Kortweg: De wet van de stimulerende achteruitgang
Een willekeurige dag, de monteur kijkt naar mijn auto, ik kijk naar een willekeurige krant, nou ja krant. Op de voorpagina zie ik een foto van een willekeurige dame, vastgebonden aan dievenijzer, het woord zegt het al, van een willekeurige supermarkt. De dame had iets gestolen uit de winkel en dat was niet de eerste keer, luidde de verklarende tekst.
De dievegge was in het blad niet herkenbaar in beeld gebracht.Maar de onverschrokken journalist van het blad, de naam laat ik achterwege, had haar ongetwijfeld herkenbaar voor zijn lens gekregen. En vele anderen zullen met hem de geboden gelegenheid gretig hebben aangegrepen.
Ik kreeg een grandioos idee, legde subiet het stuk papier neer, rende naar mijn auto, greep de sleutel uit handen van de monteur, sloeg de motorkap dicht en reed in volle vaart de garage uit en een willekeurige straat in, op zoek naar de ‘plaats delict’. Misschien was de politie nog niet geweest. Zo snel was de politie niet altijd. Hopelijk stond de boosdoenster nog vastgebonden aan het dievenijzer. Mocht dat zo zijn, dan konden we haar ter plekke eens flink afstraffen.
Terwijl ik willekeurig naar links reed,vervolgens een willekeurige straat rechts insloeg, bruiste ik van de ideeën. We konden om te beginnen termen roepen met zijn allen, natuurlijk alleen termen die te maken hadden met diefstal, al zou ik persoonlijk een enkele ‘vuile hoer’ ook niet erg vinden.Want je zou het altijd zien, zo iemand deed natuurlijk ook heel andere ontzettend slechte dingen om aan geld te komen. Mocht spugen ook? Zouden we dat nou wel doen? Daar twijfelde ik nog aan. Maar een flinke hoeveelheid speeksel voor de voeten van de dame met de lange vingers moest kunnen.
Mocht er een paal in de buurt zijn, dan werd dat onze schandpaal. En als de supermarkt nog wat rot fruit ter beschikking wilde stellen, konden we de veelpleegster daarmee bekogelen.Paardenvijgen was ook een optie, maar ja, waar vond je in deze tijd zo snel een flinke hoeveelheid paardenvijgen? Hetzelfde gold voor pek en veren. Stenigen zou wel kunnen, los liggende stenen genoeg, bedacht ik onderweg en kaal scheren ook.
De brandstapel konden we achter de hand houden.Ondertussen reed ik gedreven door willekeurige en minder keurige buurten. Helaas geen dievegge te bekennen. Teleurgesteld maar niet ontmoedigd keerde ik huiswaarts, enthousiast over de combinatie van mogelijkheden van dit digitale tijdperk met de middeleeuwen.