Bodil de la Parra: ‘Ik zeg graag dat ik Surinaamse ben’ – Parbode Sneak Peek
“Het is nu een lege plek”, zegt actrice en toneelschrijfster Bodil de la Parra over het perceel Zwartenhovenbrugstraat 140, waar ze voor het eerst logeerde in 1970, toen ze zes was. “Ik bewaar de idyllische herinnering aan een tropisch oord, waar ik mij door de ontvangst van mijn familie meteen thuisvoelde.”
Tekst John Jansen van Galen
Haar opa, Richard Leonard de la Parra, dreef in het ruime, houten pand een apotheek en woonde er met zijn drie zusters. Vele malen keert Bodil er terug, met liefde beschrijft ze de ‘groenharthouten vloer’ en de ‘rood met zwart geglazuurde drempel’. Dan, in 2014, brandt het huis af, de vlammen slaan over van een brandend pand aan de overzijde. Als ze er nu langskomt wekt dat ‘het gevoel op van een gat dat je de adem beneemt, een plek die er niet meer is; het doordringt je van het belang van de herinnering’. Op het terrein verrees inmiddels een ‘soort Bijenkorf’, een uitbreiding van het bekende warenhuis van Moussi Issa. “Mijnheer Issa is ook naar mijn voorstelling over het huis komen kijken en nodigde mij hartelijk uit voor een bezoek – alsof dat voor mij leuk was.”
Bodil is in de eerste plaats theatermaker. Ze verzamelde teksten voor een solovoorstelling over Het verbrande huis, toen uitgever Jasper Henderson haar benaderde: had ze geen materiaal voor een boek? Terwijl wij praten op een terras in het Vondelpark (waar ze in coronatijd ‘hardlopend sociale contacten onderhoudt’) slaakt ze een vreugdekreet: de uitgeverij heeft de eerste exemplaren binnen!
Niet alleen in dat familiehuis voelde ze zich thuis, maar ook, en vooral, in Suriname. “Ik ben er na de Onafhankelijkheid in de jaren zeventig tot in ’92 niet geweest. “Toen merkte ik pas goed hoezeer ik met Suriname verbonden was: je voelt het zo gauw je er je voet op de grond neerzet. Ik word altijd heel vrolijk van het door elkaar leven van al die bevolkingsgroepen, ik krijg er een heel blij gevoel van en zeg graag dat ik Surinaamse ben. Maar dan denk ik tegelijk: mag dat eigenlijk wel? Ik heb alle privileges van Nederland en heel andere problemen dan dat vijftien landgenoten opeens vermoord zijn. En toch: de verbinding was en is er altijd.”
Die lange afwezigheid had diverse oorzaken: haar vader Pim zat aan de grond na zijn epische film Wan Pipel, haar ouders scheidden, zij zelf werkte aan haar theatercarrière en Suriname leefde in de slagschaduw van de decembermoorden.
Lees het hele artikel in het augustusnummer van Parbode