Column: Ex en Uit
“Jij blijft altijd goed op je exen, hè?” vroeg een vriendin bewonderend. Zij had net met opeengeklemde kaken en het koude zweet op de rug een gezamenlijke ouderochtend met de ex overleefd. Ik stopte snel een hap in mijn mond, zodat ik tijd had om over het antwoord na te denken. Het is namelijk nogal een gevoelig onderwerp. Het blijft toch altijd een soort gene om achteraf toe te geven dat degene die licht gaf aan je dag en warmte aan je nacht, een eikel is. Vooral als ze je nog zo hadden gewaarschuwd. Verliefdheid is natuurlijk een soort staat van totale ontoerekeningsvatbaarheid, dus je kunt je achteraf altijd beroepen op het feit dat je zo vreselijk verblind was door liefde dat je echt niet doorhad hoe eng, glad en/of gestoord de persoon was. Maar toch.
Ik had ooit een aan-uit-aan-uit-vriend die beloofd had op zijn dochters verjaardag in Holland te zijn. Toen de datum naderde, had hij geen geld. Ik kan slecht tegen verbroken beloftes aan kinderen. Dus leende ik hem het geld voor een ticket. In plaats van weken bleef hij maanden weg. Lang genoeg om eindelijk de knoop door te hakken: ik maakte het definitief uit. Ik haalde dozen bij de supermarkt, graaide al zijn spullen bij elkaar en leverde de hele lading af bij zijn moeder. Opgeruimd stond heerlijk netjes. Toen hij eenmaal terug was maakte hij geen contact, maar voor zijn pech kwam hij me op een feestje tegen. Ik informeerde kalm en zakelijk wanneer hij dacht me dat geld terug te geven. Hij leek angstaanjagend op te zwellen en van kleur te veranderen, en brieste uiteindelijk: “Je hebt wel lef om me om geld te komen vragen! Terwijl je al mijn spullen helemaal besmeurd met bloed bij mijn moeder hebt gedumpt!” Zo denk jij een zakelijk gesprek met je ex te hebben, en zo maakt hij je hoofdrolspeler in een horror. Sprakeloos maakte ik rechtsomkeert. Over het geld hebben we het nooit meer gehad, en als we elkaar tegenkomen groet ik netjes. Omdat je vooral geen scene wil maken. En omdat je voor jezelf nog steeds niet wil toegeven dat je je liefde, geld en tijd hebt gegeven aan een gek. Dat doet het ego pijn.
De podia zijn afgebroken, de internationale artiesten huiswaarts gekeerd. Sommigen niet alleen verblijd met een ticket en verblijf, maar ook met een gul honorarium. En, niet te vergeten, zelfs iemand met een gele ster! Sommige nationale artiesten, medewerkers en bedrijven hebben ondertussen een brief gehad: “Je wordt bedankt voor je medewerking aan Carifesta. Helaas hebben we ons budget overschreden en kunnen we je nu niet betalen. We zullen je heus nog wel eens betalen, maar dat hangt af van het Parlement en de ministers.“ Sprakeloos zijn ze. En stil. Omdat je vooral niet anti-nationalistisch of klagerig over wil komen. En omdat je niet toe wil geven dat je liefde voor land, volk, kunst en cultuur, wreed is misbruikt.
Dat doet pijn.