Alida Neslo (registered)
Terwijl de meeste Surinamers in de jaren zeventig naar Nederland uitweken, besloot Alida Neslo in België te gaan studeren. “Waarom volgen mensen ook altijd het geijkte pad?”, vraagt ze zich af.
Ze werd in België vooral bekend als tv-presentatrice van het programma ‘De Boomhut’, maar je kan haar het best omschrijven als een duizendpoot.
“Ik doe van alles”, geeft ze zelf toe. Nu is ze sinds twee jaar terug in haar geboorteland Suriname. Afspraak zondagochtend om elf uur in Broki. Alida ziet er kleurrijk uit als ze, naar goede Surinaamse gewoonte, een kwartiertje te laat is. “Heb je zin om even met me mee te gaan naar het plein?”, vraagt ze meteen. Geen probleem. Daar aangekomen krijgen we meteen een ‘Subh Holi’ T-shirt dat we moeten aantrekken. “Ze hebben me vanmorgen gebeld of ik wilde komen meedansen voor de Phagwa-viering op televisie”, legt Alida uit. Zo wordt meteen de toon gezet voor ons gesprek, want met Alida lopen de dingen altijd anders dan je verwacht.
Anders
Toen ze op haar achttiende naar België vertrok, besloot ze een theateropleiding te volgen aan de prestigieuze Herman Teirlinck Studio in Antwerpen. In die tijd liepen er in Antwerpen nog niet zoveel kleurlingen op straat als vandaag de dag. “Toen ik naar België vertrok dacht ik dat heel de wereld eruit zag zoals Suriname. Mensen worden in Suriname niet meteen in het hokje van allochtoon of immigrant geduwd. Toen ik in Antwerpen aankwam, heeft men voor het eerst in mijn leven gezegd dat ik anders ben. Ik heb nog foto’s van mijn studententijd toen ik met veel make-up en zelfs een pruik over straat liep om toch maar gewoon te worden. Natuurlijk werd het op die manier veel erger”, lacht ze.
In Vlaanderen (het Nederlandstalige deel van België) werd Alida vooral bekend door haar allereerste televisieoptreden bij het satirische programma ‘TV-Touché’. “Na mijn theaterstudie aan de Herman Teirlinck Studio werd ik door Herman van Molle, een Vlaamse tv-figuur, gevraagd om op te treden in TV-Touché. Om het programma wat bekendheid te geven wilden ze een stunt doen door een zwarte vrouw op de buis te brengen. Ik was dus de eerste zwarte vrouw die op de Vlaamse tv verscheen.
“Na die stunt heb ik eigenlijk voor het eerst ook kennis gemaakt met racisme. Uit extreemrechtse hoek kwamen er vlammende reacties. Ik herinner me nog een haatbrief waarin stond: ‘Haal die zwarte heks van onze TV, want ze maakt onze kinderen bang!’. In de volgende aflevering van ons programma hebben we daar meteen een item van gemaakt en heeft Herman van Molle mij bij wijze van grap weggetoverd”, proest Alida uit.
Terug
Het eigenlijke doel van de terugkomst van Alida naar Suriname was om er een toneelopleiding op poten te zetten. “Maar in een ontwikkelingsland geniet cultuur geen prioriteit, eten en gezondheid wel. Daarom zou het niet fair zijn door te zeggen dat ik hier verwaarloosd word.”
Het draaide uiteindelijk toch op iets anders uit voor Alida, want momenteel is ze onder andere in Santo Boma bezig jongeren een soort resocialisatieproces te bieden. “Binnenkort mogen de jongeren, geen doetjes hoor, onder begeleiding naar de muziekschool en in april krijgen we een concert van het conservatorium van Antwerpen in de gevangenis! Daar was heel veel commotie over, maar het komt er wel. De bedoeling is gewoon om die jongens terug onder de mensen te brengen en ze niet zomaar op te sluiten.”
Alida had legio redenen om naar Suriname terug te komen. “Ten eerste wilde ik hier rustig in alle bescheidenheid beginnen. Er is natuurlijk wel een handjevol Surinamers die weten wat ik doe, maar ik hou dat dan ‘low-profile’. In Suriname ben ik trouwens een vreemde eend in de bijt, want ik ben niet getrouwd en heb geen kinderen. Eigenlijk heb ik mij de levensstijl van een wakaman aangemeten in plaats van die van een Surinaamse vrouw.”
Ze pleit graag voor de gewoonten van de Surinamers, maar treurt tegelijkertijd bij de gedachte dat men niet altijd beseft dat die gewoontes zo speciaal zijn. “Surinamers praten en maken handbewegingen tegelijkertijd. Bind een Surinamer vast op een stoel en hij zal zijn relaas niet kunnen doen. Bovendien raken ze elkaar ook veel aan tijdens een gesprek. Jopie Pengel is in Suriname de enige premier geweest die de Nederlandse koningin tijdens haar bezoek aan het land geheel tegen het protocol een stevige brasa heeft gegeven. Dat is gewoon jezelf zijn, alleen ziet men daar niet altijd de waarde van. De grootste uitdaging is dan ook: hoe kan ik die mensen doen inzien dat wat ze doen eigenlijk iets heel bijzonders is?”
Paspoort
Alida is ook ambassadrice van de stedenband tussen Paramaribo en Antwerpen. “Die stedenband is nu op een lager pitje gezet, want er waren drie Surinaamse stagiaires die naar België zouden gaan, maar op de laatste minuut werd hen de toegang toch geweigerd. Europa doet heel vreemd hoor, want ze zijn altijd bang dat die mensen het land nooit meer zullen verlaten. Omdat die dingen mij hinderen, lever ik mijn Europese paspoort in en kies voor een Surinaams.
“Aan die zaken beleef ik een kinderlijk genoegen. In Europa heeft men toch ook een harde kop. Als men daar zegt: ‘je bent anders’ dan betekent het dat ze zichzelf als standaard beschouwen, maar er zijn geen standaarden. Als je zegt dat een Turk een achterstand heeft omdat hij gebroken Nederlands spreekt, wie heeft er dan eigenlijk een achterstand, want jij spreekt geen gebroken Turks. Die Turk spreekt een anderhalve taal en jij niet. Tijdens mijn theateropleiding in Antwerpen heeft iemand me ooit gezegd: ‘Ik ken geen Chinees, ik pretendeer ook niet daar iets van te begrijpen, maar ik wil wel lessen bij ze nemen’. Met zo’n houding zou men in Europa al veel verder zijn dan waar we nu eigenlijk staan.”