Memre: Ewald Gustaaf Plet (1942-2021)
Bij zijn afstuderen als sociaal pedagoog in 1967 aan de Rijksuniversiteit Utrecht, gaf Ewald Plet zichzelf twee opdrachten. De eerste was terugkeren naar Suriname om opgedane kennis en vorming in dienst te stellen van het Surinaamse kind. Daarnaast wilde hij de ervaring die hij in eigen land zou opdoen, zo functioneel mogelijk maken voor de toekomst. Als ik zijn leven de revue laat passeren, is het duidelijk dat het hem gelukt is, om beide aan zichzelf gegeven opdrachten, uit te voeren.
Tekst Carl Breeveld
Plet werkte meer dan drie decennia in het Surinaamse onderwijs en sloot zijn carrière in november 2003 af met een bruikbaar proefschrift over hulpverlening aan Surinaamse lagereschoolleerlingen. Hij ontwikkelde daarbij een model voor integrale hulpverlening en begeleiding aan Surinaamse kinderen. Zijn bewogenheid en betrokkenheid klinken goed door in een gedachte die hij vastlegt aan het begin van zijn proefschrift. ‘Wat voor soort volwassenen onze kinderen zullen worden, hangt voor een niet onbelangrijk deel af van de mate van pedagogische verantwoordelijkheid van de samenleving’. Ewald was zoon van Lucas Plet en Emmie Ravenberg, die samen tien kinderen hadden.
‘Wilskracht is de ziel van elk groot karakter, was de lijfspreuk van mijn vader’, betoogde Mike Antonius tijdens de uitvaart. Na terugkeer uit Nederland werd Ewald wetenschappelijk medewerker op de onderzoeksafdeling van het ministerie van Arbeid. Daarnaast was hij docent op onder meer politie-, militaire en verpleegkundige opleidingen. Vele jaren was hij directeur van de avondopleiding voor onderwijzers. Hij wist overigens ook zijn vrouw Orcine te enthousiasmeren om pedagogiek te gaan studeren waardoor zij zijn student werd. Bij het Scholings Instituut voor de Vakbeweging (SIVIS) zat hij in de Raad van Advies en werkte in dat kader nauw samen met Thomas van Genderen. Hij investeerde kennis en tijd in vele overheidscommissies, maar ook als lid van de Raad van Toezicht bij de Stichting Radio Omroep Suriname (SRS). Tussendoor voltooide hij de diplomatenopleiding aan het gerenommeerde Rio Branco Instituut in Brazilië. Mede hierdoor heeft hij namens Suriname geparticipeerd in organen van de OAS en de UNESCO. Ewald wist overigens ook wat van ontspanning en gezelligheid. ‘Mijn vader was een graag geziene persoon in het Dr. Snellenpark waar hij vrienden ontmoette en zich tegoed deed aan het lekkere eten van Nolly’, verzekert Mike. ‘Ik kon niet wachten tot hij thuiskwam, zodat ik kon meesmullen’. In familiekring was Ewald geliefd. ‘Oompie’ was de koosnaam die alle nichtjes en neefjes gebruikten vanwege zijn aangename omgang met hen. Van zijn gulheid kunnen ze allen meepraten, vooral wanneer hij merkte dat ze hun best op school deden. Helaas werd enkele jaren vóór zijn heengaan de ziekte van Alzheimer bij hem vastgesteld. Voor zijn vele verdiensten werd hij in 2015 benoemd tot Commandeur in de Ere-Orde van de Palm.
Dit artikel is gepubliceerd in het juninummer van de Parbode, nu in de winkel en ook online verkrijgbaar (www.parbode.com/abonneren/)