Frank King
“Mij krijgen ze niet klein”
Eind augustus pronkte hij ineens op de voorpagina van de Nederlandse krant Algemeen Dagblad. Frank King stopte die dag als juridisch adviseur van de anti-Zwarte Piet-bewegingen. Wegens doodsbedreigingen, zo zei hij.
“Nederland is een schizofreen land.”
Het is woensdag rond twee uur in de middag. Frank King loopt door zijn pand in Leiden, waar hij sinds 1993 als jurist een kantoor bestiert, gespecialiseerd in het vreemdelingenrecht. Langs de wanden van zijn kantoor staan meters hoge dossiers opgestapeld. Daarop staan in een onduidelijk handschrift allerlei niet-Nederlandse namen geschreven. King loopt naar zijn telefoon die aan de oplader ligt. Hij pakt deze en loopt terug naar zijn bureau. “Ik wil het u wel laten zien hoor, mijn huis in Zuid- Frankrijk. Of huis, het is meer een villa.” Hij scrollt door zijn telefoon en laat een onduidelijke foto van een zwembad zien. En een foto van een open haard. “Ziet u, dit is mijn huis.”
De suggestie dat dit ook foto’s van een willekeurig hotel in Frankrijk zouden kunnen zijn, wuift hij weg, om direct fanatiek meer foto’s te zoeken die als ondersteunend bewijs kunnen dienen. Na een tijdje laat hij een nieuwe afbeelding zien. “Hier, een foto van mijn BMW. Met Nederlands kenteken. Nu moet u wel geloven dat dit mijn huis is. Villa bedoel ik. U gelooft mij wel toch?”
Frank Wilgo King (1963) wil maar zeggen: men hoeft zich geen zorgen om hem te maken. Eerder in het interview zei hij: “Ik heb het heel goed gedaan.” Nadat hij zijn telefoon heeft opgeborgen en aanstalten maakt om afscheid te nemen, voegt hij daar aan toe: “Het is iets wat ik mij als kleine jongen al realiseerde. De armoede moest bij mij stoppen. Ik moest het anders doen. Ik wilde een ander leven leiden, ik wilde niet langer in armoede leven. Ik denk dat ik niet anders kan dan concluderen dat het mij is gelukt.”
Verder lezen? Koop dan nu de Parbode. Nog tot eind deze maand in de winkel en daarna verkrijgbaar via de redactie.