Florerende wapenhandel
Je kunt altijd aan vuurwapens komen, legaal of op de zwarte markt.
De kranten staan vol van de zogenaamde verruwing van de criminaliteit. Het aantal gewelddadige overvallen waarbij gebruik wordt gemaakt van vuistvuurwapens neemt toe. Wat is er allemaal aan de hand? Krijgt iedereen zomaar een vergunning? Hoe wordt toezicht gehouden op mensen met een wapenvergunning? En bovenal: hoe eenvoudig is het om in het illegale circuit aan een wapen te komen?
Duistere zaken schijnen altijd in het donker te worden gedaan. Dus als we via vage kanalen een afspraak weten te maken met een illegale wapenhandelaar, is tien uur ’s avonds het voorgestelde tijdstip. Ergens op Kwatta, in een gewone flatwoning in een gewone straat. Geen kasten vol met het meest verschrikkelijke wapentuig, maar met boeken en prullaria. Ergens in een zijkamer huilt een kind, dat waarschijnlijk de slaap niet kan vatten.
De handelaar, een rustige Creoolse man van een jaar of dertig, vraagt waar we naar op zoek zijn. “Iets eenvoudigs”, zeggen we, “waarmee we ons kunnen verdedigen in geval van nood.” Hij staat op, loopt de kamer uit en komt even later terug met een vuistvuurwapen. “Makkelijk te bedienen”, zegt hij kort. “En lekker handzaam, dus je kan het zo in je broekzak steken.” Nog voordat we iets kunnen zeggen, noemt hij het bedrag: “2.200 USdollar. Je krijgt er acht patronen bij. Maar je moet wel snel zijn, dit is mijn laatste en er is veel vraag naar.” Hoe hij het in zijn bezit heeft gekregen, wil hij niet zeggen. Die vraag wekt zelfs wat irritatie op: “Je wilt toch iets hebben? Als je wilt weten waar het vandaan komt, moet je de officiële weg maar bewandelen.”
We zeggen erover na te zullen denken, binnenkort hoort hij van ons. “Je doet maar”, klinkt het kort, alsof hij zelf beseft dat met ons geen zaken te doen valt. In de auto zegt onze informant dat dit een kleine handelaar was. “Maar wel betrouwbaar, hij zal geen rotzooi verkopen. Vooral particulieren die geen zin hebben in een lange procedure om aan een vergunning te komen, gaan naar hem. Ongetwijfeld zitten daar ook criminelen tussen met slechte bedoelingen, maar dat staat niet op hun gezicht geschreven. Waar de wapens vandaan komen? Van overal en nergens. Van kruimeldieven die bij een inbraak een legaal wapen hebben gestolen, tot smokkel over de grenzen uit Guyana, Brazilië en Frans-Guyana. Zelfs de handelaren vragen daar niet naar als ze wapens te koop krijgen aangeboden. Hoe minder je weet, hoe beter; het gaat alleen om het geld.”
Zwaardere jongens
Volgens de informant is er in ons land een levendige handel in illegale wapens. “Zeker nu de criminaliteit aan het verharden is, willen steeds meer mensen iets hebben om zich veilig te voelen. Heb je echt kwade plannen en wil je een hele partij wapens, dan moet je naar de zwaardere jongens. Die hebben van alles, tot kalasjnikovs en bazooka’s aan toe. Maar die maken geen grappen, ze zoeken echt alles over je uit voordat ze je willen ontmoeten. Komen ze er bijvoorbeeld achter dat je journalist bent, dan loopt het slecht met je af.”
Daar voelen we weinig voor, dus duiken we maar in het legale circuit.
Het officieel aanschaffen van een wapen is niet zo gemakkelijk als veel mensen denken. Een aanvraag indienen, is weliswaar a piece of cake, maar daarna begint pas werkelijk het gehele proces. De eerste stap is die naar de Afdeling Vuurwapen aan de Fred Derbystraat. Hier wordt een vergunningsaanvraag ingediend. Je stort vijf srd op de rekening van de Centrale Bank van Suriname en vervolgens ga je weer met dat stortingsbewijs terug naar de Afdeling Vuurwapen. Behalve het aanvraagformulier, zijn ook een recent uittreksel van het geboorteregister, een nationaliteitsverklaring, drie pasfoto’s en een plakzegel vanaf één srd nodig. Dit inschrijfformulier gaat weer naar de politie van het district waar je woont en zij sturen het vervolgens weer op naar de Afdeling Vuurwapen. Uiteindelijk is het de procureur-generaal (pg), Subhas Punwasi, die het laatste woord heeft.
Het is volgens Punwasi tegenwoordig veel moeilijker om aan een vergunning te komen in vergelijking met vroeger. “De laatste jaren hadden we te maken met een enorme toename van de vraag naar vuistvuurwapenvergunningen onder jongeren. Vroeger kon iedereen vanaf 21 jaar gemakkelijk aan een pistool komen. Die leeftijdsgrens hebben we toen verhoogd naar 25 jaar en tegenwoordig geven we eigenlijk alleen een vergunning af aan mensen die dertig jaar of ouder zijn. Dit doen wij omdat wij het aantal vergunningaanvragen drastisch willen indammen”, aldus Punwasi. Overigens heeft, volgens de pg, de toename van het aantal aanvragen niets te maken met de verruwing van de criminaliteit. “We hebben te maken met een trend, die al een geruime tijd gaande is.”
Buurtonderzoek
Mocht je nu dertig jaar of ouder zijn, wil dit niet zeggen dat je vergunningaanvraag slechts een formaliteit is. Nooit wordt er, volgens de pg, zomaar een vergunning afgegeven. “Als iemand een aanvraag indient voor een vuistvuurwapen, dan volgt eerst een buurtonderzoek. De aanvrager wordt geheel gescreend en er wordt met verschillende mensen uit zijn omgeving gesproken. Alles wat deze persoon heeft gedaan in zijn leven, wordt gecontroleerd.”
Behalve de gewone burger, zijn er ook nog mensen die recht hebben op een wapen vanwege hun beroep. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om bankdirecteuren, advocaten, artsen en politieagenten. De kosten van een vergunning zijn als volgt: 45 srd voor een jachtgeweervergunning en 80 srd voor een vuistvuurwapenvergunning.
Heb je eenmaal een vergunning hebt gekregen, dan is deze in ieder geval vijf jaar geldig. Na vijf jaar vindt opnieuw een ‘totale check’ plaats. Kom je door deze controle heen, dan volgt een nieuwe beschikking voor weer vijf jaar. Als je een vergunning hebt, ben je bevoegd een wapen aan te schaffen. Dit kan op meerdere plekken. In Paramaribo alleen al bevinden zich negen verkooppunten van wapens en munitie. Eén van die verkooppunten is Jeruzalem Bazaar. Eenmaal binnen valt direct een lijst met de verschillende wapens en bijbehorende prijzen op. Het goedkoopste pistool is 3947,70 srd en voor de duurste moet je 6577,20 srd neertellen. Menig toerist die hier binnenstapt, zal door dit lijstje denken dat wapens in Suriname voor het oprapen liggen.
Maar zoals gezegd, is eerst de verklaring van de pg benodigd. Pas daarna wordt de kluis opengemaakt en het pistool aan je overhandigd. Dan is het wapen officieel jouw bezit. Ook de aanschaf wordt geregistreerd, door het verkrijgen van een Port d’armes. Deze moet elk jaar verlengd worden bij de politie van het gewest waar je woont. Er wordt dan wederom naar de verschillende informatiecriteria gekeken. Naar zich laat aanhoren, lijkt het beleid op papier prima in orde te zijn. Dit bevestigt uiteraard ook Punwasi: “Ik ken nauwelijks een geval waarbij met een legaal wapen een misdaad is gepleegd. Dit doet me bijzonder goed. Het enige dat weleens gebeurt, en dat moet ik eerlijk toegeven, is dat de jachtwet wordt overtreden. Maar dit geldt dan niet voor vuistvuurwapens.”
Veiliger met wapen?
Er zijn genoeg redenen te bedenken waarom iemand een wapen aanschaft, maar de hoofdreden zal altijd zijn dat men zich denkt veiliger te voelen. Het punt is natuurlijk of het nu ook echt zo is? “Nee, absoluut niet”, vervolgt de pg. “Het is een waanidee dat je met een wapen automatisch meer veiligheid koopt. De mensen in Suriname hebben een totaal verkeerde perceptie van wapenbezit. Het werkt juist vaak averechts. De ervaring leert dat mensen in twee à drie van de gevallen een dief weten te verjagen. Maar in tientallen gevallen lukt het niet. Bovendien zie je bijvoorbeeld ook dat kleine kinderen sterven, doordat ze spelen met het wapen van hun vader.”
Radjender Bhoewar, een jurist die belast is met vuurwapenaangelegenheden, beaamt dit. “Een wapen in je huis biedt geen soelaas voor bescherming. Het probleem is dat in bijna alle gevallen de dader jou eerder ziet, dan jij hem. Hierdoor ben je altijd te laat. We zien erg vaak dat een legaal wapen wordt gestolen tijdens een inbraak of roofoverval en op deze manier in het illegale circuit terecht komt. En trouwens, denk je nou werkelijk dat een rover zal schrikken als hij ziet dat jij bewapend bent? Echt niet, deze mensen zijn er al op voorbereid dat er wapens in huis kunnen liggen en dus zijn ze zelf ook bewapend.”
Dit klinkt allemaal vrij beangstigend en de vraag rest dan natuurlijk ook hoe je je dan het beste kunt beveiligen. “Er zijn genoeg andere beveiligingsmogelijkheden. Mensen zouden bijvoorbeeld moeten denken aan het aanschaffen van bewakingscamera’s, elektronische beveiliging of het nemen van bewaking. Dit biedt meer zekerheid dan een pistool”, concludeert de pg.
Wapenhandelaren
Een interessante kwestie is of het in de praktijk daadwerkelijk zo is dat de mensen goed gecontroleerd worden en niet iedereen een wapen komt aanschaffen. De wapenimporteurs lijken hier het beste over te kunnen oordelen. Zij zijn immers diegenen die de potentiële verkopers over de vloer krijgen. Volgens een importeur, die liever niet met naam genoemd wil worden, is de controle door de overheid heel goed. “Vroeger kwam echt iedereen langs om een vuistvuurwapen te halen. Mensen hadden goedkeuring, dus we konden er niks tegen doen. Nu is dat niet meer het geval. Ik moet eerlijk zeggen dat er zelden nog vuistvuurwapens worden verkocht. Wel zien we een toenemende vraag naar jachtgeweren. Ik denk dat het strenge beleid op handvuurwapens hier de oorzaak van is. Mensen gaan andere manieren bedenken om aan een wapen te komen.”
En hoe zit het dan met de controle op de importeurs zelf? Deze lijkt ook streng nageleefd te worden. Verschillende wapenimporteurs bevestigen dat zij regelmatig door Joyce Bhattoe van de Afdeling Vuurwapen worden gecheckt. Een wapenhandelaar dient natuurlijk zelf ook over een vergunning te beschikken. Als er wapens moeten worden aangeschaft, gaat er een inkoopbrief naar de pg. Alle gegevens van de geïmporteerde goederen staan hierin vermeld. Als het schietgerei vervolgens het land binnenkomt, wordt de gehele lading door Bhattoe gecontroleerd. Zij dient toestemming te geven, alvorens het vrijgegeven wordt.
Particuliere beveiligers
Maar wat vinden de handelaren zelf van het strenge beleid van de pg? Zij draaien hierdoor immers minder omzet. Er is niet één handelaar die vindt dat het beleid te rigoureus is. “Het geeft ons een goed gevoel dat het zo streng is. Als je weet dat iedereen een wapen bij zich draagt, ga je er zelf ook één aanschaffen. Dan wordt het een gekkenhuis”, aldus de importeur. Een collega bij Jeruzalem Bazaar sluit zich hier volledig bij aan: “We willen niet dat we hier wildwest-taferelen krijgen. Het gaat mij niet om het geld. Mijn veiligheid is belangrijker.”
Wat verschillende handelaren wel opvalt, is dat er tegenwoordig veel particuliere beveiligers een vuistvuurwapen kopen. “Ik heb het idee dat het aantal particuliere beveiligingsbedrijven alsmaar toeneemt en deze mensen hun bedrijf als dekmantel gebruiken”, zegt een verkoper met een zorgwekkende blik. De pg hiermee confronterend antwoordt dat er inderdaad mensen zijn die plotseling een particulier beveiligingsbedrijf oprichten en zodoende aan een vuistvuurwapen proberen te komen. “Maar je denkt toch niet dat deze mensen daadwerkelijk sneller aan een wapen komen? Ook het woon-en leefmilieu van deze mensen wordt helemaal nagegaan. Bovendien worden alle beveiligingsbedrijven door ons tot in de puntjes gecontroleerd.”
Toenemende belangstelling
De verkoop van vuistvuurwapens mag dan weliswaar afnemen, dat wil niet zeggen dat de interesse naar wapens minder wordt. Sterker nog, veel importeurs vertellen juist dat deze belangstelling toeneemt. “Het gaat vaak om personen die nog geen vergunning hebben, maar alvast wat informatie willen vergaren. Ik denk dat mensen banger worden door de negatieve mediaberichten en zich daardoor in een wapen gaan verdiepen”, aldus een medewerker van Jeruzalem Bazaar. Ook een werknemer van het bedrijf Epro Agencies schetst hetzelfde beeld. “De interesse naar wapens is groot. Er komen vijf à zes mensen per dag die meer informatie hierover willen hebben. Dit was vroeger minder.” Over de toenemende vraag naar wapenvergunningen heeft Punwasi wel een vermoeden: “Ik zeg niet dat het feitelijk zo is, maar volgens mij hebben de mensen meer angst gekregen.” Mocht het zo zijn dat de burger inderdaad angstiger is geworden, is dat dan wel gegrond?
Is er daadwerkelijk een toename van geweldsdelicten? “Nee”, zegt Bhoewar kort maar krachtig. “Het aantal overvallen en inbraken neemt niet toe. Het verschil met vroeger is dat de media er meer melding van maken. Er hoeft maar iets te gebeuren, of het staat de volgende dag al in de krant.”
De vraag is dus waar die toenemende angst onder de bevolking volgens de pg en wapenhandelaren dan op gebaseerd is. “De mentaliteit van de inbreker is veranderd. Waar vroeger dieven nooit zouden inbreken als ze zagen dat er mensen thuis waren of ergens licht brandde, schuwen ze nu niet een roofoverval te plegen. Soms breken rovers nu juist in als ze weten dat er mensen aanwezig zijn, zodat zij hun kunnen zeggen waar het geld ligt. Vroeger gebruikten overvallers weinig geweld tijdens een inbraak of overval, tegenwoordig gebruiken ze meteen een handvuurwapen. Er worden expres mensen mishandeld en neergeknald”, zegt Bhoewar vrij bezorgd.
Het verhaal van Bhoewar lijkt een logische verklaring op de toenemende angst onder de burger. Het mag inmiddels bij iedereen bekend zijn dat in de strijd tegen de ‘verruwing van de criminaliteit’ de overheid zich tot een ander middel heeft aangewend: het leger. Militairen patrouilleren samen met de politie. Volgens Bhoewar is dit een goede zaak. “Het probleem in Suriname is, dat de burger geen respect meer heeft voor de politie. Maar respect en angst voor het leger, heeft vrijwel iedereen.”
Illegaal wapenbezit
Wat betreft de afgifte van vergunningen en de controle op de naleving daarvan, lijkt de overheid de zaken aardig op orde te hebben. Maar er is natuurlijk nog een andere kant van het verhaal: illegaal wapenbezit. Het feit dat klaarblijkelijk nauwelijks overvallen worden gepleegd met wapens die geregistreerd staan, terwijl er wel regelmatig gewelddadige overvallen voorkomen, doet vermoeden dat er veel illegale wapens in omloop zijn. Zoals we aan het begin van dit artikel constateerden, is het met de juiste contacten zeer eenvoudig om aan een wapen te komen.
De rondvraag bij vele wapenimporteurs en de pg waar dit illegale spul vandaan komt, leidt steevast tot hetzelfde antwoord: Frans-Guyana. Wapens worden gekocht in het buurland en via korjalen de Marowijnerivier over gesmokkeld. Iedereen die wel eens in Albina is geweest weet dat het een fluitje van een cent is om illegaal de rivier over te steken. Er heerst totaal geen toezicht. Dit beaamt ook Mario Santoe, chef van dienst bij de politiepost Albina: “We hebben simpelweg te weinig mankracht. Die rivier hier is zo groot, die kun je niet in de gaten houden met een paar mensen. Sterker nog: we voeren al geen surveillance meer uit op de weg en ook zijn we sinds vorig jaar gestopt met het registreren van wapens.”
Hoeveel illegale wapens er in omloop zijn, weet niemand. Volgens Bhoewar zijn het er ‘behoorlijk veel’. Ook de pg geeft eerlijk toe dat er geen zicht op is. “Het is een probleem ja. Waar voor ons de Corantijn- en de Marowijnerivier de grenzen van Suriname zijn, zien deze mensen dit als verbindingswegen. De grens met Brazilië valt ook niet tot nauwelijks te controleren. Ik kan moeilijk op elke honderd meter iemand neerzetten die alles checkt”, zegt de pg enigszins bezorgd.
Het vuurwapenbezit in Suriname kent dus twee gezichten. Het geeft een veilig gevoel dat Subhas Punwasi de zaakjes aardig op orde lijkt te hebben. Maar zolang er niets valt te doen aan de illegale wapenhandel en er regelmatig legale wapens na een inbraak in verkeerde handen terecht komen, blijft het vooralsnog dweilen met de kraan open.