EuroSuri
Chris Polanen woont en werkt als dierenarts en schrijver in Nederland
Problemen
In Suriname is het leven van de man relaxed en gezellig. Vergeleken daarbij leiden wij Euro-Surinaamse mannen zielige leventjes in het koude, gejaagde Nederland. Of is de werkelijkheid gecompliceerder? Ik zit in een kleine rotishop met twee vrienden die ik omwille van goede vrede, hechte vriendschap en gelukkig huwelijk, Glenn en Charlie zal noemen. Terwijl wij roti’s van uitstekende kwaliteit naar binnen werken, begint Glenn te vertellen. Hij is getrouwd, maar heeft af en toe ‘onschuldige uitstapjes’. Hij vertelt over een mooie, jonge vrouw, met wie hij in een van de liefdeshuizen belandde, waar men terecht kan voor discrete buitenechtelijke ontmoetingen.
Als hij vertelt hoe de vrouw naakt bovenop hem ging zitten, stoppen Charlie en ik abrupt met eten.
“Weet je wat ze toen zei?”, vraagt Glenn. Charlie en ik staren hem als gehypnotiseerd aan. Glenn zwijgt even. Voert de spanning op. ‘Ik heb een voorschot van zevenhonderd US nodig om een auto te kunnen kopen…, schat…”
We zijn alle drie even stil. De roti’s, het vlees, de aardappelen en de groente hebben hun aantrekkingskracht, zelfs hun voedingswaarde verloren. Glenn kijkt alsof hij de duivel zelf in de ogen heeft gekeken. Ik voel een spottende lach omhoog borrelen. Dacht hij dat een mooie, jonge vrouw hem wilde om zijn lichaam (uitgezakte vijftiger met buik) of zijn persoonlijkheid (elke twee minuten een flauwe grap)? Hij wijst met zijn wijsvinger, geel van de masala, naar mij. “Weet je wat er gebeurde?” vraagt hij. Ik schud mijn hoofd en probeer mijn lach te onderdrukken. Hij laat zijn vinger langzaam naar beneden buigen. “Totale verslapping, jongen. Totale verslapping.”
Charlie en ik barsten in lachen uit. We gaan alle drie door met eten. Dan begint Charlie te vertellen. Over een meisje van een jaar of vijftien, dat elke dag zijn huis passeerde. Ze woonde in een kindertehuis iets verder in de straat. Ze vroeg hem af en toe wat te eten. Dan gaf hij haar een broodje of wat fruit. Op een dag kwam de beheerder van het tehuis bij hem langs en zei dat het meisje hem had beschuldigd van misbruik. Weer valt er een stilte. Weer blijven de roti’s liggen. Charlie kijkt mij aan met ogen die steun zoeken.
Ik vraag mij af hoe goed ik hem eigenlijk ken. Ik weet van zijn verleden als drugsgebruiker, maar hij is een zachtaardige man. Hij zou een meisje nooit tegen haar wil…, maar zou hij de verleiding kunnen weerstaan? Kan trouwens niet elke man in deze situatie belanden? Ik zie dat ook Glenn Charlie met een kritische blik bekijkt.
“Ik zweer jullie. Ik heb haar niet aangeraakt”, zegt Charlie. Zijn stem klinkt net iets te wanhopig. Of verbeeld ik het mij?
“Dat meisje heeft altijd gezegd dat ik het niet was.” Charlie schuift zijn bord weg en zegt: “De dokter heeft haar onderzocht. Er is wel iets gebeurd.”
Ik kijk naar mijn roti. Mijn eetlust is weg. “De zaak werd steeds uitgesteld. Ik heb vijf maanden vastgezeten”, vervolgt Charlie. “Tijdens de rechtszaak zei ze dat ik het niet was. Maar ze wilde niet zeggen wie het wel was.” Ik schaam mij een beetje, omdat ik twijfelde aan zijn onschuld.
Hij vertelt hoe uiteindelijk bleek dat de beheerder van het tehuis zelf verdacht werd van het misbruiken van meisjes en het tehuis opgedoekt werd. Toen Charlie
vrijkwam, bleek er in zijn huis ingebroken te zijn. “Ik heb het helemaal gehad met Suriname”, zegt hij. “Niemand heeft hier nog normen en waarden. Ik ga alles verkopen en mijn droom volgen: een reis door de Andes maken.”
“En daarna? Als je terugkomt?”, vraag ik. Charlie kijkt mij verbaasd aan. “Je begrijpt mij niet Chris. Ik zal tijdens die reis sterven.”
De stilte die nu valt, is zwaarder dan alle vorige. Weg zijn begeerte, seks en schuld. Dit is een stilte waarin de dood geduldig wacht. Het leven van de Surinaamse man is niet altijd relaxed en gezellig.