De liegmacht
Theo Para is essayist bij De Groene Amsterdammer. Zijn bundel De schreeuw van Bastion Veere is in tweede druk verschenen. Met De liegmacht begint Theo Para een nieuwe rubriek in Parbode
De heersende klasse bepaalt hoe we denken. Dat was de mening van Karl Marx. Zij die staat en productiemiddelen in handen hebben, controleren ook media en onderwijs. Binnen het marxistische schema bepaalt het zijn, de economie, het bewustzijn.
Het schema dateert uit de negentiende eeuw, toen niets bekend was over de plasticiteit van onze hersenen. Die veranderen onder invloed van prikkels in de omgeving. Leren is een vorm van die plasticiteit. Ons denken vooral begrijpen als spiegel van onze omstandigheden, is een onderschatting van ons creatieve vermogen. Of zoals Victor Hugo het zei: ‘Als een idee rijp is, kan geen leger het stoppen.’
Schrijver Václav Havel en zijn mededissidenten van Charta 77 lieten dat zien in voormalig Tsjecho-Slowakije. Zij wilden niet meer leven onder het communistische regime van tank en censuur. Onder een dictatuur ontbreekt het contrapunt van tegenspraak en kritiek. Ideologie verliest de maat en verwordt tot leugen. Havel hield met de beeldende kracht van de literatuur zijn land voor, ‘leven in de leugen’ te vervangen door ‘leven in de waarheid’. De geschiedenis is bekend: Havel werd de eerste gekozen president van zijn nieuwe, democratische vaderland.
Havel’s formulering was opwekkend, maar ook bescheiden. Niet het leven is onderdeel van de idee, het omgekeerde is het geval. Alle systemen, van biologische tot sociale, zijn op straffe van ontsporing afhankelijk van feedback. Zonder respect voor de feiten verliest een gemeenschap haar beleving van een gedeelde werkelijkheid en daarmee haar samenhang. Er bestaan in een democratische samenleving wetten, regels en instituties die borgen dat recht en waarheid niet teloor gaan. De scheiding der machten. Een onafhankelijke rechterlijke macht. Een onafhankelijke rekenkamer. Openbaarheid van bestuur. De algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Erkenning van professionele autonomie. Onafhankelijke en vrije media. In de houding ten aanzien van de checks en balances toont zich de democratische gezindheid.
Democratie is populair. Ook machthebbers die de democratie geen warm hart toedragen, tooien zich met dat predicaat. In de praktijk hollen zij haar instituties en omgangsvormen uit. Democratie als window dressing. De liegmacht, de toestand waarbij de staat in handen is van mensen die leugen en bedrog acceptabel achten, is dan een feit.
Zonder integriteit wordt democratie tot farce.
‘OP DE VLUCHT NEERGESCHOTEN’
Nationaal Monument Bastion Veere 8 december 1982
Op de kennelijk nog niet waterdicht gecensureerde STVS hoorden de jonge Surinamers in het Jeugdjournaal dit verwarrende bericht: ‘Hoofdverdachte in het 8 decemberstrafproces is president Bouterse.’ De Nationale Assemblee had geen persoon als president moeten kiezen die volgens de grondwet daartoe niet gekwalificeerd was. Wie in strijd heeft gehandeld met de grondwet, mag volgens de moederwet geen president worden.
Bouterse is verantwoordelijk voor misdrijven tegen de menselijkheid en flagrante schendingen van de mensenrechten. Hij pleegde bloedig of onder dreiging van gewapend geweld illegale machtsgrepen op 25 februari 1980, 13 augustus 1980, 8 december 1982 en 24 december 1990. Strafpleiter Gerard Spong noemde de Nationale Assemblee in meerderheid corrupt, omdat zij de grondwet had geschonden. Met de groteske inauguratie van een mensenrechtenschender tot president demonstreerde de Surinaamse staat haar potsierlijke kant. Ernstiger was dat de republiek terwille van de narcistische belangen van één man in een constitutionele crisis was gestort.
Op 9 december 1982 hield toenmalig Leider van de Revolutie en voorzitter van het Militair Gezag, Luitenant Kolonel Desiré Delano Bouterse, de televisiekijker voor dat de op 8 december 1982 gearresteerde personen ‘op de vlucht zijn neergeschoten’. Onderzoekscommissies van de Verenigde Naties en de Organisaties van Amerikaanse Staten (OAS) hadden geconcludeerd dat vijftien ongewapende critici van het militaire regime, journalisten, wetenschappers, vakbondsleiders, militairen en ondernemers, zonder vorm van proces waren geëxecuteerd. Toch heeft Bouterse, ook nadat hij president werd, zijn lafhartige leugen nooit publiekelijk ingetrokken.
Stiekem heeft hij dat wel gedaan tijdens het gerechtelijk vooronderzoek naar de Decembermoorden. Hij besefte dat het ‘op de vlucht neergeschoten’ niet houdbaar zou zijn in de rechtszaal. Bouterse zei dat hij de verklaring van iemand op schrift had gekregen en het had voorgelezen. Hij wist niet meer wie die persoon was. Alsof hij daarmee ontslagen was van de verantwoordelijkheid voor de inhoud. Voor zijn aanhang en het electoraat verzweeg Bouterse dat hij tegenover de rechter-commissaris feitelijk had toegegeven dat hij op 9 december 1982 de Surinaamse bevolking had voorgelogen.
In het 8 decemberstrafproces bleek het liegen geen verleden tijd. Een vals alibi, alsof Bouterse tijdens de moorden niet in Fort Zeelandia was, werd opgediend. Een poging werd ondernomen alle schuld in de schoenen van de overleden Paul Bhagwandas, kameraad van de hoofdverdachte, te schuiven. De valse beschuldiging dat de slachtoffers bij een staatsgreep betrokken zouden zijn, werd herhaald, terwijl het de hoofdverdachte en zijn Groep van zestien waren die gewelddadig de absolute macht hadden gegrepen. De dief die roept: ‘Houd de dief!’.
Tijdens de rechtszitting van 24 oktober heeft getuige à decharge Siegfried Gilds de smadelijke bewering van de hoofdverdachte, dat Fred Derby zijn ‘mol’ was, volledig ontkracht. Derby was op 8 december 1982 een van de zestien ontvoerde critici in Fort Zeelandia. Hij moest vernederd in onderbroek verschijnen voor het tribunaaltje van hoofdverdachte en trawanten. Met eigen ogen zag en voelde hij de waarheid. Derby getuigde voor de rechter-commissaris.
De opdrachtgever van de Decembermoorden was door een vooraanstaande ooggetuige ontmaskerd. Dat het 8 decemberstrafproces door deze president wordt gesaboteerd, mag dan ook geen verrassing zijn. De beveiliging van de rechterlijke macht is feitelijk en voelbaar opgeheven. De voorlichting vanuit de Krijgsraad is ontmanteld, justice must not be seen. Het werk van journalisten te Boxel wordt technisch gesaboteerd. Zelfs de kantine blijft gesloten. Ook in deze intimidatie van de rechterlijke macht toont zich de constitutionele crisis.
De benoeming van rechters door de hoofdverdachte van massamoord was de zoveelste illustratie van de uitholling van de bestuurlijke voorwaarden voor een onafhankelijke rechtsgang in het 8 decemberstrafproces. Liegmacht is een extreme vorm van onbehoorlijk bestuur.
DE ACHILLESHIEL
Als onze ambassadeur in Parijs door de brede en prestigieuze straten van de Franse hoofdstad wandelt en geniet van het kleurige beeld van fraai gesnoeide bomen, exquise restaurants en luxueuze winkels, zou een megagedachte hem kunnen bevangen. ‘Kijk mij hier! Het is allemaal niet voor niets geweest, het zweet, het bloed van de vijanden, de tranen, ik heb het ver, heel ver geschopt: meester Harvey Harold Naarendorp is hier voor het grotere werk. La France is een power center in Europa en wie weet dineren we straks met ons drieën: Nicolas, Angela en Harvey.’
Naarendorp is ideoloog van Bouterse. Hij is jurist, maar heeft het rechtsdenken ingeruild voor de moraal van de straffeloosheid. Als vertrouweling van de man van ‘op de vlucht neergeschoten’, roept hij om een ‘waarheidscommissie’. Hij beoogt daarmee het 8 decemberstrafproces te stoppen.
Als uitvoerder van het buitenlands beleid van zijn president moet hij trachten de Franse ondernemer te verleiden om niet in Guyane Française, maar in Suriname te investeren. Onze revo-ambassadeur -‘wij zijn geboren in de jaren tachtig’- houdt de Franse ondernemingen voor dat in Guyane het gemiddelde loon 1400 euro per maand bedraagt, terwijl in Suriname dat slechts 240 euro is. Hij vraagt daarbij de Franse ondernemer niet, gezien diens extreme voordeel bij investeren in Suriname, de Surinaamse arbeider wat beter te betalen. Want dat zou zich niet goed verdragen met de beoogde lucratieve handel van zijn president in loonslavernij.
Wat moet Suriname met een kostbare ambassade in Parijs, terwijl Frankrijk aan Suriname grenst? De geforceerde Francofiele koers is volgens Naarendorp ‘niet anti-Nederlands, maar pro-Surinaams’. Suriname zou meer met Frankrijk gemeen hebben, dan met Nederland. Hij haalde Jörgen Rayman – ‘In Holland staat mijn huis’- om als Master of Ceremony van het openingsfeest van de ambassade, het gratuit als volgt te verwoorden: ‘Het is goed dat Suriname verder kijkt dan Nederland’. Liegen met een lach.
President Bouterse kijkt weg van Nederland. De Surinaams-Nederlandse betrekkingen heeft hij tot het vriespunt doen dalen. Hij schrapte Nederland officieel als ‘traditionele partner’ van Suriname. En dat terwijl de meeste Surinamers buiten Suriname, in Nederland wonen en wij een gemeenschappelijke taal hebben. De president negeerde het Raamverdrag voor Vriendschap en Nauwere Samenwerking, waarin beide landen de handen ineenslaan voor bescherming van de mensenrechten en de democratische rechtsstaat. Bouterse voert een anti-Nederlands beleid tot schade van de trans-Atlantische Surinaamse gemeenschap. Het is willekeur vermomd als buitenlands politiek.
Nederland heeft in de jaren negentig officieel bij de Surinaamse regering aangedrongen op berechting van de schuldigen van 8 december 1982, omdat zich onder de slachtoffers ook een Nederlands staatsburger, de journalist Frank Wijngaarde, bevond. De president heeft in Nederland een strafblad. Juist binnen een nauwere Surinaams-Nederlandse samenwerking zou de volkenrechtelijke en rechtsstatelijke onhoudbaarheid van een presidentschap in handen van de Slager van Bastion Veere onmiskenbaar blijken. Die samenwerking is de achilleshiel van de liegmacht.