Eerste Slippertje
Iedere maand vertellen lezers over de eerste keer dat zij een scheve schaats reden
Surinaamse zonsopkomst
John (48)
“Ik had net plannen om samen te gaan wonen met mijn vriendin. Die avond was ik eigenlijk op weg naar huis na lang overwerken, dus ik verwachtte haar niet meer. Ik besloot nog even snel naar Cartouche te gaan voor de ontspanning. Het was lekker rustig. Daar kwam ik een oude vriendin tegen.
Als tieners waren we gewoon beste maatjes, maar toen ze naar Nederland vertrok zijn we elkaar uit het oog verloren. Ze was voor het eerst weer terug in Suriname. Het klikte meteen weer op die ouderwetse mati-manier. Ze had een mix van indiaans, creools, chinees en Portugees bloed en was daardoor oogverblindend schoon. Vroeger een beetje tomboy, maar nu heel vrouwelijk.
‘Leer me slow dancen’, zei ze toen er een r&b-plaat werd opgezet. Ik zei dat ik het ook niet kon. ‘Daar geloof ik niets van; welke echte neger kan nou niet slow dancen’, zei ze op een manier zoals we elkaar vroeger vaak uitdaagden om iets waaghalzig uit te halen. Dat kon ik natuurlijk niet over me heen laten gaan. Ik sloeg nog even een flinke slok Borgoe achterover. ‘Zo, jij bent iets van plan’, zei ze dubbelzinnig plagend. Ze pakte mijn handen en legde die precies waar de ronding van haar stevige billen begonnen, sloeg haar beide armen om mijn schouders en legde haar hoofd in mijn nek.
Toen gebeurde iets wat ik echt niet had verwacht: het begon warm te stromen door mijn lichaam. Ze drukte zich verder tegen mij aan. ‘Weet je’, fluisterde ze in mijn oor. ‘Ik kom er ineens achter dat jij altijd die ware bent geweest.’ Ik had datzelfde gevoel, maar kon dat niet uitspreken omdat ik mentaal niet wilde vreemdgaan.
Het werd vrij laat en we vraten elkaar verbaal helemaal op aan de bar. Toen ik haar een lift gaf, zei ze: ‘Weet je, ik heb eigenlijk nooit meer een mooie Surinaamse zonsopkomst gezien.’ Spontaan floepte ik eruit: ‘Bij mij thuis achter is er vaak een prachtige zonsopkomst.’ Toen zei ze: ‘Dan ga ik met je mee.’ Ik wierp nog grappend tegen: ‘Maar je gaat echt niet bij mij in bed kunnen slapen.’ Hollands direct zei ze: ‘Je denkt toch niet dat ik apart ga slapen.’ Ik stond letterlijk en figuurlijk op een kruispunt. Neem ik haar mee of niet? ‘Ik gaaa… línks af!’, en ik gooide het stuur om. Ik besefte dat het mijn eerste slippertje zou worden, waarbij alle remmen los zouden gaan.
Thuis aangekomen ging ik even naar het toilet en ineens was ze weg. Ik keek in de woonkamer, in de keuken en toen in de logeerkamer. Daar lag ze diagonaal, als een naakt van Gauguin op het bed, klaar om genuttigd te worden. Het raam keek uit op een open veld in Kasabaholo waar toen nog geen andere huizen stonden. Toen de zon opkwam, ging ze poedelnaakt voor het open raam staan. Ik liep naar haar toe en zoende haar van achteren geheel van top tot teen. Naarmate de zon oranje en heerlijk gloeiend opkwam, verdwenen we in een oneindige extase.
Ik heb het niet lang daarna met mijn vriendin uitgemaakt, omdat ik wist dat wij die hartstocht nooit zouden kunnen evenaren. Nadat die vroegere vriendin weer naar Nederland was vertrokken, heb ik haar nooit meer gezien of gesproken. Alsof ze een engel was, die me was komen tonen wat ware passie was.”