Brainwave
Parbode-hoofdredacteur Iwan Brave
laat zijn gedachten golven
Goede sier
Sinds kort sieren rode prullenbakken als ontluikende rozen de binnenstad van Paramaribo. Langzaam (en hopelijk nu duurzaam gestaag) gloort het hoe Paramaribo mooi en netjes onderhouden erbij kan liggen. Er was veel ophef over het ‘beroven van het historisch aangezicht’ van het Onafhankelijkheidsplein. Een ieder zou de herinrichting op zijn manier hebben gedaan, maar feit is dat het opkalefateren van de stad prettig oogt.
Dat was overigens wel verwachtbaar van een regering onder Bouterse. Behalve schaarste en lange rijen weten de mensen zich nóg iets goed te herinneren van zijn militaire dictatuur: weliswaar afgedwongen met de bullenpees, maar alles was netjes, schoon en ordelijk. Als een afgeleide van ‘brood en spelen’ weten Bouterse en trawanten precies hoe het volk het gevoel te geven dat er ‘ontwikkeling’ is: showprojecten. Iets waarvan ze in het kamp-Venetiaan geen kruimeltje kaas hadden gegeten. Natuurlijk kan je het geld beter besteden aan onderwijs, gezondheidszorg en huisvesting. Maar ook die werden onder Venetiaan stiefmoederlijk behandeld. En als je stad – je thuisbasis – er ook nog eens ranzig uitziet, dan geeft dat reden tot extra morren. Niet dat die kleurloze megabloempotten mijn smaak zijn, maar elke dag rij ik met plezier via het Onafhankelijkheidsplein naar huis. Eveneens een zeer slimme zet is om de werkzaamheden aan de oever van Waterkant af te dekken met grote billboards, waarop taferelen van de etnische en biodiversiteit van Suriname, die het nationaal gevoel moeten opkloppen. Het heeft iets van een openluchttentoonstelling. Dagjesmensen en toeristen willen er maar al te graag op de foto. Ook in buitenwijken worden stoepen aangelegd, wat het gevoel van civilisatie vergroot. Menig project is weliswaar een erfenis van de vorige regering, maar inmiddels gaat Bouterse zijn derde regeringsjaar in en durf zelfs ik volmondig te juichen: ‘Bouta e set’ a kondre bun – hiepiepiep hoeree!’ Tussen 1996 en 2000 – met Wijdenbosch als zijn aanvankelijke marionet – was dat ook het geval, toen de asfalteringsprojecten werden ingeluid. Bermen werden onderhouden en voorzien van bloemen, vooral op strategische routes die een entree vormden voor hoogwaardig buitenlands bezoek. Ook nu gaat Bouterse uitgekiend te werk: waarbij als eerste twee miljoen srd werd gesmeten tegen het splijtzwammende Monument van de Revolutie en minister Ramon Abrahams een winti-aanval kreeg, toen ik hem vroeg ‘waarom die haast?’ Enfin. Na de ‘kapitaalcoup’ ging het beleid van Wijdenbosch met allerlei quasi-democratische opsmuk gepaard, maar het moraal-ethische vraagstuk bleef onopgelost. Net als toen moet ik weer denken aan de term ‘fisti prodo’ – schone schijn – zoals mijn moeder het me ooit beeldend had uitgelegd: ‘Fisti prodo is wanneer een man een keurig net pak aan heeft, maar zijn onderbroek vies is’. De geschiedenis lijkt zich te herhalen. Bouterse mag wel als ‘democratische’ president Suriname aan de buitenkant nog zo opkalefateren, hoe integer ook bedoeld. Maar zolang hij zich niet verschoond met zijn verleden, zal dat als een vieze onderbroek aan hem blijven kleven. Afgelopen grote vakantie hadden scholieren zich voor de tweede achtereenvolgende maal ingezet voor de landelijke schoonmaakactie Krin Kondre. Ze werden door de president ‘hoogstpersoonlijk’ toegesproken en bedankt – jaja kamp-Venetiaan, zo win je jongeren! Bouterse sprak lyrisch. ‘We planten bloemen’ en ‘we hebben ons best gedaan voor nieuwe schoolboeken’, veegde hij alles op één hoop. Terwijl hij deze woorden van goede sier sprak, was die nog steeds niet vervangen onderbroek van hem haast ruikbaar. Schoolboeken met plaatjes daarvan heeft hij toch maar vanouds despotisch uit de roulatie laten halen. Als extra beloning kregen de poetsjongeren een boekenbon. ‘Lees veel!’ spoorde de president hen aan. Ironischer en toepasselijker kon het niet. Inderdaad: als onze president het in zijn lifetime niet van plan is, zorgen jullie dan zelf voor het doorgeven van een schone, nationale onderbroek. Lees daarom naast je gecensureerde schoolboeken héél veel want, zoals de pres het zelf zegt: ‘Het gaat een héél groot verschil uitmaken’. Vooral in je mate van onafhankelijk denken!