Boekrecensie: Toontaal: Sprekende Surinaamse liedjes van 1650 tot 1950
Dit jaar verscheen bij LM Publishers Toontaal van Frank Ferdinand, een auteur met een achtergrond in muziek en muziekonderwijs. Ferdinand heeft zelf ook liederen, zowel in het Surinaams als in het Nederlands geschreven, waarbij zijn specialistische studie van het Sranantongo goed van pas is gekomen. Vanaf zijn jeugd heeft hij een bijzondere interesse in de volksmuziek van de Afro-Surinaamse bevolkingsgroep.
Van de laatste legde hij al in Suriname een verzameling teksten en melodieën aan die zich met de jaren gestaag uitbreidde en waarvan een groot deel uiteindelijk in dit boek is bijeengebracht. Van elk van de 71 liedjes zijn de liedteksten in Sranantongo op muziek gezet, vertaald en verklaard door de auteur. Ze zijn een belangwekkende erfenis van de Surinaamse zangcultuur. Bij dit boek hoort een cd met vijftien liedjes die zijn ingezongen door Jeannine La Rose en Frank Ferdinand met instrumentale begeleiding van Andro Biswane.
Het boek begint heel toepasselijk met het volkslied van Suriname, echter doen de vertalingen vreemd aan. Ook de teksten van sommige liedjes die afwijken van wat gangbaar is in Suriname, doen de wenkbrauwen fronsen. Zou het niet beter zijn geweest om gangbare versies als hoofdversie te gebruiken? Bekende zangers hebben op bepaalde volksliedjes hun stempel gedrukt bij het populair maken van deze liedjes. Helaas worden dergelijke grootheden als Max Woiski senior (Pyaw, Sestin april) niet genoemd. Ze hadden door middel van een voetnoot zeker de grani mogen krijgen voor het populair maken van deze liedjes.
Het boek geeft een overzicht van Surinaamse liedjes van 1650 tot 1950, begrijpelijk dat niet alle bekende liedjes kunnen worden opgenomen. Het zou mooi zijn om in een volgende editie wel bijvoorbeeld Alonki kon dansi, Spokendans, Pingipingi kasi, Minimi kon nyan en Kownu oloisi lasi op te nemen.
Auteur Ferdinand heeft in ieder geval enorm werk verzet met deze aanzet om oude Surinaamse liedjes historisch te beschrijven. In het boek legt hij uit dat zingen niet alleen ingebed was in de Afrikaanse cultuur van de tot slaaf gemaakten, maar dat zang hen ook diende als serieus communicatiemiddel. Met zang konden zij uiting geven aan hun frustraties, ruzies of onenigheid uitvechten, maar ook tactische zaken zoals vluchtplannen binnen de groep communiceren. Zo verklaart Ferdinand de herkomst van bekende liedjes uit de slaventijd zoals Perun Perun en Fayasiton, no bron mi so. Voor geïnteresseerden in de geschiedenis van Surinaamse muziek is dit boek ongetwijfeld een aanrader.
3½ STERREN
Joyce Doekhie
Toontaal: Sprekende Surinaamse liedjes van 1650 tot 1950, Frank Ferdinand, 2019, LM Publishers, ISBN 9789460223983
Dit artikel is te lezen in het decembernummer van Parbode