Aminata Cairo: ‘Ik stop niet met wat ik doe’ – Parbode Sneak Peek
Aminata Cairo is klinisch psycholoog, medisch antropoloog, danser, pleitbezorger van Afro-Surinaamse cultuur en lector Inclusive Education aan de Haagse Hogeschool in Nederland. De eerste en tot nog toe enige zwarte lector aan een hogeschool maakte in maart bekend dat ze per augustus stopt met haar lectorschap. De zwarte gemeenschap in Nederland, de inclusivisten en vele anderen zijn geschokt.
Tekst Renate Sluisdom
Aminata Cairo werd in 1966 in Amsterdam geboren uit Surinaamse ouders. Ze is nichtje van de bekende cultuurkenner, wijlen Wilgo Baarn. Op haar achttiende vertrok ze naar Amerika om haar jeugddroom van kinderpsychologe na te gaan streven. Daar deed ze twee bachelorstudies naast elkaar: Psychologie en Lichamelijke opvoeding. Ze behaalde daarna een mastergraad in de klinische psychologie en werkte jarenlang als therapeut. Het is in deze periode dat ze ontdekte dat kinderen geen macht hebben binnen hun leefomgeving. “Ik kan nog zo hard werken met een kind, maar daarna moet hij weer terug naar huis of naar de instelling waar hij niks te vertellen heeft. Bovendien ontdekte ik dat de eigen cultuur van elk mens een belangrijke rol speelt. Ik ben toen gewone Klinische Psychologie gaan studeren en ben daarna naar Medische Antropologie overgestapt. Ik heb een master in Klinische Psychologie, en een tweede master en Ph.D in Medische Antropologie behaald”, vertelt ze. Voor het veldwerk voor deze studie kwam Cairo in 2003 voor twee jaar naar Suriname en onderzocht ze wat geestelijk welzijn betekent voor de Afro-Surinaamse bevolking. Net als tijdens haar aanvankelijke studieperiode, was Aminata ook nu niet van plan maar één ding tegelijk te doen, want toen oom Wilgo haar uitdaagde iets te doen aan de niet-gedocumenteerde status van Creoolse dans in Suriname, finaliseerde ze in dezelfde periode ook een onderzoek naar de wintidans, waarvan de publicatie bij de afdeling Cultuurstudies ligt.
Inclusive Education
Inclusief onderwijs is het aanbieden van onderwijs en een onderwijsomgeving, waarin alle leerders, ongeacht beperkingen, evenveel kansen krijgen. Dat kunnen fysieke beperkingen zijn, maar tegenwoordig gaat het steeds meer om beperkingen op het gebied van huidskleur en afkomst. Cairo vernam op een goed moment dat er een positie openstond bij de Haagse Hogeschool als lector Inclusive Education. “Het was een splinternieuw lectoraat, en ik was de eerste lector.” Ze verduidelijkt dat de Haagse Hogeschool op het idee van een dergelijk lectoraat kwam vanwege hoge uitvalcijfers onder voornamelijk mensen van kleur. “Je ziet heel veel diversiteit aan het begin van hbo- en universitaire studies, maar aan het einde van de rit zijn het vooral de witte meisjes die afstuderen. De gekleurde studenten gaan zich steeds ongemakkelijker voelen, en haken af. Er is ook hoge uitval onder mbo-studenten en jongens. Het is een heel moeilijk onderwerp om te bespreken, dat weet ik, want daar gaan mijn lezingen over, en daar wilde ik iets aan doen.” Maar wordt er niet al heel veel aan gedaan, aan diversiteit? “Jazeker, vanaf 1989 is er veel onderzoek gedaan naar diversiteit, maar dat onderzoek richtte zich voornamelijk op integratie. De Haagse Hogeschool geeft dus eigenlijk een antwoord op al deze onderzoeken. En dat antwoord luidt: We hebben genoeg informatie, genoeg theorieën door de jaren heen opgedaan en ontwikkeld; wat kunnen we daar daadwerkelijk mee doen? Ze wilden vanuit diversiteit en integratie verder naar inclusiviteit. Dat is ook wat ik heerlijk vind aan hbo’s. Hoewel ze meer en meer op universiteiten willen gaan lijken, met academische onderzoeken en lectoraten, zijn ze ‘van nature’ voor praktische toepassingen.”
Lees het hele artikel in het juninummer van Parbode