De eerste vonk
Iedere maand vertellen verliefde lezers over dat eerste moment waarop de vonk oversprong…
Pats, boem, raak
Luciën (54)
“Ik was direct geïnteresseerd toen ik haar zag. Het was in Duatra, waar ik werkte als onderwijzer op een EBG-school. Haar broer kende ik al, hij had een provisiehandel waar ik vaak kwam. Zij stond daar achter de toonbank. Ik weet nog, de eerste keer dat ik haar zag, hoe vriendelijk ze praatte en lachte. Ik wist direct wat me te doen stond. Het eerste wat je aan een volwassen vrouw vraagt, is of ze getrouwd is. Ze antwoordde negatief. Zij dacht even dat ik het niet meende. Ik vertelde haar dat ik dat wel deed en dat ik mijn beloftes waar zou maken. Ze nam bedenktijd, daardoor kreeg ik alleen maar meer respect voor haar. Er zijn vrouwen die meteen ja zeggen en nog diezelfde avond het bed met je delen; zij was niet zo. Uiteindelijk woonde ze na vier weken bij mij. Sindsdien ben ik de gelukkigste man op de wereld. We begrijpen elkaar goed en weten hoe moeilijk het is in dit land. We hebben samen twee kinderen gekregen, maar daarvoor had zij er al drie en ik negen. Daardoor is het financieel moeilijk. Dat we daar veel over kunnen praten, vind ik fijn.
Inmiddels wonen we in Bofokule. De kapitein op Duatra wilde meer vrouwen in het onderwijs en ik kreeg wat tegenwerking. Voor ze me daadwerkelijk zouden wegsturen, ben ik zelf opgestapt. Voor Calesta betekende dat dat ze mee zou moeten als we bij elkaar wilden blijven. Dat deed ze en we verhuisden naar Bofokule, waar ik nu op de Bahá’íschool werk.”
Calesta (35)
“Door de manier waarop hij naar me keek, had ik meteen door dat hij meer dan verkoper-klantcontact met me wilde. Er waren wel vaker mannen die me vroegen, maar bij Luciën merkte ik later dat het menens was. Het was het totaalpakket, waarom ik voor hem viel. Ik wilde niet graag leven met een man die niet werkte en mijn broer had veel goeds over hem verteld. Luciën verraste me op een positieve manier met zijn vraag om een relatie. Maar ik had toch tijd nodig om te denken, omdat ik hem nog niet goed genoeg kende. Maar na twee nachten slapen, wist ik het: deze man moest ik hebben. Ik vond het fijn de garantie te hebben dat er een man in mijn leven kwam, die voor me kon zorgen. Ik wil hem nog lang bij me hebben om de kinderen goed te verzorgen. Nu hebben we er twee, Kingsley (2) en Imani van zeven maanden, van onszelf bij. Of er meer bijkomen, zien we wel.
Dat hij hiervoor 25 jaar bij een andere vrouw was, begrijp ik wel. Kijk eens hoe leuk hij is! Nu hebben wij beiden kinderen van hem, dus is het goed dat wij als vrouwen in harmonie met elkaar omgaan. Luciën en ik zijn nog niet getrouwd. Ik wil wel trouwen, dat geeft garantie om samen de rest van ons leven te delen. Maar hij wil graag dat ik eerst, net als hij, christen word. Nu ben ik nog dat nog niet, maar ik geloof wel dat God er is en dat hij de wereld geschapen heeft. En die Schepper zal ons samenbrengen.”