Dieren in Suriname: kinderen van de rekening – Parbode Sneak Peek
Vermoorde jaguars, gedumpte puppynesten en afgesneden poten van wilde dieren. Met de recent aangenomen ontwerpwet dierenwelzijn hoopt de regering deze praktijken de kop in te drukken. Een mijlpaal voor de Stichting Henk Abrahams en Dierenbescherming Suriname, maar er is nog veel werk aan de winkel. ‘Het moet afgelopen zijn met die nonchalante mentaliteit in ons land.’
Al zoekend met een bak rijst staat Cynthia Ashruf, voorzitter van de Stichting Henk Abrahams en dierenactiviste, met rubberlaarzen aan te turen op een grote vuilnisbelt. “Waar zijn ze gebleven? Normaal gesproken zijn ze altijd hier.” Ooit was de verlaten plek bewoond met veel groen eromheen, maar sinds de eigenaren weg zijn is het perceel met twee huisjes getransformeerd tot een afvaldumpplek. De enige bewoners zijn twee achtergelaten huisdieren. Al jaren schuilen een kat en een hond tussen het puin. Ze behoren tot de vele zwerfdieren in Paramaribo die afhankelijk zijn van de stichting, die hart heeft voor vooral straathonden en -katten, en loslopende huisdieren die worden verwaarloosd. Een eindeloos, maar nuttig project, want volgens de Dierenbescherming zijn er wel vijftienhonderd tot drieduizend zwerfdieren in Paramaribo. En die populatie neemt snel toe. Na een twee jaar durende aanloop en voorbereiding is de ontwerpwet dierenwelzijn eindelijk aangenomen door De Nationale Assemblée met 37 stemmen.Een belangrijke eerste stap voorwaarts ter bescherming van de dieren in ons land, vinden de Stichting Henk Abrahams en de Dierenbescherming Suriname, die meewerkten aan de ontwerpwet. Meerdere malen heeft de Stichting Henk Abrahams samen met de Dierenbescherming en Green Heritage Fund Suriname vreedzame protestdemonstraties gehouden.
Het doordrukken van de wet Dierenwelzijn duurde hun veel te lang. “Bij een aanname van de wet dierenwelzijn en staatsbesluiten kunnen er eindelijk maatregelen worden getroffen tegen kwaadwilligen”, legt Ashruf uit. “We wilden een stem zijn voor zij die geen stem hebben. Dierenleed mag niet langer straffenloos zijn.” Al zes jaar rijdt ze als één van de vrijwilligers van Stichting Henk Abrahams rond in een busje om zwerfdieren op straat te voeden. Het liefst zou ze alle diersoorten in nood willen helpen, maar de stichting richt zich momenteel vooral op het grote en zichtbare probleem: zwerfdieren. Zo’n vier tot vijf keer in de week voedt ze deze dieren, en ook vandaag is het weer tijd. Ashruf hoopt dat dit vrijwilligerswerk in de toekomst niet meer nodig zal zijn. De toon is alvast gezet door de aanname van de conceptwet. De protesten hebben gewerkt. Maar er moeten op wettelijk en sociaal gebied nog veel meer stappen worden gezet om dierenmishandeling uit te roeien. Naast die wet moeten er namelijk ook staatsbesluiten komen, “want anders is het een dode wet”, stelt Ashruf. In die staatsbesluiten moeten een heleboel details worden opgenomen over dierenwelzijn, waardoor de wet kan worden bekrachtigd. Daarin moeten bijvoorbeeld de voorwaarden en alternatieven staan voor hoe een hond moet worden behandeld, hoe lang die ketting moet zijn, wat precies wel en niet mag. Dit geldt voor allerlei dieren. Het wachten is nu dus daarop, voordat er daadwerkelijk tegen dierenmishandeling kan worden opgetreden. Tot voor kort stonden er slechts een paar wetten in het Wetboek van Strafrecht over dierenwelzijn, die niet bekrachtigd werden. In eenvoudige woordenhielden die in dat dieren geen onnodig leed mag worden aangedaan, en dat de verantwoordelijken van die dieren zorg moeten dragen. Maar die kon de lading van dierenwelzijn lang niet dekken, daar waren meerdere wetten voor nodig, zoals de conceptwet dierenwelzijn (zie kader). In 2014 werd het concept ingediend door een werkgroep dierenwelzijn in DNA. Volgens Leontien Bansse-Issa, dierenarts en voorzitter van de Stichting Dierenbescherming moest er echt iets gedaan worden. “Want al zou die ene oude wet wel genoeg geweest zijn, dan is er geen motivatie bij de politie om op te treden tegen kwaadwilligen. De aard van die oude wet was moeilijk te doorgronden, waardoor mensen zich gemakkelijk konden verschuilen. En daarnaast konden verantwoordelijken van dierenleed zich er zo uitpraten met een advocaat.”
Verder lezen? Het hele artikel staat in het februarinummer van Parbode.