Opmerkelijke Surinamer: Ramsoender Dihal – Parbode Sneak Peek

Ramsoender Dihal (1921–1995) stond bekend als de man die met een fles cola in de ene en een liter melk in de andere hand het parlement toesprak. De fles cola symboliseerde de levensmiddelen waarvan de prijs maar bleef stijgen; de melk stond voor de boeren, die het moesten doen met de stagnerende verkoopprijzen van hun producten. Ramsoender, oprichter van de eerste landbouwpartij in ons land, kwam vooral op voor de boeren. Respect voor zijn achterban, ongeacht etniciteit, was zijn kracht.

Op de plek waar nu de Kwattamarkt staat, een van onze kleurrijkste markten, organiseerde Ramsoender een landbouwexpo. In 1962 bezocht koningin Juliana met prinsessen Beatrix, Irene en Margriet deze tentoonstelling, vertelt zijn zoon Amar Dihal (66). Ramsoender had in de jaren ervoor een goede reputatie opgebouwd op het gebied van landbouw en veeteelt. Op basis van deze ervaring ging hij in de jaren vijftig werken voor het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij en kreeg hij de mogelijkheid om in de Verenigde Staten zijn kennis op landbouwgebied te verrijken. De boeren in Suriname hadden het moeilijk toentertijd. Ze werden steevast door de regering genegeerd. “Mijn vader was erg begaan met het lot van zijn collega’s, het ging hem aan het hart”, vervolgt Amar. “Het organiseren van de tentoonstelling deed hij uit eigen passie en om bewustwording te creëren bij de buitenwereld.”
Ramsoender werd de eerste voorzitter van de landbouwcoöperatie te Kwatta, die vandaag de dag nog bestaat. Samen met een aantal geestverwanten nam Ramsoender in 1958 het initiatief om de eerste landbouwcoöperatie van het gehele Caribisch gebied op te richten. Doordat de landbouwers zich verenigden, konden ze kosten besparen en samenwerken aan een betere infrastructuur. Zijn drang om anderen te helpen en op te komen voor minderheden leidde ertoe dat Ramsoender in 1965 oprichter en voorzitter werd van de Partij van de Landbouw. Javanen en Boeroes waren op het gebied van landbouw minder bedeeld in vergelijking met de Hindostanen. Ramsoender maakte daarin geen onderscheid, hij kwam op voor iedereen.

In 1967 veroverde hij een parlementszetel in de Staten van Suriname. Hij was de enige parlementariër van niet-Javaanse komaf die vloeiend Javaans sprak. Deze taal gebruikte hij zowel bij massameetings als in het parlement. Daarnaast sprak hij Sranantongo, Sarnami, Hindi, Nederlands, Engels en kende Sanskriet. “Hij was geliefd door vele parlementariërs, zowel mede- als tegenstanders. Door zijn sociale en communicatieve vaardigheden was hij een verbinder en bruggenbouwer tussen de bevolkingsgroepen en religies”, herinnert Amar zich. Zijn vader is tot 1978 actief gebleven in de politiek.

Lees het hele artikel in het novembernummer van Parbode

0

Gedeeld