FayaLobi
Het draait in het leven vooral om Faya (vuur) en Lobi (liefde)
Leve het Geloof!
Diana was in de Bonifacius Kerk gedoopt, had er de Eerste Heilige Communie gedaan, het Heilig Vormsel en ging er vrijwel elk weekeinde heen. Ik ging een keer mee en zat met haar bij een groepje jongeren. Zij hielden elke kerkganger nauwlettend in de gaten, ondertussen druk fluisterend met elkaar.
Na de dienst werd het pas echt ‘leuk’, want toen werd besproken wie wat aanhad en tot mijn verbazing ook wie van de andere kerkgangers met wie ging. Geen woord over de preek van de dominee. Misschien was dat niet zo verwonderlijk, want de pater was pas uit Nederland en had een enorme aardappel in de keel, waardoor hij bijna niet te verstaan was.
Een tijd later had Diana er genoeg van. Voortaan ging zij zondagmorgen om elf uur naar een pinkstergemeente op Flora. Ik kreeg later te horen waarom. De pater had gevraagd of de jongeren in de Bonifacius Kerk op liturgieles wilden komen, om ook actief te participeren tijdens de dienst. “Stel je voor? Weet je hoe saai dat is? Ik wil naar de kerk, maar het moet wel leuk blijven! Waar ik nu ben, kan je zingen, dansen en ze hebben uitstapjes voor jongeren.” En ging het haar ook om de preek van de voorganger? “Niet bepaald, het zijn vaak dezelfde dingen die herhaald worden, die ken ik al.” En of ze nu ook tien procent betaalde van haar inkomen zoals vereist? “Natuurlijk!” Waarom? “Het staat zo in de Bijbel, zegt de voorganger. En ze houden zo vaak leuke dingen. Voor een show zou je toch ook betalen?” Weet ze wat de voorgangers met het geld doen? “Ja, ze betalen voor de gebouwen, de workshops en de counselsessies, want niets is gratis.” De Bijbeltekst dat het een barmhartige daad moet zijn, dus eigenlijk gratis, heeft de voorganger wijselijk weggelaten. Maar in Suriname behoort geloof tot een van de onderwerpen waarover we niet discussiëren, dus ik luisterde en zweeg. Een tijd later kreeg Diana een goede band met de dochter van de voorganger en mocht thuis langslopen. De man woonde in een enorm paleis in het noorden van Paramaribo en omringde zich door een luxe en weelde die Diana in haar stoutste dromen niet bedenken kon. Nu, vijf jaar later is zij kind aan huis bij de voorganger en heeft haar zinnen gezet op de zoon des huizes. Houdt ze van hem? “Ja! En als we getrouwd zijn kan ik ook meegenieten van al die tien procenten die opgehaald worden.” Leve het Geloof!