Voorwoord: Kwakkelende paarse winnaar
De achterban van Desi Delano Bouterse bewierookt onze president met volle overtuiging als een absolute winnaar. Als we de paarse propagandisten mogen geloven, is de onfeilbare Bouta de 24- karaats volksheld van de mofinawan. In hun ogen stelt hij de machtige, sluwe leider voor, die met kop en schouders uittorent boven zijn collega’s in het politieke spectrum.
De realiteit is echter een hoofdstuk apart. Het sociaal contract dat DDB aan de vooravond van de verkiezingen van 2010 met het volk sloot, ligt compleet in scherven, en – alle waarschuwingen ten spijt – zijn populistisch beleid heeft op termijn contraproductief gewerkt. Regeerperiode DDB-II is inmiddels de apotheose van een rampscenario waarbij de staatshuishouding in elkaar dondert onder de vele schulden, tekorten en de uit de pan gerezen inflatie en wisselkoersen.
Voor DDB himself moet 2017 overigens een ware kwelling zijn geweest. Na jaren van ondoordacht consumptief beleid heeft zijn regiemaanpak nu meer weg van het voortdurend aanvoeren van infuuszakken en zuurstofflessen naar het torentje van Financiën. Maar wat DDB wellicht veel onheilspellender zal vinden dan onze aanzwellende schuldenberg en sociale malaise, zijn de verwikkelingen in het Decembermoordenstrafproces. Een kernvraag daarbij is hoe zijn Kabinet zal reageren als het pittig vonnis dat boven zijn hoofd hangt, werkelijkheid wordt.
Dit topbestuurscentrum maakt sowieso al een erg fragiele indruk onder DDB-I en DDB-II. Sinds 2010 is een twintigtal ministers vroegtijdig weggebonjourd, nota bene met behoud van allerhande privileges voor het leven.
En DDB? Die bleef in 2017 om de haverklap uit beeld om ‘redenen van persoonlijke aard’. Waar Bouta precies naar toe koerst mag joost weten. Maar dat we tot die tijd met hem mee zullen moeten kwakkelen, dat is helaas een feit.