De eerste keer
Rachel (34)
“Al die jaren heb ik het geheim met me meegedragen. Maar nu, terug in Suriname, komt de waarheid wel erg op me af vliegen. Het is misschien ook makkelijker te vertellen omdat ik je na dit feestje nooit meer zal zien; volgende week ga ik terug naar Nederland.
“Lang heb ik nagedacht of je dit mag publiceren. Ik heb toegestemd omdat wij meisjes moeten laten zien wat een verdrietige wending je leven kan nemen als je in je jeugd onvoorzichtig bent geweest.
“We waren een keurig gezin, streng gelovig, mijn vader wasook verbonden aan de kerk. Ik ben altijd heel verlegen geweest. Maar eenmaal opde ULO bloeide ik op: mijn lichaam werd vrouwelijker, minder hoekig, en datzágen de jongens. Van de ene op de andere dag was ik aantrekkelijk…
“Hij was één van de populairste jongens uit mijn buurt. Endat hij werk van me ging maken… ik wist niet hoe ik het had! Ik genoot van dieaandacht, hij nam me mee naar feestjes… Die eerste keer heb ik nog lang voor meuit kunnen schuiven. Achteraf besef ik ook dat ik niet verliefd was, alleenmaar gevleid. Hij wilde niet langer wachten. Het was de prijs van mijnpopulariteit. Dus moest ik eraan geloven.
“Ik vond het afschuwelijk. Het deed pijn, hij was nietvoorzichtig of lief, ik voelde me smerig, alles plakte… ik wist ook direct: ditwil ik nooit meer. Hij liet me daarna al snel links liggen. Eigenlijk was ikopgelucht. Veertien jaar is ook wel erg jong.
“Maar toen begon de ellende pas. Mijn borstjes werdenkeihard, en elke ochtend moest ik vreselijk overgeven. Ik geloof dat mijnmoeder het eerder in de gaten had dan ik. Ze was niet boos. Alleen héél kil.Die schande, ons keurige gezinnetje opgezadeld met een tienerzwangerschap… Despanning in huis was te snijden, ik slóóp door de gang, kromgebogen onderschuldgevoel. Op school zakten mijn cijfers met sprongen…
“Toen je hetkon zien, heeft mijn vader me bij mijn grootmoeder in het district gebracht.Daar, verstopt voor de buitenwereld, heb ik die laatste maanden gewoond. Er wasniets. Kippen, een paar koeien, wat dorpsjongens met wie ik niet om mocht gaan.Het wachten. Van mijn ouders hoorde ik helemaal niets. Telefoon was er niet.Elektra trouwens evenmin, we zaten ’s avonds bij een koku lampu.
“Toen brak op een avond mijn vruchtwater, ik dacht dat ikeen miskraam kreeg toen het vocht langs mijn benen liep… Oma liet de vroedvrouwkomen van over de rivier. En na úren werd dat wurmpje geboren; een jongetje.Bevrijd. Het was wég van mijn lichaam.
“Opeens stond mijn moeder voor mijn neus. Met koffers en al.Nog steeds zo koud als ijs. Ze stelde me voor de keuze: óf ik mocht het houden,dan zou ik met het kind daar moeten blijven. Of zij zou het nemen, alsnakomertje. Later hoorde ik dat ze in de stad zelfs met een kussentje onderhaar jurk had rondgelopen. Ik zou in Nederland bij een tante gaan logeren endaar verder de school afmaken. De keuze was dus eigenlijk al voor mij gemaakt.Met z’n drietjes gingen we naar Nederland.
“Ze heeft zich voor me opgeofferd, zodat ik tóch nog zelfeen leven op kon bouwen. Maar de prijs was hoog: ik moest het kindonvoorwaardelijk afstaan. En het geheim meenemen in mijn graf. Nu zie ik dat zeal die jaren van hem genoten heeft. Dat steekt toch óók weer, omdat ze me zonadrukkelijk bij hem weg heeft gehouden…
“Ze zijn een maand in Nederland gebleven. Ik heb haar nogeen paar maal gezien, maar mijn zoontje was er nooit bij. En daarna gingen zesamen terug. Er heeft nooit een haan naar gekraaid. Met niemand heb ik erovergesproken.
“Wel ben ik heel lang eenzaam geweest. Begon ook instootkarren te loeren naar andere baby’s. Maar het sleet. Ik heb een opleidinggevolgd. Ben in het ziekenhuis mijn man tegengekomen. Drie kinderen hebben wesamen. En mijn zoontje heb ik nooit weer gezien.
“Tot deze vakantie. Mijn moeder wilde me zien. En ze wist:nu ik mijn eigen gezin had zou ik het geheim zeker kunnen bewaren. Zo heb ikhem ontmoet. Een knul van negentien, bóómlang. Terwijl ik dat wurm in mijngeheugen gegrift had staan. Ik weet niet meer wat ik voelde; mijn zoon, mijneerstgeborene, alles tolde en stormde in mijn hoofd. Ik had niet verwacht dathet zó heftig zou zijn. En nu kan ik niet wachten tot ik terug kan naarNederland. Ademnood krijg ik hier: die oude vertrouwde omgeving, die jongen,een man al bijna en ik heb zijn hele jeugd gemist… Nee, mijn man heb ik hetniet verteld. Is ook beter zo. Nog een paar nachtjes slapen, dan ga ik weerterug. En begraaf mijn verleden opnieuw.
Nu voorgoed.”