Cultuur&Zo
Jaap Hoogendam heeft een fijne neus voor cultuur en zo. Al snuffelend houdt
hij ons op de hoogte en stookt waar de vlam dreigt te doven
Imitator Luciën Blinker komt vrij
En dat vóór de feestdagen, dus hij is weer te boeken. We hadden het genoegen eens naast hem te zitten in het vliegtuig. Dat gaat pas snel, de SLM zou hem als vaste gangmaker in moeten huren, hoewel riskant, want ‘Blinker is door de rechter tot tien maanden gevangenisstraf veroordeeld. Hij probeerde een doos met drugs te posten, maar zegt niet te weten dat er drugs in verscholen zaten. Ook kende hij degene die hem de doos gaf slechts bij de voornaam, beweerde hij. Glimlachend volgde hij de rechtszitting en vroeg de rechter hem maar te straffen, omdat hij fout is geweest.’ (gfcnieuws). Er zou eens een boek over deze sympathieke boef geschreven moeten worden: een schelmenroman! Hoe hij begon als hoornblazer in het Nationaal Leger van Suriname, over zijn imitatietalent (Jopie Pengel, Desi Bouterse, Louis van Gaal), tot hij in 1998 ook in Nederland de publiciteit haalde door met een kraamwagen voor de net gebouwde voetbalarena in Amsterdam Zuidoost te gaan staan met zijn gebakken kip. ‘Dacht hij. En ook het stadsdeel dacht dat bij de Arena wel plaats zou zijn voor ‘allochtone’ ondernemers uit de Bijlmer. Maar de rechter haalde een streep door dit voorkeursbeleid en erkende de verworven rechten van de kraamhouders die altijd bij het oude Ajax-stadion hadden gestaan.’ Toen kwamen deurwaarders, dreigde een ontruiming en werd zijn verblijfsvergunning afgewezen. Luciën reageert in zijn eigen onnavolgbare stijl: ‘In zijn flat logeert dezer dagen de achtmans kasekoband Live Mo Bradi Banti uit Suriname: drums, gitaren, keyboard, saxofoon en trompetten. Dan treedt Luciën Blinker op als imitator, en zal in de lijzige toonzetting van Bouterse zeggen: ‘Meneer de voorzitter, zoals u weet is het bedrijf Saily’s Snacks, meer bekend als Kentucky Kip, in 1993 in Nederland begonnen met de mogelijkheden die wij hadden. Maar nu vragen wij ons eigen af: waarheen leidt de weg waar wij naartoe moeten?’(beide passages uit de Volkskrant, Sietse van der Hoek).
Suriname in het kinderverzetsmuseum
In Amsterdam komt het eerste kindermuseum over de Tweede Wereldoorlog. Daarin staan vier kinderen centraal, die in de oorlog tussen de negen en veertien jaar oud waren, de leeftijdsgroep waarop het museum zich richt. Zij vertellen over het verzet, over collaboratie, vervolging en het dagelijks leven, de vier hoofdthema’s van de tentoonstelling. Suriname en de Nederlandse Antillen komen ook aan de orde. In een replica van een neergestort vliegtuig zal met de stuurknuppel ‘gevlogen’ kunnen worden naar ‘wereldwijde’ kinderen, bijvoorbeeld in Suriname, en kan geluisterd worden naar verhalen over wat Surinaamse kinderen in die oorlog hebben meegemaakt. Op het ogenblik is men bezig met de selectie van deze kinderverhalen. Het museum gaat volgend jaar de eerste jonge bezoekers verwelkomen. Tot die tijd moeten zij nog even genoegen nemen met het ‘grotemensenmuseum’, dat vorig jaar bezocht werd door maar liefst 17.000 kinderen. www.verzetsmuseum.org
Jurgen Lisse: geen braindrain maar brainexpanding
Jurgen Lisse (1982) leerde in Suriname zelf films te maken, kreeg steeds meer opdrachten (videoclips, nieuwsreportages voor Nina Jurna en films voor de Marrontentoonstelling van het Tropenmuseum, en nog veel meer) maar besloot zich aan te melden bij de Filmacademie in Amsterdam. Daar woont hij nu met creative producer Ellen Tjon a Meeuw (na een paar jaar Suriname terug naar huis) en hun dochtertje Andile. We stelden hem enkele vragen, bijvoorbeeld of hij ooit terug komt. “Gestart met het eerste jaar van de filmacademie, richting camera/licht. De filmacademie is met de fiets tien minuten van mijn huis, waar ik elke ochtend enthousiast met mijn Ipod heen rij. Een plek waar ik omringd ben met een ‘familie’. Iedereen heeft een gemeenschappelijk doel: verhalen vertellen door middel van film. Helaas kom ik niet in aanmerking voor studiefinanciering en studeer op eigen kosten. Toen ik in mei van dit jaar in Suriname was, heb ik het Surinaams bedrijfsleven benaderd voor sponsoring. Ik heb wel wat reacties gekregen, makkelijk is het zeker niet. “Amsterdam is een stad met veel prikkels, een stad met veel diversiteit en soms teveel van het goede. Met Andile en Ellen gaat het supergoed. Met de dag wordt Andile slimmer en krijgt ze meer behoeftes. Wonend in de Watergraafsmeer, waar de rust in het bruisende Amsterdam ideaal is voor Andile, en het van tijd tot tijd terugtrekken van mijzelf als het allemaal teveel wordt. Inmiddels een jaar hier, waar ik al op veel Nederlandse speelfilmsets heb gestaan als belichter, soms als camera-assistent. “Een multi culti samenleving is Amsterdam zeker, als ik kijk naar de verschillende groepen. Maar eerlijk gezegd hou ik me er niet mee bezig. Ik zie equal mates, gelijke vrienden in the mind. Ja. natuurlijk kom ik terug naar Suriname voor een lekkere vakantie of als ik mijn eerste grote film heb gedraaid. Of voor familiebezoek. Nu is mijn focus op mijn missie, en dat is een combinatie van nieuwe mensen leren kennen, prikkels, kennis en de juiste energie voor het maken van mooie verhalen. “Ik blijf Surinamer, dat zul je ook terug zien in de dingen die ik maak. Braindrain zou ik het niet noemen, maar juist brainexpanding. Mijn identiteit heb ik gekregen bij mijn geboorte, en die is voor een groot deel van mijn levensjaren ook in Suriname ontwikkeld. Dus waar ik ook ben en opereer, ik ben Surinamer en zal Suriname altijd missen, als ik denk aan mijn familie en vrienden. Al het andere is hier, origineel zowel artificial. “In mijn kringen kom ik weinig Surinamers tegen. Begrijpelijk, want in de filmindustrie waar ik de meeste tijd doorbreng, zijn weinig Surinamers. Hesdy Lonwijk is de enige regisseur van Surinaamse afkomst die ik tegenkom. Ondanks ik een heftige stap heb gemaakt, ben ik heel tevreden en heb ik het gevoel dat ik op de juiste weg zit, om die verhalen te gaan maken die velen zullen zien. In mijn droom, droom ik ook. Hoe langer ik buiten de realiteit kan blijven, hoe verder ik zal komen. Wakker worden wil ik voorlopig niet.”