Bori tori: Baby on board – Parbode Sneak Peek
Het was duidelijk dat ik zwanger was. Misschien gebruikte ik dat te vaak als excuus om te kunnen eten wat ik wil, maar dat maakt voor mij niet uit. Ik heb lang gewacht om te kunnen zeggen dat ik eet voor twee en niemand veroordeelt je. Mijn man, Jim, en ik hebben een jaar geprobeerd om zwanger te worden. Na ons huwelijk dachten we dat het direct zou gebeuren. Jammer genoeg was dat niet zo. Alles heeft zijn tijd, zei Jim altijd. Hij is altijd geduldig geweest, dat is een van zijn beste kwaliteiten. Door de hele zwangerschap heen heeft hij mij bijgestaan in alles. Zelfs tijdens mijn slechtste dagen, de dagen waarop ik bij wijze van spreken niet eens bij mezelf wilde zijn, was hij er voor me. Het maakte niet uit waar het om ging of hoe laat het was: als ik iets lustte, kocht hij het direct. Geen wonder dat ik de eerste zes maanden zoveel ben bijgekomen. Oordeel niet, er groeide nog steeds een mens in me.
Vrijdag is bij ons gewoonlijk date night, maar de laatste tijd voelde ik me niet zo ‘mooi’, dus had ik daar niet meer zoveel zin in. Daardoor waren we zeker een maand niet samen uitgegaan. Er draaide toevallig een film die ik graag wilde zien, dus vroeg ik Jim om naar de film te gaan deze vrijdag. Hij was allang blij dat ik weer zin had om op straat te gaan, want hij was wat bezorgd over het feit dat ik mij een beetje slecht voelde over mijn uiterlijk.
Het was vrijdagavond zeven uur toen we onderweg waren naar de film. Er waren veel auto’s op straat. Ook bij de bioscoop was het verschrikkelijk druk. Ik was zes maanden zwanger, mijn voeten waren opgezwollen, ik voelde me constant opgeblazen en had geen zin in publiek. Jim bestelde een large popcorn, hotdogs en cola. Het was een spannende horrorfilm. De voorstelling was na twee uren voorbij.
Jim en ik zouden nog even langs mijn moeder gaan om wat eten op te halen. Zij had mijn favoriete gerecht gemaakt: aardappelschotel. Van jongs af was het zo dat wanneer mijn moeder aardappelschotel maakte, mijn dag echt compleet was. Ik plaatste de pot met aardappelschotel op de achterbank. Als het kon had ik die seatbelt eromheen gedaan, maar het paste niet. Jim zou maar rustig moeten rijden.
Het was intussen al laat geworden. De rit naar huis zou misschien nog zo’n dertig minuten duren. We reden in een slecht verlichte buurt. De weg was lang en betegeld. Jim sprak over politiek, maar ik dacht alleen aan die heerlijke aardappelschotel van mijn moeder. Plotseling maakte de auto een hels lawaai, daarna viel het stil. We schrokken. Deze auto had nooit problemen gegeven. Bovendien kenden we de buurt niet zo goed. Het zag er een beetje eng uit: de straten waren donker en de huizen lagen ver van elkaar. Misschien omdat het rond middernacht was en ik net een horrorfilm had gezien, was alles extra beangstigend voor me. Toen Jim uitstapte om de auto te checken fluisterde ik hem nog toe om voorzichtig te zijn.
Jim kwam er maar niet uit wat er aan de hand was met de auto. In de verte liepen er af en toe verdachte figuren rond. Ik maakte alle ramen dicht, tegenwoordig kan je niet voorzichtig genoeg zijn. Jim drukte me op het hart in de auto te blijven zitten. Aangezien hij in de auto geen bereik had, liep hij een beetje verder en belde roadside assistance van zijn verzekeringsmaatschappij. Moe zakte ik de stoel naar beneden en ging op mijn zij liggen. Ik was al bijna in slaap gevallen toen ik plotsklaps een auto in volle vaart hoorde aankomen. Nog voordat ik kon reageren hoorde ik Jim gillen…, toen werd alles zwart.
Af en toe zag ik lichten en hoorde ik mensen praten, maar ik kon ze niet verstaan. De volgende ochtend werd ik wakker in een hospitaalbed. Ik kreunde van de pijn. Mijn arm was in verband en ik voelde schrammetjes op mijn gezicht. Ineens drong het tot mij door wat er gebeurd was. Ik greep direct naar mijn buik en begon te huilen toen ik een schopje voelde. Jim kwam naar binnen en kuste me. Hij legde me uit dat alles okay was met mij en de baby, en dat ik alleen een paar schrammetjes en een gebroken arm had. Ik had echt geluk dat het niet erger was.
Het hele artikel is te lezen in het meinummer van Parbode.