Indra Hu heeft al meerdere kinderboeken geschreven, in totaal veertien. Ze begon haar schrijvende leven in 2002 met De avonturen van Leena en Jopie, een boek voor jonge kinderen. In de keuze van haar onderwerpen laat ze zich inspireren door de ontwikkelingsfase van haar eigen kinderen en de belangstelling die zij in die fase hebben. In het schrijverschap groeit ze als het ware mee met haar kinderen.
De kinderen gaan inmiddels naar het voortgezet onderwijs. Voor Hu betekent dat een geleidelijke overgang van onschuldige kinderboeken als Het Zig Zag-boekje en Rupsje Regenboog naar onderwerpen met een sociale en maatschappelijke problematiek. In haar boek uit 2012 Laat mij niet alleen, maakt zij de vooroordelen rond hiv en aids bespreekbaar op een voor kinderen te begrijpen niveau. Overigens wordt zij in datzelfde jaar gekozen tot kinderboekenschrijfster van het Kinderboekenfestival.
In Elk pondje door het mondje snijdt Hu het onderwerp gezonde voeding aan. Leerlingen van een zesde klas moeten een spreekbeurt houden. In drietallen hebben ze hun spreekbeurt voorbereid. Vandaag zijn Wendy, Astrid en Ria als eerste groepje aan de beurt. De taakverdeling is duidelijk: Astrid praat over ‘gezonde voeding’, Wendy neemt het onderwerp ‘sport’ voor haar rekening en Ria sluit af met ‘vetzucht of obesitas’. In goed overleg met de meester besluiten de dames tot een interactieve aanpak, dat wil zeggen dat de leerlingen hun vragen niet hoeven te bewaren tot het einde van de presentatie, maar direct de vragen mogen stellen die in ze opkomen. Het presenteren van hun verhaal gaat niet zonder slag of stoot. Ria heeft een moeizame relatie met klasgenoot Mike. Ria is zelf niet al te slank en uitgerekend zij behandelt het onderwerp obesitas. Dat ontlokt Mike de uitspraak ‘ze praat over zichzelf’. Mike mag buiten de klas gaan nadenken over zijn gedrag. Jammer, want zo mist hij de verhandeling van Ria over het verschil tussen overgewicht en obesitas. Na zijn bedenktijd komt Mike geheel bekeerd terug in de klas. Hij verontschuldigt zich tegenover Ria en de vrede is getekend.
Dit boek doet wat de aanpak betreft erg denken aan Het verhaal van geld en De Surinaamsche Bank van schrijfster Cynthia McLeod. McLeod laat leerlingen van een derde klas een werkstuk maken over geld, en verzorgt en passant een minicursus ‘werkstuk maken’. Hu laat leerlingen van een zesde klas een spreekbeurt houden en verzorgt tegelijkertijd een minicursus presenteren. Els Moor corrigeerde de teksten en schreef een voorwoord. Zij heeft een ongelooflijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van zo veel schrijftalent. Helaas zullen wij haar bijdrage aan een zuiver taalgebruik nu moeten missen. Al blijf ik moeite hebben met de volgende zin: ‘Ze hebben mij gevraagd als …’ (pagina 12 bovenaan). Ik kies toch voor: ‘Ze hebben mij gevraagd of …’.
Jurmen Kadosoe weet met zijn tekeningen iedere keer weer de juiste toon te treffen en mensen uit te nodigen het boek aan te schaffen. Heel leuk en origineel zijn de piepkleine tekeningetjes van gezonde voeding zoals een vis, een tomaat, papaja of pinda onder aan elke bladzijde. Elk pondje door het mondje telt precies veertig pagina’s, inclusief de aanvullende informatie over de voedingspiramide, een overzicht van de mogelijkheden tot beweging, een tabel met de behoefte aan dagelijkse voeding van kinderen, onderverdeeld in vier leeftijdscategorieën, gebruikte bronnen en een overzicht van eerdere boeken van de schrijfster. Het eigenlijke verhaal wordt in 32 pagina’s verteld. Het boek is gedrukt op glanzend dun papier, maar voor de kaft had men wat mij betreft voor iets steviger papier kunnen kiezen.
Elk pondje door het mondje, Indra Hu, 2015, Artie’s Printing & design, ISBN 9789991463087
Nu populair
