Willy Soemita: ‘Het worden harde verkiezingen’ – Parbode Sneak Peek
Na bijna een halve eeuw is Willy Soemita teruggetreden als voorzitter van de politieke partij KTPI. Met de politicus blikken we terug op zijn veelbewogen carrière. En vooruit op de toekomst van zijn partij.
Tekst Renate Sluisdom
Willy Soemita is zoon van de illustere Javaanse politieke leider Iding Soemita en werd 84 jaar geleden geboren in Mariënburg, Commewijne. Toen kleine Willy naar de leerschool moest, verhuisde het gezin naar ‘de stad’. Hier ondersteunde Willy’s vader Javanen die terugverlangden naar Java, dat destijds in de onafhankelijkheidsstrijd zat. Bij een bezoek aan Indonesië kreeg Iding Soemita het advies om zich te vestigen in Suriname, waar de Javanen een stukje grond was beloofd. Het begrip gotong royong, help jezelf en elkaar, werd overgeplant. Later veranderde dit in de beweging PI, Persatuan Indonesia. Deze beweging streefde naar eenheid onder de Indonesiërs in Suriname. Op 28 november 1948, een half jaar voor de allereerste verkiezingen, werd de beweging omgezet in de politieke partij: Kerukunan Tulodo Prenatan Inggil, kortweg KTPI. Grondlegger was Iding Soemita.
Allereerste verkiezingen
Bij de allereerste verkiezingen in Suriname behaalde de KTPI twee van de 21 zetels in – destijds nog – de Staten van Suriname. Zoon Willy herinnert zich nog de verkiezingstijd: “Ik had helemaal geen politieke belangstelling, ik was elf of twaalf jaar oud, maar ik ging altijd mee. De vergaderingen werden gehouden in theaters Bellevue of Luxor. Een van de grote massameetings werd op het terrein van het Patronaat – het was helemaal vol – gehouden. Dat had mijn vader gedaan om zijn kracht te tonen.” Ook in 1955 doet de KTPI het goed. De partij komt opnieuw in het machtscentrum en KTPI-topper Ashruf Karamat Ali wordt minister.
“In 1969 wilde pa afstand nemen van de actieve politiek. Hij wou zich nog meer toeleggen op sociaalmaatschappelijke problemen. Inmiddels was er een crisis geweest, de vakbond hield grote stakingen en de nationalistische bewegingen kwamen op. De politieke situatie was helemaal veranderd. In 1972 maakte pa zijn beslissing bekend. Op een vergadering werd mij verteld dat ik de nieuwe voorzitter werd. Ik schrok, ik wist niet wat er gebeurde”, zegt Soemita, die de positie in eerste instantie weigerde. “Vroeger werd er op deze vergaderingen overwegend Javaans gesproken. En ik sprak geen drup Javaans. Maar mijn moeder zei tegen mij: ‘Ben je mijn zoon? Dan moet je het aanvaarden’. Dus heb ik het aanvaard”, zegt Soemita. Samen met Theo Saridjo en Hendrik Soemodihardjo begon hij met het mobiliseren van jongeren, onder begeleiding van de KTPI.
Voetballen met Henck Arron
In diezelfde periode worden de betrekkingen met NPS-voorzitter Henck Arron opnieuw aangehaald. De twee heren kenden elkaar van de mulo, toen Arron doelman was van de Sint Paulusschool en Soemita middenvelder van de Hendrikschool. Op het veld stonden ze meerdere malen tegenover elkaar. Ook hun leeftijd hadden ze met elkaar gemeen. “Ik was een maand ouder dan Arron, we plaagden elkaar altijd”, herinnert Soemita zich lachend. Ook op de latere advocatenopleiding kwamen de heren elkaar tegen. Geen van beide rondde de studie af. “Arron was allang actief in de politiek, ze noemden hem de kroonprins van Jopie Pengel”
Lees het hele artikel in het maartnummer van Parbode