Cultuurdrager Josien Aloema-Tokoe: ‘Decembermoorden en coronadoden verwerken met rouwritueel Epekodono’ – Parbode Sneak Peek
In het derde weekend van oktober werd het leven van cultuurdrager Nardo Aluman op aarde afgesloten met familie, vrienden en bewoners van zijn geboortedorp Galibi. Dit feestelijk ritueel, om na een jaar van sober leven de rouw op te heffen, werd door Nardo vastgelegd en zal in boekvorm worden uitgebracht, vertelt weduwe Josien Aloema-Tokoe. Ze pleit ervoor dit Kariňa-ritueel, Epekodono, vast te leggen en toe te passen bij het verwerken van de decembermoorden en de coronadoden. “We moeten in feite een heel grote symbolische Epekodono houden op het Onafhankelijkheidsplein om alle hebi’s te verbranden. Die houden ons namelijk tegen om vooruit te gaan.”
Tekst Redactie Parbode
De vermoeidheid is van het gezicht van weduwe Josien Aloema-Tokoe af te lezen als we haar ruim een week na de Epekodono voor haar man Ronald Renardo Aloema – meer bekend onder zijn pseudoniem Nardo Aluman – spreken. Drie dagen lang voorzag ze met haar gezin tweehonderd gasten in het Kariňadorp Galibi van onder meer voedsel en drank. De voorbereidingen waren heel zwaar en de kosten pittig. “Er zijn veel uitgaven bij een Epekodono. Die van ons kostte zo’n SRD 200.000”, beaamt Aloema-Tokoe. Daar kwam bij dat er veel zaken moesten worden geregeld, waarbij ook de juiste culturele procedures in acht moesten worden genomen. De licht-alcoholische kasiri die uit cassave wordt bereid mocht sowieso niet ontbreken tijdens de festiviteiten. “Het was voor mij echter verboden de kasiri te kopen, omdat die ter plaatse gemaakt moest worden. Ik heb toen van mijn oom zijn kostgrond achttien kruiwagens cassaveknollen gehaald. Dat is niet eens veel, want bijvoorbeeld voor wijlen mijn opa zijn Epekodono waren dat er dertig. Vervolgens moest ik vrouwen uitnodigen om cassave te schillen en mannen om te raspen en daarna met een matapi te persen. Een speciale kasiribeheerder ontfermde zich over de kasiri. Het was een jaar lang sparen en samenwerken. De vier zonen droegen bij met onder andere pakiravlees, hertenvlees, doks, droge vis, zoute vis, anyumara. Ook werden cassavebrood en kwak ruim van tevoren gemaakt.”
Lees dit artikel verder in het maartnummer van Parbode, nu in de winkel
Wilt u informatie over het afsluiten van een (digitaal) abonnement?
Klik op www.parbode.com/abonneren