Fred van Russel: Waardering is veel meer waard dan geld
Fredrik (‘Fred’) Arnold van Russel staat middenin de Surinaamse geschiedenis. De oorlogsveteraan zette zich jarenlang in voor erkenning van zijn bondgenoten en vertelt tot op de dag van vandaag hun verhalen. ‘Over een paar jaar zijn er geen veteranen meer en de geschiedenis moet levend blijven.’
Tijdens het militaire bewind schreef Fred van Russel geschiedenis als voorzitter van de Moederbond, die hij na 8 december 1982 nieuw leven wist in te blazen. Door de jaren heen ontving hij verschillende onderscheidingen voor uiteenlopende humanitaire verdiensten. Het is niet voor niets dat er vier jaar geleden een boek uitkwam over het leven van deze indrukwekkende man. Naast hem zittend op het balkon, maakt de inmiddels 85-jarige man een kalme en nuchtere indruk. Direct is te merken dat hij een bescheiden man is, die eigen successen neigt weg te stoppen. “Trots is niet het juiste woord voor zaken die ik heb bereikt. Ik ben gewoon blij dat ik mijn bijdrage kon leveren.”
Van Russel werkte als 21-jarige jongeman nog als timmerman voor bouwbedrijf Van Kessel. Er gebeurde in die tijd volgens hem niet veel in Suriname. “Er was een grote werkloosheid. Kans om te reizen en iets van de wereld te zien, was alleen weggelegd voor de rijkelui. Of je moest als verstekeling mee op een boot, zoals mijn broer eens heeft gedaan”, grinnikt hij. Dit veranderde toen Van Russel een oproep las in De West. “Er werden vrijwilligers gezocht om naar Korea te gaan en mee te helpen in de strijd tegen het communisme. Toentertijd was het natuurlijk ook een kans om iets van de wereld te zien. Dus ik deed het. Op 5 februari 1952 tekende ik mijn overeenkomst om een jaar in Korea te dienen. Ik offerde mijn leven op voor 75 gulden in de maand. Gehuwden kregen 225 gulden per maand. Dat verdienden militairen destijds om te vechten in Korea.”
Verder lezen? Koop dan nu de Parbode. Nog tot eind deze maand in de winkel en daarna verkrijgbaar via de redactie.