Opinie: Vrijheid van meningsuiting versus respect – Parbode Sneak Peek
‘Bouterse is een toxische en desastreuze leider’. Edward Belfort windt er geen doekjes om. Zowel in zijn functie van ABOP-parlementslid als die van presentator van het tv-programma Sranan Tide naa Dey, schroomt de man er niet voor om beschuldigend uit te halen naar onze president en zijn partij, de NDP.
Meteen na de recente uitspraken van Belfort, werd de regering in het radioprogramma Bakana Tori opgeroepen tot ingrijpen bij het tv-programma. Dit omdat de politicus/presentator ‘etnische sentimenten roert’ en ‘aanzet tot etnische haat’.
U bent het eens of niet eens met de woorden van Belfort, als presentator van zijn opinieprogramma mag hij zijn mening delen. Suriname kent niet voor niets vrijheid van meningsuiting. Ook in columns van kranten, uitspraken van persvoorlichters, interviews met politici en berichten op Facebook delen Surinamers uit alle lagen van de bevolking – ook ongefundeerd – hun mening.
Een mening hebben mag, maar even belangrijk blijft respect. Zeker in de functie van presentator én politicus heeft Belfort een publiek om verantwoording aan af te leggen. Wanneer je daarbij ook je uitspraken niet grondig kunt onderbouwen met onweerlegbare feiten en gebeurtenissen, zegt dat genoeg over je eigen capaciteiten.
Er wordt steeds meer politiek op de man gespeeld in plaats van op de bal. Niet alleen gaan we daarom maar moeizaam vooruit, onze parlementariërs en regeringsleiders raken verweven in persoonlijke vetes. En deze worden veel te vaak uitgevochten via de media. Dat is op zijn minst gevaarlijk te noemen, want er is sprake van een derde persoon – de journalist – die uitspraken correct moet interpreteren.
Nog gevaarlijker wordt het wanneer er geen journalist aanwezig is om het publieke gesprek in kritische banen te leiden. Denk hierbij gerust ook aan programma’s zoals Door de bank van Sammy Doerga, Sranan Tide naa Dey van Edward Belfort en Yehi Paigam Hamara van Sheilendra Girjasing. Hier is er geen sprake van een weerwoord.
Lees het hele artikel in het oktobernummer van Parbode