cynthia Abrahams. Abrahams, opgegroeid in Paramaribo, studeerde Engels en promoveerde in 2010 op leven en werk van de Surinaamse dichter Robin ‘Dobru’ Raveles. In haar inleiding schrijft Abrahams dat deze ‘openhartige gesprekken’ gevoerd werden in 2015 en 2016. Merkwaardig daarom is, dat Jean van der Velde, regisseur van de filmversie van Hoe duur is de suiker?, het voorwoord dat hij voor dit boek schreef de datum ‘juni 2006’ meegeeft. Foutje? In de inleiding schrijft Abrahams: ‘Zij [Mc Leod] heeft de ‘gewone mens’ in Nederland en Suriname aan het lezen gekregen en de geschiedenis via haar werk toegankelijk gemaakt’. Op deze manier geformuleerd lijkt me dit toch echt onjuist. Voor Suriname is het waarschijnlijk waar, maar voor Nederland…?
Vanaf pagina 65 besteedt Abrahams aandacht aan het ontstaan van Mc Leods publicatie over Elisabeth Samson en Cynthia’s betekenis, vanuit België, voor het project Open boek voor Suriname, waarbij in totaal achttienduizend boeken aan Suriname worden geschonken. In 1991 overlijdt haar man in Brussel. Vervolgens gaat zij zich vanaf 1994 via stichting Surflandria inzetten voor het geven van eten aan kinderen die dat nodig hebben. Ze ontmoet Kees de Bakker van uitgeverij Conserve en in 1995 verschijnt daar Hoe duur was de suiker? en later Welkom El Dorado en Elisabeth Samson. Op de hiernavolgende pagina’s lezen we over de tochtjes die Cynthia organiseert waarbij ze vertelt over de geschiedenis van Suriname, op een boot, aanvankelijk gehuurd van touroperator Sirano Zalman, maar later op haar eigen boot de Sweet Merodia, genoemd naar haar roman Vaarwel Merodia. Duizenden kinderen zijn meegegaan op deze educatieve tochtjes. In 2014 maakte Mc Leod haar laatste trip. Haar historische stadswandelingen bleef ze vervolgen. Tot slot gaat Abrahams in op de feesten die ter gelegenheid van Mc Leods kroonjaren (bigiyari) werden gegeven, de verfilming van Hoe duur was de suiker?, de publicatie van Tutuba, de vele lezingen die Mc Leod gaf en op de literaire tour die de beide Cynthia’s in 2016 naar Curaçao maakten. Wellicht zouden de gesprekken die de twee Cynthia’s voerden nog wel iets openhartiger gekund hebben, bijvoorbeeld op het gebied van de politiek. Haar vader was politicus, haar zuster Kathleen Ferrier was een niet onomstreden CDA-politica. Wat zijn háár opvattingen, bijvoorbeeld over de huidige politieke situatie in Suriname? Ze publiceerde in 2005 … Die Revolutie niet begrepen! … Of openhartigheid ten aanzien van de kritiek op haar werk. Ze zegt daarover wel: ‘Iemand die een historische roman schrijft, heeft een heel ander doel dan iemand die literatuur wil schrijven. Dat zou een recensent zeker moeten begrijpen en hij zou eigenlijk moeten kijken naar de research die is gepleegd’. Het is een bekende opvatting van Mc Leod, waar natuurlijk wel wat tegenin valt te brengen. Dat doet Abrahams niet. Toch is het een onderhoudend boek geworden over het volle leven van een Surinaams fenomeen, uitgegeven door Conserve, een uitgeverij die – net als In de Knipscheer – een compliment verdient voor het verspreiden van Surinaamse literatuur.