Sociaalhistorisch onderzoek naar de Lawaspoorlijn – Parbode Sneak Peek
Wie langs Onverwacht rijdt, kan bij het districtscommissariaat een oud treinstel bewonderen. Een stille herinnering aan de treinen die vanaf begin vorige eeuw in Suriname hebben gereden. Ook in het logo van de dc is de beeltenis van een locomotief te vinden. De trein duikt af en toe op in verhalen van oudere Surinamers, maar de huidige generatie weet er niet veel van. Nynke Anna van der Mark doet sociaalhistorisch onderzoek naar de Lawaspoorlijn, meer bekend als de Landsspoorweg die heeft gelopen tussen Paramaribo en het dorpje Dam.
Tekst Renate Sluisdom
Van der Mark (24) is academisch geïnteresseerd in de Atlantische koloniale geschiedenis, waaronder behalve Suriname ook Brazilië en Afrikaanse landen vallen. Ze moest in 2017 een paper schrijven voor het vak Business of Empire. “Toen stuitte ik, eigenlijk helemaal bij toeval op internet op de Lawaspoorweg in Suriname. Er was niet zo veel informatie, dus toen heb ik een onderzoekje gedaan over die spoorlijn en er een paper over geschreven. Het was heel interessant, en ik besloot mijn mastersonderzoek daarover te doen.” En ze lacht: “Maar dat was de eerste keer dat ik in aanraking kwam met Suriname. Ik heb dus niet echt veel ervaring met Suriname of Surinaams onderzoek.”
In haar paper‘Steam and Steel in Surinam, an analysis of how the Lawa Railway came into begin, 1886-1913’, lag het zwaartepunt op de totstandkoming van de spoorlijn, en de verschillende particuliere en Nederlandse belangen. De historica in spe richt zich in haar huidige onderzoek op de sociale geschiedenis van de spoorlijn; op de rol in de levens van de Surinamers, zowel in de dorpen langs de spoorlijn, als in Paramaribo. Op welke manier was de spoorlijn een verlengstuk van het koloniale gedachtegoed? Hoe zagen de Surinamers de spoorlijn en op welke manier gebruikten zij het spoor?
De Lawaspoorlijn werd door de Nederlanders gebouwd tussen 1903 en 1911. Toen deze klaar was, waren Paramaribo en Dam over een lengte van 140 kilometer met elkaar verbonden. Het doel van de spoorlijn was om goud uit de binnenlanden naar de kust te vervoeren. Toen de goudproductie rond 1970 werd stilgelegd, moest er een nieuw doel gevonden worden, in de vorm van toerisme en het vervoeren van schoolkinderen. Dit was echter niet van lange duur; sinds 1996 rijden er geen treinen meer in Suriname. Van der Mark: “Aangezien de treinen tot 1996 hebben gereden, zijn er nog vele mensen in leven die hierover kunnen vertellen. Dat is een groot goed in de geschiedschrijving, daar wij immers graag uit eerste hand willen weten hoe het voor mensen in een bepaalde tijd geweest is, maar zij vaak niet meer in leven zijn. Het is daarom van groot belang dat ik persoonlijk in Suriname ben om interviews te houden met de mensen die de spoorlijn meegemaakt hebben.”
Wat ze precies gaat doen? “Ik ben nu voor een maandje hier. Ik heb al contacten gelegd met de wetenschappers Maurits Hassankhan en Jerry Egger. Daarna heb ik een eerste bezoek gepland aan het Nationaal Archief Suriname, om te gaan zoeken naar bestuursdocumenten over de oprichting en het gebruik van de spoorlijn, in de hoop dat ik daar aanknopingspunten zal vinden om verder te gaan. Verder is het dus zaak om via-via mensen te vinden die nog iets weten van de spoorlijn of die er nog mee hebben gereisd.” Het liefst wil Van der Mark de verhalen horen die betrekking hebben op de economische en sociaalmaatschappelijke rol van de spoorlijn in het leven van Surinamers, maar verhalen als dat van ‘de vonken die van de locomotief afkwamen die daken en hele huizen deden afbranden’ zijn ook zeer gewild voor de onderzoekster. “Het raamwerk is dus de sociale geschiedenis met de trein als hoofdonderwerp, waarbij we kijken hoe de trein als social actor een rol had in de maatschappij. Daarmee hoop ik een veel breder verhaal van de sociale geschiedenis van Suriname te vertellen.”
Wat is er nu al te vertellen over die Lawaspoorlijn?
“Er reden drie treinen per dag van Paramaribo naar Kwakoegron, dat was het eerste deel van de spoorlijn. In het tweede gedeelte reed de trein twee keer per dag naar het dorpje Kabel waar men via een kabelbaan de rivier overging en van daaruit verder ging van Kabel Zuid naar Dam. Dat laatste gedeelte was maar een keer per dag mogelijk. Hoe verder je kwam, hoe minder treinen beschikbaar waren dus.” De dienstregeling die Nynke Anna op de kop weet te tikken, geeft aan dat de doelstelling duidelijk gericht was op het vinden van goud, er lagen veel goudplacementen op de route. De dienstregeling omvatte: Lelydorp, Onverwacht, Republiek, Zanderij I, Berlijn, Zanderij II, Sectie O, Kwakoegron. In het tweede deel kwamen daarbij: Guyana goudplacer, De Jong Noord, Gross placer, De Jong Zuid, Brownsweg, Kabel Noord, Kabel Zuid, Abontjeman, Adjama, Sikakamp, Gege en Dam.
Lees verder in het julinummer van Parbode