COVID-19 en het Wanica Ziekenhuis: het verschil tussen isolatiefaciliteit en ziekenhuisopname – Parbode Sneak Peek
In de eerste maand van 2021 bereikte Suriname de grimmige mijlpaal van 8000 geregistreerde COVID-19-gevallen. Velen die tot deze besmette groep behoren hebben te maken gehad met opname in het Regionaal Ziekenhuis Wanica, hét ‘corona-ziekenhuis’ in Suriname. Beschik je over voldoende financiën, dan mag je voor SRD 500 per dag wat comfort kopen en krijg je een kamer compleet met bed. De minder fortuinlijken moeten het doen met een veldbed in de tent op het terrein van het ziekenhuis. Hoe dan ook, COVID-19 krijgen is al erg, maar opgenomen worden in het (Wanica) Ziekenhuis, dat wil niemand.
Tekst Valerie Fris
Het is eind december. Stephanie*, een jongedame van begin dertig, kampt al twee nachten met een hevige hoofdpijn. Daar haar werkgever eist dat zij een COVID-19-test doet, gaat ze de volgende dag naar het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg (BOG). Het BOG geeft haar een dag later telefonisch door dat zij positief is getest. Stephanie moet zich tussen 12 en 2 uur ’s middags aanmelden bij het Wanica Ziekenhuis. Daar wordt zij naar een isolatietent met veldbedden gebracht.
“De stretchers zijn erg laag en als het regent, is het er koud. Hoe moeten mensen met een beperking of seniorenburgers doen?”, vraagt Stephanie retorisch. “Ik zag andere patiënten gewoon met hun eigen matras en lakens komen. Vanwege het feit dat ik zelf in de zorgsector werk, mocht ik op een kamer liggen waar je normaal SRD 500 voor moet betalen. Klassenligging telt daar niet, ook al ben je in het bezit van de beste zorgverzekering. Toen ik op ‘zaal’ lag, heb ik geen enkele arts gezien en is er ook geen arts bij mij langs geweest om te vragen hoe het ging, of ik goed kon ademen of wat dan ook. Ook heb ik kunnen constateren dat veel verplegend personeel in het Wanica Ziekenhuis niet gediplomeerd is, de meesten zijn studenten. Ze kunnen niets zelfstandig doen en moeten wachten op de leiding vóór ze enige actie kunnen ondernemen. Omdat ik zelf niet zo ziek was, heb ik meegeholpen.”
Stephanie beklaagt zich erover dat er geen medische controles door verpleegsters werden gedaan, de administratie door slechts één persoon werd bemand en dat patiënten een eigen plek moesten zoeken in de tent. “Je zou denken dat het ziekenhuis waar mensen met zo’n zwaar virus worden opgenomen op tijd ontsmet wordt, maar dat is helaas niet het geval. Eigenlijk word je gewoon zieker van de situatie in het ziekenhuis zelf.”
De waarnemend zorgdirecteur van het Wanica Ziekenhuis, Fauzia Poese, verklaart met betrekking tot Stephanie’s bewering over de verpleegkundigen dat er behalve leerling-verplegers ook ervaren verpleegkundigen aanwezig zijn die de verantwoordelijkheid hebben. “Natuurlijk zijn er ook leerlingen die meehelpen, echter altijd onder supervisie van gediplomeerde verpleegkundigen.”
Poese legt voorts uit dat er door de infectiologen en internisten protocollen zijn gemaakt over hoelang de isolatie in het ziekenhuis duurt.
Lees dit artikel verder in de aprileditie van de Parbode. In het artikel nog meer persoonlijke ervaringen, en de uitleg van Jason van Genderen, directeur van het Wanica Ziekenhuis. Parbode is nu ook digitaal verkrijgbaar.