De eeuw van Elizabeth Malone-Louisville: ‘Op weg naar succes, passeert men het dorp moeilijkheden’
Oma Elizabeth Malone is maar liefst 102 jaar oud. Haar moeder, wier ouders heel vroeg zijn overleden, werd door haar grootmoeder grootgebracht. Ook de oudere en jongere zus van haar moeder waren overleden.
Door Chiara van Leeuwaarde
Na een tijd ging haar moeder van school af. “Zij is later beland bij de familie Gerber en verbleef daar. Meneer Gerber was directeur van ’s Landsgrond Boniface (later bekend als ’s Lands Weldadigheidsgesticht) dat stond op de hoek van de Wanicastraat (nu Pengelstraat, red.) en Verlengde Gemenelandsweg. Hij was een Duitser en getrouwd met een Surinaamse vrouw. Deze familie had drie kinderen. Mijn moeder kreeg mij op haar achttiende”, vertelt oma Malone, die door de familie Gerber als hun eigen kind werd behandeld. “Mijn moeder en ik werden goed behandeld. Als kind speelde ik spelletjes als dyompofutu en poptji patu.” In de vakantie reisde ze meestal met de trein naar Republiek om te zwemmen.
Ze bezocht de Rust en Vredeschool (lagere school) en de uloscholen Selectaschool en Van Sypesteynschool. Omdat ze goed kon leren, vroeg de onderwijzer van de Rust en Vredeschool of zij overgeplaatst kon worden naar de Selectaschool. Op die school werd er eerst Engels verzorgd en daarna Frans, terwijl op de Van Sypesteynschool dat juist omgekeerd was. Zij heeft alle klassen van de Van Sypesteynschool afgemaakt. “Frans was een van mijn lievelingsvakken”, zegt ze.
“De familie Gerber is na haar pensionering naar Nederland vertrokken, daarna kwam de oorlog van Hitler, waardoor wij in Suriname bleven.” Na het afronden van de Van Sypesteynschool, koos ze ervoor om haar moeder te ondersteunen, die vanwege langdurige ziekte niet meer kon werken. “Om de kost te verdienen, deed ik huishoudelijk werk voor verschillende mensen.”
Na het vertrek van de familie Gerber verhuisden oma Malone en haar moeder naar omgeving Rust en Vredestraat/ Hoogestraat. “Er waren zeven huizen op het erf waar ik woonde. Er was daar een grote bakkersoven en aan de overkant een Chinese bakkerij.” De buurtbewoners die koek verkochten, maakten gebruik van deze oven.
“In die buurt leefden wij als één grote familie”, zegt Ma Lies, die altijd zong tijdens het strijken. Haar gezang trok de aandacht van haar toekomstige man, politieagent Egbertus Malone. “Hij hoorde mij zingen en vroeg zich af vanwaar die stem kwam. Nadat hij, toen hij een keer op bezoek was bij een van de buren, mijn stem had gehoord, wilde hij vaker komen. Er was ook een tante van hem, Jeane Malone, bij wie ik lekkernijen kocht zoals gestoofde birambi. Zij zei me dat hij kennis met me wilde maken. Ik kreeg geschreven liefdesverklaringen van hem. Na zes weken kwam hij inderdaad kennis maken.” Enkele maanden later, op 31 maart 1943, vond het huwelijk plaats; het echtpaar woonde elf jaar te Berg en Dal. “Samen hebben wij drie zonen, twee pleegzonen en een pleegdochter grootgebracht. Ik heb acht kleinkinderen. Na het overlijden van mijn man in 1974, verkocht ik pom, pastei, macaronischotel en eieren, en leverde die voor de buurt.”
Het koken heeft ze geleerd door te kijken hoe mevrouw Gerber dat deed. “Ze had een grote keuken en kookte op houtskool. Ik had altijd geleerd om te eten wat er op tafel kwam. Verder hield ik ervan om pom, pastei, moksi alesi, bruine bonen, huzarensalade, droge koekjes, gemberkoekjes en fiadu klaar te maken en te eten.”
Oma Malone zong in een koor van de Grote Stadskerk. “Ik zong alt.” Haar andere hobby’s waren borduren en korfballen, ze deed ook mee aan korfbalwedstrijden.
Haar advies is spaarzaam te zijn en heel hard te werken. “Als je niet werkt, eet je niet. Ook altijd delen met anderen. Kinderen moet je leren huishoudelijk werk te doen. Op weg naar succes, passeert men het dorp moeilijkheden. Als jij jouw doelen wil nastreven, zullen er altijd obstakels zijn, maar onder alle omstandigheden moet je blijven doorzetten”, benadrukt ze. “Zachtjes aan, dan breekt het lijntje niet. Je moet nooit zeggen dat je iets niet kan, maar blijven proberen. Als je dat doet, word je steeds beter. Zo alleen kom je vooruit.”
Dit artikel is verschenen in het julinummer van Parbode. Net voordat we de kopij van dit nummer naar de drukker stuurden, bereikte ons het droevige nieuws dat oma Malone-Louisville is overleden.