Die kleine Indiaanse jongen…
Het was voorspeld dat de verkiezingen van 2010 ‘grote verschijnselen’ zouden veroorzaken. En dat gebeurde. Politiek op z’n best: heen en weer-geschuif, dealtje hier, verraadje daar, verlovinkje zus, in de steek laterij zo, flirtje hier, bedrogje nu en dan, loertje draaien min of meer, beschuldigingetjes, verwijtjes en zwartmakerijtjes over en weer, bolletjes van eigen deegslikkerij en zich flink in eigen en andermans braakselarij wentelen, als varkens op een hete dag in hun poepselige lekker stinkende kouwe blubber en daarbij maar knorren, brommen, gillen, huilen, blèren, schelden, schimpen, liegen en jokken en daarna de waarheid verdraaien of verzwijgen, vervolgens dwarsliggen en vrees aanjagen, bluffen à la dol en toen… en toen… en toen… bigi bere njang pangpoeng.
Tante Jenny werd onze nieuwe volksvoorzitster en er ging een zucht van verlichting en opluchting door de rijen van de bevolking. Wat één stem meer dan 25 kan veroorzaken! In dat andere geval hadden we ASL, A Sem Lee, de kleedkamergluurder met de schoppende schoen. Ik bedoel, la we eerlijk zijn, have a hart, maak nou geen grappen, wees nou uit de grond van je hart eens in je leven effe eerlijk: je bent toch de grootste $#@%* als je zo iemand weer kandideert voor deze functie? Okay, die emmer is geboord, maar dat gezond verstand toch niet?
Daar zaten twee bejaarden op twee fraaie houtbewerkte stoelen onooglijk verbijsterd te ogen, hoe rond de politieke bal wel kon zijn. Bij de ondervoorzitter kwam tante Ruth als winnares uit de bus; ook een vingerwijzing van boven: vrouwen tot en met de Griffie vormen nu de voorhoede van onze democratie, alstublieft mannen! Toen kwamen de interne Frontse beschuldigingen, totdat Cassie z’n ‘ingenieuze parafering’ van de stembriefjes bekendmaakte en het verraad (voor anderen de heldendaad) van Bolonski en A-Bee aantoonde. Einde monsterverbond Nieuwfrontplusplusplus, begin monstertjeverbond of monsterverbondje of verbondmetdatmonster Megaplusplusje.
Daarna ging het ‘keskuif’ en ‘kesjoemel’ nog even door met de ene verrassing na de andere. Uit het niets kwam Robert Meer Ali als neutrale VeePeejer naar voren, aangezien de eeuwig bakkeleienden binnen Die Kombinasie het weer niet eens konden worden, deze keer over de VeePee-post. Ome Wong-pienter koos eieren fo sem geld volgens het nieuwste djoteh-principe: Mi casa n’a joe plaza na mi brasa en weer was hij in de regering met drie ministerszetels.
En toen werd die kleine indiaanse jongen met tweederde de negende president van de republiek; bulderend gejuich enerzijds, luid geweeklaag en bedreigingen tot ver overzee anderzijds. Baas, ook geen achttien meer, staat een immense taak te wachten, de verwachtingen zijn onrealistisch hoog (gi mi grong, oso, lagi koers, nanga wroko!). Vooral financieel geen fouten maken deze keer, anders komen de potten, pannen en Ronalds weer tevoorschijn. Vergelijk zijn job hiermee: hij moet een Noah-busje besturen, met een motor die alleen reageert als het gaspedaal diep ingedrukt wordt en met remmen die nauwelijks werken, met naast hem een Koopkamerman die haast heeft om te exporteren en achter hem een kritische vrouw die op alles let. En verder in de bus drie lastige pubers die alleen willen eten en drinken en elkaar onderling loeren, en achterin wat bekvechtende kleintjes die aan elkaar zitten te trekken en de ouderen vervelen. En dit op de Indira Ghandiweg, tegen half twee in de middag, eind van de maand, op een doordeweekse snikhete dag terwijl de airco van de wagen weer eens is uitgevallen, de tank bijna empty is en er die middag twee vluchten naar Nederland vertrekken, en velen de stad ook uittrekken om op Colakreek verkoeling te zoeken. En achter hem een concurrerend busje vol kabalige oudjes op potten en pannen slaand, met een dikbebrilde opa achter het stuur en een foetoeboi die op z’n gaspedaal drukt, die steeds wil inhalen en wil snijden, omdat hij passagiers aan die eerste bus is kwijtgeraakt. Dit astmatisch puffend en djorkend rammelend van al het roestige oud-ijzer slingerend volgbusje wordt gesteund door twee blanke verkeersagenten met loeiende sirene die een Baas in de eerste bus gesignaleerd hebben en hem willen aanhouden om elf jaar Bijlmerbajes uit te zitten. Ga zo een busje veilig naar Zanderij (Japjapi luchthaven) rijden!
PS: Hebt u het nieuwste Suriplop-nummers al: Van de Mini-sterren het nummertje: ‘Twee tuinlieden en wat dienstmeisjes ons leven laaaang, ons leeee-ven laaaang’. En van het duo Ro and Shaant: ‘Een sjaffeur en ’n diplomatiek paspoort, dat was’t waaarrd, dat was ’t wahaaaard’.