Memre: Nardo Aluman (1946-2021)
Kort na elkaar gingen drie bekende inheemsen heen, waaraan we in deze rubriek bewust aandacht besteed hebben. Vóór Nardo waren dat Theo Jubitana en Winston van der Bok. Van Nardo, die geboren werd als Ronald Renardo Aloema, mag gezegd worden dat hij, namens de inheemsen, meer dan veertig jaar een constante factor was. Hij stond als activist bekend, maar ook als kenner van de inheemse cultuur.
Tekst Carl Breeveld
Oorspronkelijk werkte hij als onderwijzer in zijn dorp Galibi. Later studeerde hij aan de Academie voor Beeldende Kunsten. Erkenning van de grondenrechten van de inheemsen stond bij hem hoog op de agenda. Op 30-jarige leeftijd was hij betrokken bij een protestloop van Albina naar Paramaribo. Nardo verrichtte baanbrekend werk op de afdeling Cultuurstudies van het ministerie van Onderwijs, Wetenschappen en Cultuur. Het vastleggen van informatie over de Karaïbische taal, orale vertellingen, liederen, huwelijks- en begrafenisgebruiken evenals vertalingen naar het Nederlands mogen als zijn verdiensten worden beschouwd. Van zijn hand verscheen ook een Nederlands-Kalina woordenboek. Hij was tijdens de Binnenlandse Oorlog betrokken bij de strijd van de Tucajana Amazonas. In 1995 werd hij voorzitter van de Organisatie van Inheemsen in Suriname (OIS), waar alle vijftig inheemse dorpen bij waren aangesloten. Vanuit die positie leverde hij internationaal bijdragen aan de Coordinator of Indigenous Organizations of the Amazon River Basin (COICA). Dit is een overkoepeling van inheemse organisaties uit de negen landen waarin het Amazoneregenwoud voorkomt. Zijn inzet in COICA was vooral gericht op culturele educatie. Nardo groeide op als zoon van Kamala’imïn, een zeer bekende inheemse verhalenvertelster, en speelde in inheemse toneelstukken, die voor het eerst het groter publiek bereikten. In 1972 was hij samen met onder andere Dobru, namens Suriname, medeoprichter van Carifesta. Met het Doe-theater van Henk Tjon en Thea Doelwijt trad hij op in Suriname, Nederland, België en tijdens Carifesta. De oprichting van de Amazone Partij Suriname in 2000, waarmee hij aan vier verkiezingen meedeed, is aan hem te danken. De instelling van de Dag van de Inheemsen op 9 augustus kwam mede door zijn inzet tot stand. ‘Nardo was een rustige man, die met vuur over zijn volk kon spreken, maar dat meestal zonder geweldige stemverheffing deed. Hij kon zachtmoedig zijn, maar ook met sarcasme over dingen praten…’, beschrijft Michiel van Kempen hem. Vier zonen, twaalf kleinkinderen en twee achterkleinkinderen werden hem geschonken. “Voor mij was hij een bijzondere leider, zowel thuis als in zijn werk. Hij hield van avontuur en van vis. Hij kon letterlijk elke dag peprewatra met vis eten”, vertelt zoon Sirito. Zijn vrouw, Josine Tokoe, zet vol passie het werk onder en namens de inheemsen voort.
Dit artikel is gepubliceerd in het oktobernummer van Parbode, nu in de winkel en ook online verkrijgbaar (www.parbode.com/abonneren/)